De opbouw van het jeugdwerk in het land van Cadzand (1944-1946) Jeugdwerk Elderschans 1946. Foto's: P. J. I. Verhage. N.H. Kerk. Primair is dat de predi kanten hun volle medewerking ver- leenen. In de eerst volgende vergade ring van de classis IJzendijke zal dit onderwerp door ds. Schrale ter sprake worden gebracht. Verder zal er binnen enkele weken een bespreking worden gehouden tusschen een aantal predi kanten, ouders en jonge menschen om te komen tot een permanente commissie die tot taak zal hebben het jeugdwerk tot bloei te brengen. M.i. dient gestreefd te worden naar een jeugdleider van N.H. Kerk voor geheel W.Z. VI. en naar een clubhuis ergens langs de kust, terwijl contact tot stand moet worden gebracht tusschen W.Z. VI. en Herv. Jeugdraad en het departement van O.K.W." West Zeeuwsch-Vlaanderen verdient bijzondere belangstelling niet zoozeer, omdat het tot de zwaarst getroffen gebieden behoort van Neder land, doch meer om de bijzondere situatie waarin de jeugd zich hier bevindt. Wij zijn verstoken van allerlei vormen van ontspanning en mogelijk heden tot ontwikkeling van lichaam en geest, omdat „Holland" zoo ver is. Padvinderij bestond er niet; voetballen was de eenige sport die, naast zwem men, beoefend werd. Heel de streek heeft momenteel slechts één bioscoop (geen gemis denkt U), maar ook de gelegenheid om een behoorlijk concert te hooren of een opera te zien ont breekt. Bibliotheken of leeszalen zijn er niet, studieclubs zijn er niet, bad- en zweminrichtingen (behoorlijke althans) zijn er niet enz. enz. Dit was voor den oorlog zoo en dat het er niet op verbeterd is kunt U zich wel indenken. Wat moet de jeugd dan midden in de puin doen?25 Hij vervolgt zijn brief met de opmerking dat de jeugd in België haar vertier zoekt. De brief is voor Oosterlee aanleiding om A. Peters jr., consulent lichamelijke opvoeding en sport, op 10 april opdracht te geven om naar Zeeuwsch-Vlaan deren af te reizen. Peters gaat werken aan de oprichting van een Comité Opbouw Jeugdwerk Zeeuwsch-Vlaan deren en aan de vorming van jeugd- leid(st)ers van diverse verenigingen. Een jeugdleid(st)erskamp is daarvoor het geschikste middel. Aanvankelijk denkt VBS aan één comité voor heel Zeeuwsch-Vlaanderen. De moeilijke verbinding nopen Peters tot de oprich ting van 2 comitées: één in West en één in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen.26 Peters bespreekt het werkplan op 17 april in West Zeeuwsch-Vlaanderen in een vergadering met mensen uit het protestantschristelijk - en plattelands jongerenwerk. Hij heeft een bijeen komst met deken Lievegoed en wil nog besprekingen houden met de afdelin gen van de Nederlandse Padvinders Vereniging en het Nederlands Pad- vindsters Gilde en met de Vrij Evange lische jeugd. Over het algemeen is men enthousiast over het oprichten van een Comité Opbouw Jeugdwerk, temeer daar het gaat om „tijdelijke samenwerking op zuiver technisch gebied.27 Ook in Oost Zeeuwsch-Vlaanderen houdt Peters voorbesprekingen over de oprichting van een comité.28 Hij is optimistisch over de samen werking tussen katholieken en prote- stants-christelijken. Zeeuwsch-Vlaan deren lijkt een ideale proefpolder: Wederopbouw onder de aandacht te brengen en financiële steun te werven. Ook bij het Ministerie van OK&W drin gen zij als „vooraanstaande ingeze tenen" aan op „krachtigen steun der Overheid voor den wederopbouw van het jeugdwerk in het getroffen gebied".23 Mevrouw E. J. van den Broecke-de Man was voor de Tweede Wereldoorlog gemeenteraadslid te Aardenburg en hoofdbestuurslid van de Vrijzinnig Democratische Bond. Ze organiseerde samen met 2 domineesvrouwen een club voor de rijpere meisjes. Als voor drachtskunstenares was ze thuis in volksopvoedingskringen (Maatschappij tot Nut van 't Algemeen), betrokken bij het Volkshogeschoolwerk en goed bevriend met de familie Van der Wielen. Vorming buiten Schoolverband in Zeeuwsch-Vlaanderen Begin april schrijft P. J. I. Verhage, gemeentesecretaris te Cadzand en betrokken bij het jeugdwerk in Neder lands-Hervormde Kring, een brief aan A. Oosterlee. A. Oosterlee is het hoofd van het Directoraat-Generaal Vorming buiten Schoolverband van het Mini sterie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen. Hij was in april 1945 betrokken bij de Gezinsactie van de Hervormde Kerk en had in dat kader een aantal lezingen in West Zeeuwsch-Vlaanderen gehouden. Ook in november 1945 had hij, ditmaal als directeur-generaal van VBS, een bezoek gebracht aan West Zeeuwsch- Vlaanderen. Wij zijn tot de conclusie gekomen dat het jeugdwerk geheel opnieuw opgezet moet worden in nauw contact met de 54

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1990 | | pagina 16