Het nationale monument te Eede
3. De oprichting
PROVINCIAAL BESTUUR VAN ZEELAND
-J.t'H 'f
Provinciale Selssingei 4
Telefoon nos. 3246 en 3247
Benefit op schrijven ven
16 f art j1«
Onderwerp
rtee>:en *crens,
Aan
m-
Middelburg,
ver 2.
Postrekeningenn© 53698. P«sv. $rdt>> v*» Zetland,
no. 29600Ö. Prowtttefe Zeeland
<Dl«n««n «n ¥anóstst$.
no. 120500- Pfovlnci* Zeeland,
ff f* V'3 px thxr
ir<m
X a r 4 r. b 1.? •r
12
n
194 5
no. 292
afd 2; 5 bi d
In Uw terzijde rjr. te haal6 «ohrijven von-'1 il:
aanleiding den Paritcnlier "ecretaris van bare
Majesteit He Koningin mede te deelen, dat, !'0"-
aeèr ik sympathiek stond tegen de in Uw scherfjv- r
tot uiting gebrachte gedachte, he: nij, z< "'el
als het collage van '^deputeerde 1'tuten, "il^c
voorkomen, dat het m»-?r ei g'hoardi" zou ai ja,
wanneer r"r'n gedenkt^eken air bedoeld vuii
orovinci''";e§e werd o- ,""i kt,
thans deelt d« artculi«~ 2««re—.ris r"»'!e,
dat «r "i j Pare "o jestei fc de v niu'u. ge'
zwaar bestaat, tegen het plan van er.kele inn nerr
r-og <r| fa 1 V4; fs f> Vf> "i
em te
lin? van "elder, or
aar de "ederlandsc-
Hare la j ?sta - c zal het i:,tu chen c
stellen, indi - dl* lan
hvoudige gedenkplaat, "oo besche den ra<
er rot eon ;eheel ola ~jk
hl*" D 38 I 3 nl^t 'V? C ^"11 v)/?
Y1 3 <4 3 2*0)1 <yf* S T A'V 31 f> f* 3 -• 3 3 p? J
«i^Toklc# n
fiontc;
ri jte
<53 3 3
3 '4 -fle
u Is
r
•jn)*ff -f-
'IS2.L2IM T I'! t .T
Brief van jhr. mr. J. M. Quarles van Ufford, Commissaris der Koningin in Zeeland, aan
J. M. A. C. van Dongen, burgemeester van Aardenburg, waarin verslag wordt gedaan van
het overleg met de particuliere secretaris van Koningin Wilhelmina. Gemeentearchief
Aardenburg. Foto Jaap Wolterbeek.
Drie dagen na de gedenkwaardige
grensoverschrijding van Wilhelmina
richt J. M. A. C. van Dongen, burge
meester van Aardenburg, een schrijven
aan de Commissaris der Koningin in
Zeeland, waarin hij melding maakt van
een initiatief tot oprichting van een
gedenkteken aan de Nederlandse grens
bij Eede. De Commissaris reageert bij
schrijven van 12 mei 1945. Daaruit
blijkt dat over de kwestie kontakt is
opgenomen met de partikulier sekretaris
van Wilhelmina, waarbij tevens de
vraag is opgeworpen of een gedenk
teken als het bedoelde niet van pro-
vinciewege moet worden opgericht. Dit
laatste is niet konform de wens van
Koningin Wilhelmina. De brief aan bur
gemeester Van Dongen besluit als
volgt: „Hare Majesteit zal het intusschen
op prijs stellen indien dit plan wordt
beperkt tot een eenvoudiger gedenk
plaat, zoo bescheiden mogelijk en met
een geheel plaatselijk karakter. Het is
dus bepaald niet de bedoeling, dat
geheel Zeeuwsch-Vlaanderen of de
provincie Zeeland daarin wordt betrok
ken."
De organisatie kan nu daadwerkelijk
een aanvang nemen. Er wordt in de
regio een inzamelaktie gehouden,
waaraan massaal wordt meegedaan.
Partikulier initiatief resulteert bij uitzon
dering ook in een inzamelaktie elders
in het land zoals in het Gelderse Tricht
wat f 43,50 oplevert. In totaal bedraagt
de opbrengst van de inzamelaktie
f 2.615,45. De Provinciale Commissie
bevestigt dat het gedenkteken te Eede
van nationale betekenis is, zodat de
weg open is voor een aanvullende bij
drage uit 's Rijks schatkist. Het inmid
dels opgerichte plaatselijke monumen-
tenkomité onder voorzitterschap van
Van Dongen geeft, waarschijnlijk begin
1946, aan de beeldhouwer P. Roovers
de opdracht om een ontwerp voor het
monument te maken.
In een brief gedateerd 18 juni 1946
schrijft de sekretaris van de Provinciale
Commissie aan de sekretaris van het
plaatselijk monumentenkomité curieus
genoeg, dat de laatste „den heer
P. Roovers moet berichten, dat
hij zijn bemoeienissen met dit monu
ment moet staken." De reden van deze
afwijzing is onduidelijk. Feit is, dat de
Provinciale Commissie in deze geen
recht van spreken heeft omdat het
monument in kwestie een nationaal
monument is en in dier voege een
zaak van de Centrale Commissie. Het
plaatselijk komité ziet in de brief dan
ook geen aanleiding om Roovers van
zijn opdracht te ontlasten.
Hoewel er aanvankelijk schot zit in de
werkzaamheden beginnen deze al snel
vertraging op te lopen. Bureaukratische
procedures en het gebrek aan ruime
financiële middelen lijken daarvan de
oorzaken te zijn. Een situatie die
overigens karakteristiek mag worden
genoemd voor de oprichting van veel
oorlogsmonumenten. In oktober 1947
keurt het plaatselijk komité een eerste
ontwerp van Roovers goed en vraagt
hem aansluitend kontakt op te nemen
met de Nationale Monumenten Com
missie. Deze Commissie is er echter
alleen voor het inzamelen van gelden.
61