Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen Beide werken zijn toegevoegd aan de Historisch-Topografische Atlas Zelandia Illustrata (Rijksarchief in Zeeland). Wintercolleges 1990/1991 Hoewel de besprekingen over de vol gende Wintercolleges nog niet afgerond zijn, kan hier over het programma toch iets gemeld worden. Prof. dr. J. M. M. de Valk heeft zich tot vreugde van het organisatiecomité opnieuw bereid verklaard een viertal colleges te komen geven, dit maal over het onderwerp „Wat houdt de samen leving bijeen?" (Vier visies op een fundamenteel sociaal vraagstuk). De vier colleges worden gegeven op vrijdagmiddag van 16.45-18.45 uur in de Aula van de Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg. Programma: 16 november 1990: Thomas Hobbes en de idee van het maatschappelijk verdrag; 23 novem ber 1990: Edmund Burke en de invloed der traditie; 30 november 1990: Karl Marx en de ambivalentie van de menselijke arbeidsverdeling; 7 december 1990: Max Weber en het probleem van de bureaucratisering. Voor de eerste maanden van 1991 denkt de commissie aan een aantal colleges over Oost-Europa. Een nieuw element in dit kader zou men de bereidheid van prof. De Valk kunnen noemen om in het voor- of najaar 1991 een aantal werkcolleges over „De Vorst" van Macchiavelli te komen geven. Over een en ander hopen wij toe komstige deelne(e)m(st)ers en belang stellenden tijdig via allerlei kanalen te informeren. Wintercolleges 1989/1990 Serie 1 over ontwikkelingen in de tech niek trok gemiddeld 25 belangstellenden. Aan de 2e serie over ontwikkelingen in de kunsten namen gemiddeld 60 „stu denten" deel. Over het verloop van deze 10 colleges is de organisatiecommissie zeer tevreden. Samenvatting van gehouden lezing Wij vervolgen deze reeks met een weergave van het college, dat prof. ir. G. Chr. Meeuse, emeritus hoogleraar van de T.U. Delft, op 1 dec. 1989 in het kader van de Wintercolleges 1989/1990 gaf. Zelandia Illustrata. Gouache A. Mes. Transport tot (w)elke prijs? Sedert 50 j. v. Chr. Pompejus zijn fameuze commando „Navigare necesse est" uitsprak, waarvan het tweede deel „vivere non est necesse" gemakshalve vaak wordt weggelaten - ook in het devies van de stad met 's wereld grootste haven - is de waardering van transport aan interessante veranderingen en schommelingen blootgesteld geweest. Maar alleen al de laatste 50 jaren, die velen van ons zelf meeleefden, gaf ons veel te aanschouwen binnen „transport land". Het lijkt er soms wel op alsof de totale transportgeschiedenis voor wat betreft de onderscheiden stadia van ont wikkeling in die laatste vijftig jaren zijn terug te vinden. Het begon in een ambachtelijke sfeer, die in hoge mate „Vervoers"-georiën- teerd was en die door Fourastier buiten de agrarische- en industriële sferen werd gebannen naar de „dienstverlening". Van hetgeen voor vervoer werd aan geboden, mits het als „manload" maar draagbaar was, bleek alleen de waarde maar belangrijk omdat daarop de ver- voersprijs werd gebaseerd. De energie-beheersing - kenmerk van de industriële revolutie - leidde tot spec taculaire deelontwikkelingen. De trans porttechniek ontfermt zich in eerste in stantie over de vervoersaktiviteiten en scored indrukwekkend. Gesteund door het predikaat „economies of scale" vonden schaalvergrotingen en stroom versnellingen plaats. Waar wordt gerefereerd aan de kostenbesparing, verbonden aan die ontwikkelingen, dringt zich overigens de vraag op ten gunste van wie die gelden en tegen wélke prijs voor het geheel. De be- en afhandeling van een B-747, van een 4000 TEU-containerschip en van een 300.000 tons bulk-carriers vragen immers wél aanzienlijke terminale voorzieningen. Omdat de wal het schip moet keren de stimulansen van vervoersontwikkelingen trendvolgend door „overslag" en „opslag" opgenomen. De overslagwerk tuigen groeien met de versschalen in omvang en capaciteit. Dat daarbij in- (ac-)cidenteel wel eens de grenzen van het „gekende" werden overschreden kan wel worden verklaard uit het ent housiasme, mar vindt daarin geen gron den voor verontschuldiging. Extra poleren blijft een riskante bezigheid! 79

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1990 | | pagina 41