Wordt Zeeland schaakmat gezet?
voert de nota een aantal projekten op.
J. B. Ventevogel zegt over die projekten
dat ze strategisch gekozen zijn. Ze zijn
dus naar zijn oordeel van wezenlijk
belang om tot een duurzame ontwikke
ling in Zeeland te komen. Aangetoond
wordt dat echter nergens. De twaalf
opgevoerde projekten lijken eerder op
een lappendeken van tot de verbeelding
sprekende plannen die in de loop der
jaren zijn vergaard en waarvoor een
beleidsmatige verantwoording is ge-
konstrueerd. Het ligt voor de hand dat
gaat het met name om grootschalige
en prestigieuze projekten, zoals het
Zeeuwse sportcentrum en spraak
makende, grote, tijdelijke projekten.
Daarvoor moet een breed draagvlak
van niet-Zeeuwen worden gekreëerd.
Dat spoort niet automatisch met de
belangen van de eigen bevolking.
Zeeland aan zet mikt op een bedui
dende ontwikkeling van toerisme en
rekreatie. Die groeiverwachting zorgt
niet alleen voor extra automobiliteit,
maar zal het draagvermogen van land-
daar tegenstrijdigheden in sluipen.
Een duurzame ontwikkeling vraagt om
een drastisch terugdringen van de
automobiliteit. Het bevreemdt dan ook,
dat de nota twee speerpuntprojekten,
de WOV en een fraai gesitueerde
tweebaansweg in de vorm van een
Zeelandboulevard, opvoert die enkel
automobiliteit en daarmee weer ver
zuring en smog zullen genereren.
De Zeeuwse maat voor de sociale,
kulturele en zorginfrastruktuur is de
kleinschaligheid. In Zeeland aan zet
Foto: Pieter Honhoff
schap en milieu verder onder druk
zetten. Ik heb niet de indruk dat GS er
op hebben gestudeerd of het draag
vermogen die groei nog wel aan kan,
en of de seizoensverlenging geen
strukturele aantasting van het lokale
leefmilieu teweeg brengt. De (neven)
effekten van al de genoemde projekten
zijn overigens nergens aangegeven,
laat staan dat ze zouden zijn onder
bouwd.
Visie lijkt dus eerder te ontbreken, dan
dat deze is ontwikkeld.
Draagvlak
Een doortimmerde kijk op de toekomst
vraagt om een goed doordacht beleid.
Een belangrijke voorwaarde daarbij is
een open besluitvorming. Daarbij past
geen achterkamertjespolitiek, wel een
met zorg behandelen en verwerken van
de reakties op de nota. Enkel op deze
wijze is een breed draagvlak te verkrij
gen.
Toch lijkt het er op dat J. B. Ventevogel
de kritiek zo veel mogelijk op afstand
wil houden. De visievorming is namelijk
in de vorm van het geplande tijdssche-
ma een strak keurslijf opgelegd. Niet de
afgebakende tijd is echter maat, maar
een weldenkende geest die de tijd
wordt gegund een uitgewogen visie te
presenteren. Tenslotte kan men een
paard niet lopend beslaan.
Opgelegd pandoer?
Sommige zinsneden van J. B. Vente
vogel wekken de suggestie, dat de nota
opgelegd pandoer is. "Als we allemaal
ons zegje hebben gedaan, dan gaan
we ook snel aan de slag." "Geen gezeur
over punten en komma's Alsof
inspraakreakties zich zouden ken
merken door onbenulligheden.
De onderbouwing van het plan om
schrijft J. B. Ventevogel met het kredo:
"Ontwikkel Zeeland, maar behoud het
goede." En hij laat daar op volgen:
"Weinigen zullen het daar niet mee
eens zijn." Zo wordt een visie met alle
feilen die er aan zitten, in een jasje van
onbetwijfelbaarheid gestoken.
De nota lijkt een gelopen race. Dat leid
ik vooralsnog af uit de wijze waarop
GS is omgesprongen met de inspraak
reakties. Er zijn er vele, waarvan we
van sommige weten dat ze wezenlijke
kritiek bevatten. In de beantwoording
van de kritiek door het dagelijks pro
vinciebestuur komen die bemerkingen
niet terug. En daarmee blijken deze
geen aanleiding te vormen om Zeeland
aan zet op essentiële onderdelen aan
te passen. Een zekere mate van zelf
genoegzaamheid is daar mogelijk niet
vreemd aan.
Als dit de wijze moet zijn waarmee
Zeeland aan zet komt, dan dreigt het
zichzelf schaakmat te zetten. En dan
kunnen we een duurzame toekomst
gevoeglijk vergeten.
181