De overherigheid en overschaligheid voorbij
onderwijsvoorzieningen en de wei
nig gedifferentieerde arbeidsmarkt.
Dit leidt tot een vertrekoverschot;
deze ontwikkeling kan het draagvlak
van noodzakelijke voorzieningen
aantasten, wat de migratiespiraal
kan doen versterken;
Mede door de beperkte voor
zieningen op het terrein van oplei
ding, educatie en research is het
moeilijk een innovatief milieu tot
ontwikkeling te brengen;
Door het geringe aantal inwoners
en de kleinschaligheid ontbreekt het
in Zeeland aan een 'kritische massa'
die garant staat voor een perma
nente vernieuwingsdruk dan wel
een draagvlak vormt voor ver
nieuwende initiatieven;
Als gevolg van een gesegmen
teerde structuur ontbreekt in Zee
land een integraal maatschappelijke
problemen aangepakt kunnen
worden.
Naast deze problemen verschillen ook
de maatschappelijke voorwaarden, om
in Zeeland sociale vernieuwing gestalte
te geven, met die van bijvoorbeeld
Rotterdam. Dat houdt in dat bij initia
tieven op dit vlak rekening moet wor
den gehouden met die andere omstan
digheden, willen ze kans van slagen
hebben.
Kenmerkend voor Zeeland is de
dominante rol van de provinciale over
heid tegenover gemeenten en veel
maatschappelijke instellingen èn de
'overherige' wijze waarop bestuurders
zich manifesteren.
Die houding van de bestuurders sluit
overigens nauw aan bij een beschei
den, inschikkelijke houding van de
Zeeuwse bevolking.
Er heerst in Zeeland weinig elan voor
wat betreft het in gang zetten van
sociaal-culturele veranderingsproces
sen; bestuurders ontberen op dit vlak -
althans zo lijkt het - elke ambitie.
De indruk bestaat dat Gedeputeerde
Staten het maatschappelijk middenveld
weinig ruimte laat en de door haar
gesubsidieerde instellingen het liefste
wil onderbrengen bij een van de in
Middelburg gevestigde koepelinstellin
gen of 'steunfuncties'. En tot voor kort
was de beleidslijn om zo mogelijk een
gedeputeerde als voorzitter te benoe
men. Het risico dat daardoor een af
stand wordt geschapen met de lokale
166
Foto: Lex de Meester