De essentie van het leven verbeeld
Constantin Guys of de
herinnering aan het heden
maar zou uiteindelijk naar een ander,
exotischer oord vertrekken - Tahiti.
Zoals Van Gogh droomde van een
'School van het Zuiden' in Aries, zo
droomde Gauguin van een 'Atelier des
Tropiques'.
Cézanne hield zich eveneens bezig
met de opsplitsing van kleurvlakken,
maar hij ging verder. Enerzijds een
steunpilaar van het Impressionisme en
Neo-impressionisme, was hij anderzijds
een zeer eigenzinnige figuur: op zoek
naar een harmonie in de schilderkunst
parallel aan de natuur, arrangeerde hij
de ruimte in zijn schilderijen zoals hem
dat passend leek. Hij leefde lange tijd
in een zelfgekozen isolement in Aix-
en-Provence, kreeg pas laat officiële
erkenning, maar heeft steeds grote
invloed op zijn mede-kunstenaars
gehad.
Cöte d'Azur
Ook Signac verliet Parijs; in 1892, een
jaar na de vroege dood van Seurat (die
overigens in zijn laatste jaren naast de
werking van kleur ook de expressieve
mogelijkheden van lijn en richting had
onderzocht), vestigde hij zich aan de
Franse zuidkust. Onder meer Cross en
Van Rijsselberghe volgden hem.
Aan de Cöte d'Azur ging het Neo-
impressionisme een nieuwe, fellere
fase in; van pointillisme verschoof het
accent naar divisionisme, de opsplitsing
van de kleurvlakken. Deze ontwikkeling
leidde in het begin van de 20e eeuw tot
een tweede bloeiperiode van het Neo-
impressionisme in Frankrijk, België en
Nederland. De Belgische Neo-impres-
sionisten lieten zich mede inspireren
door William Morris' Arts and Crafts
Movementbij Van de Velde bijvoor
beeld mondde de belangstelling voor
het ambachtelijke en decoratieve uit in
het vaarwel zeggen van de schilder
kunst en het zich toeleggen op de
toegepaste kunsten. Hij zou een van
de voormannen van de Jugendstil
worden.
Monet, Signac, Van Gogh, Gauguin en
Cézanne, zij hebben allen hun invloed
gehad op de Fauves, 'wilden' zoals
Matisse, Vlaminck en Van Dongen, die
aan het begin van de 20e eeuw
experimenteerden met de essentie van
de vorm en zich vooral uitleefden in
kleurgeweld.
Jan Sluyters zag de Fauves in Parijs
en bracht het nieuws van deze ont
wikkeling in 1907 naar Nederland; met
Gestel zou hij het luminisme in Amster
dam toon geven, zoals Mondriaan en
Toorop, en korte tijd ook Jacoba
van Heemskerck en Charley Toorop,
dat op Walcheren deden.
Bij Picasso leidde de kennismaking
met de Fauves èn met de 'Art Nègre' -
omstreeks 1906 werden Afrikaanse
sculpturen voor het eerst op grote
schaal in Frankrijk geïmporteerd - tot
Les demoiselles d'Avignon (1907), de
eerste aanzet tot het Cubisme.
Post-impressionisme
Impressionisme, Neo-impressionisme
of Expressionisme, de stromingen
lijken met al hun nuanceringen in
elkaar over te vloeien. De Engelse
kunstcriticus Roger Fry organiseerde in
1910 in Londen een overzichtstentoon
stelling, waarbij hij aanvankelijk de term
Expressionisten wilde hanteren, maar
uiteindelijk koos voor Post-impressio-
nisten, een naam die op zich al het
probleem van de begrenzing ervan
aangeeft.
Een drieluik van tentoonstellingen
In het kader van de Zeeland Cultuur-
maand, een initiatief van de Provincie
Zeeland, waren gedurende de maand
september 1990 35 tekeningen van 'de
vergeten impressionist' Constantin
Guys in het Stedelijk Museum te
Vlissingen tentoongesteld.
Halverwege die zelfde maand werd in
het Noordbrabants Museum in Den
Bosch een tentoonstelling van 96 post-
impressionistische werken, merendeels
afkomstig uit particulier bezit, geopend.
Vanaf eind september 1990 kon men
bij de Stichting Amazone in Amsterdam
een verzameling ego-documenten en
werken van de schilderessen Lizzy
Ansingh, Jacoba van Heemskerck en
Charley Toorop bekijken.
De 35 werken die in een diffuus
verlichte zaal van het Stedelijk Museum
in Vlissingen hingen, zijn grotendeels
afkomstig uit het Musée de Carnavalet
in Parijs; 5 werken komen uit een
particuliere collectie.
De werken uit het Museum omvatten
voornamelijk scènes uit het Parijse
Les Vessenots a Auvers, Van Gogh (1890).
204