"De Schoone Waardin" in gesprek met Daan Manneke
het zeer muzikale mensen waren.
Maar dat had niet zoveel betekenis.
Dat was algemeen, zo goed als een
kind leert tekeken of het alfabet leert,
zo zongen wij. Heel veel hebben wij
vroeger thuis gezongen. En met groot
plezier. Vooral dat zingen is voor mij
fundamenteel geweest.
V.: U bent als kind zingend door het
leven gegaan...
A.: Ja....ik heb heel veel gezongen.
Nooit professioneel overigens, want ik
heb nooit een zangstudie gevolgd.
Maar ik heb wel heel veel werk voor
koor geschreven, voor zangstemmen
in het algemeen trouwens en dat is
natuurlijk uitgebreid tot grote
bezettingen. Het vocale element is voor
mij altijd belangrijk geweest.
Het is misschien wel het meest fysieke
element.
Ik doceer als hoofdvak compositie aan
het conservatorium in Amsterdam en
daar merk ik, "in de adem" of in het
fraseren, dat het vocale iets is wat heel
organisch is.
Een blazer zal onherroepelijk bewust
adem halen als hij een muziekstuk
speelt, maar een toets-instrumentalist
speelt maar door, want daar is geen
noodzaak, dat hij fraseert of tussendoor
bewust ademhaalt. Dus daar spelen
die meest elementaire dingen al.
V.: Voor zang heb je dat natuurlijk als
basis nodig...
A.. Dat is een gegeven. En dat kun je
ook abstract doordenken in ritmiek of
periodiseringen en ik denk, dat dat ook
belangrijk is. Ik ben er van overtuigd,
dat er uit de oude Engelse cultuur of uit
de Hongaarse blijkt, dat alle musici
begonnen met zingen. Er is geen
engelse componist of musicus, die niet
ooit zijn belangrijkste basis heeft gehad
in de schola of capella waar hij van
kinds af aan zong.
V.: De eerste leermeester die u aan het
handje meenam op het muzikale pad
was dus meneer Kousemaker. Zong hij
ook of speelde hij alleen orgel?
A.: Hij had een kerkkoor en hij was
natuurlijk uiterst betrokken bij de
liturgie en de diensten. Hij was vooral
kerkmusicus. En in die zin lag dat ook
weer heel dicht bij dat vocale element.
V.: U heeft veel van hem geleerd,
nietwaar?
A.: Ja! Het was een stugge man, maar
ik heb een groot respect voor hem.
Hij had een monopolie-positie, maar hij
had een grote integriteit. Hij was streng.
Ik begrijp hem eigenlijk nog niet zo
goed. Ik weet niet, wat hem diep van
binnen bezielde. Maar hij heeft
absoluut een hele sterke bezieling
gehad en hij had een uitstraling, die
uniek was in deze provincie. Zeer veel
mensen van mijn generatie - ik denk
aan Stoffel Gunst, zijn dochter Berna,
maar ook Phillipe Feij en vele anderen
- hebben zeker te maken gehad met
deze persoon, die binnen de
monopolie-positie die hij had een grote
strengheid en eerlijkheid tentoon
spreidde. Voor mij was hij heel
stimulerend, want hij heeft voor mijn
18e jaar mijn eerste muziekstukjes al
uitgegeven. Hij had ook een uitgeverij.
V.: U componeerde toen al?
A.: Toen componeerde ik al, ja.
Dat begon zo rond mijn 13e.
Gewoon...zoals iedereen tekent,
maakte ik muziekstukjes. Dat stelt niks
voor, hoor.
V.: Ook niet, als u het nu terughoort?
A.: Ach nee, het is gewoon, wat
iedereen zal doen, als het klimaat
gunstig is. Ik heb ook heel veel orgelles
gegeven en pianoles en ik vroeg mijn
leerlingen altijd muziekstukjes te
maken en dat deden ze. Op dezelfde
manier deed ik dat vroeger ook.
Nadoen, wat je zelf speelt. Daar gaat
het over. Het voorbeeld was natuurlijk
de muziekstukken die ik op dat
moment studeerde en die componeerde
ik gewoon na. Het stelde werkelijk niet
meer of minder voor dan dat.
V.: Maar wat is het belangrijkste
geweest, dat Adriaan Kousemaker op
u overgedragen heeft?
A.: Een professionele houding. Iets wat
je kiest en wat je dan ook niet meer
loslaat. Ergens voor staan. Niet iets
van....dit kan en dat kan ook, maar echt
ergens voor staan. Niet, dat we al op
een professionele manier met muziek
bezig waren, want we waren jonge
mensen van 12 tot 20 jaar ongeveer.
Ik zeg "wij", want het was echt een
clubje jonge mensen. Daar was een
hele goede verwantschap. Een goede
vriend uit die tijd is de al eerder
genoemde Stoffel Gunst. We waren in
onze vrije tijd altijd met muziek bezig.
Met analyses, met werken te
beluisteren. Ik herinner me, dat ik voor
het eerst de "Sacre" hoorde met Stoffel
Gunst in een huiskamer...
V.: Wat is dat, de "Sacre"?
A.: "Le sacre du printemps" van
Strawinsky, "Het" werk van deze eeuw.
Dat zat allemaal rond Kousemaker.
Terwijl hij het niet zelf initieerde,
speelden we het wel en dat kwam door
zijn houding. Hij maakte het als het
ware los bij ons.
Opleiding
V.: U bent verder gegaan in de muziek.
U heeft vele opleidingen gevolgd.
U studeerde orgel en compositie aan
het Brabants Conservatorium in
Tilburg, vervolgde uw orgelstudie bij
Kamiel d'Hooghe (Brussel) en
compositiestudie bij Ton de Leeuw
(Amsterdam). U was tijdens uw studie
al werkzaam als organist in de
St. Gertrudiskerk in Bergen op Zoom.
A.: Daar ontmoette ik de voor mij
belangrijke mensen. Dat zijn, denk ik,
de bepalende figuren. Zo zal iedereen
in zijn leven wel de "meester" tegen
komen. Ik denk, dat Ton de Leeuw
voor mij de belangrijkste figuur is.
In feite dus de meest vormende en de
meest bepalende.
Ook weer door een houding, die niet
toegeeflijk is. Heel streng en niet
comfortabel. Niet aardig. Begrijp me
goed..het is een buitengewoon
innemende man, maar hij is niet
iemand die het je makkelijk maakt.
Hij geeft je geen uitwijkmogelijkheden
en dat is heel vruchtbaar.
V.: Dat mag je wel zeggen, want u
heeft zo n beetje aan de lopende band
gecomponeerd. Hoeveel werken heeft
u inmiddels op uw naam staan?
A.: Ik denk zo'n kleine 100 stukken.
Ik heb ook werk gecomponeerd voor
het Zeeuws Jeugdorkest en het
Zeeuws Orkest. Daarvoor heb ik het
stuk "Ruimten" gemaakt. Dat was een
hele aangename aangelegenheid.
V.: Het Festival Nieuwe Muziek is ook
geen onbekend fenomeen voor u.
A.: Daar was ik sinds de oprichting bij
betrokken, toen heette het nog "Muziek
op straat". Dat waren hele "gistende"
gebeurtenissen. Dat borrelde. Het was
nog geen instituut. Dat had nog geen
subsidies. Daar kon nog van alles
gebeuren. Een wildgroei, die zonder
meer fantastisch was. Ik heb daar altijd
nog hele goede herinneringen aan.
Ik zie dat het nog steeds springlevend
is en een hele fantastische, vitale
uitstraling heeft van meer dan landelijk
niveau zelfs. Dat is onmiskenbaar.
V.: U noemde net even, dat u door de
heer Kousemaker gesterkt werd door
een professionele houding - op een
professionele manier tegenover
muziek staan - maar u bent ook altijd
218