"Er vielen onnodig veel slachtoffers, vooral onder landarbeiders" Kees Slager over de watersnoodramp van veertig jaar geleden Mar Oomen en Jos Palm verleden geschreven wordt.' Deze maand ligt in de boekhandel: De ramp. Een reconstructie. Hierin beschrijft Kees Slager per dorp en gebied van uur tot uur de gebeurtenis sen en handelingen van diverse personen voor, tijdens en na de watersnoodramp van 1 februari 1953. Hij haalt nogal wat overhoop: van het beeld dat deze ramp onvermijdelijk was, blijft weinig over. Gods straffende hand moet wijken voor menselijk falen en nalatigheid. Wie Slagers boek leest, bekruipt het ongemakkelijke gevoel dat er onnodig veel slachtoffers zijn gevallen. De dijken waren te laag en slecht onderhouden. De verschillende waterschappen in Zeeland wisten dat al in de jaren veertig. Zelfs toen de dijken waren doorgebroken, hadden er niet zo veel mensen hoeven te verdrinken. Maar een groot aantal autoriteiten liet het op cruciale momenten afweten. Velen sliepen of weigerden het gevaar van de dreigende overstroming onder ogen te zien. In verscheidene Zeeuwse dorpen zijn de inwoners daardoor niet of te laat gewaarschuwd. In sommige onderstroomde gebieden is echter nauwelijks iemand verdronken. Daar is de bevolking gemaand naar veiliger oorden te trekken, enkele uren vóór de vloed haar hoogste punt had bereikt. Springvloed 31 januari, veertig jaar geleden: een noordwestelijke storm, windkracht twaalf, woedt over de Noordzee. In Schotland heeft hij al danig huisgehouden, miljoenen bomen zijn gesneuveld en talloze mensen omgekomen. In de loop van de dag bereikt de storm ons land. 's Middags staat het water aan de Zeeuwse en Hollandse dijken al ongebruikelijk hoog. Slechts weinigen realiseren zich, schrijft Kees Slager, dat de volgende vloed per definitie nóg hoger zal worden. 'Die nacht is het immers volle maan en dat betekent, dat de vloed een springvloed zal zijn.' Drie uur in de ochtend breken de eerste dijken, twee uur later staan grote delen van Zeeland en Zuid- Holland onder water. Bij de volgende vloed op zondagmiddag worden nog meer huizen weggespoeld. In zuidwest Nederland verdrinken 1835 mensen en Kortgene 1 Februari 1953 voltrok zich in Nederland de grootste natuurramp van deze eeuw. Grote delen van Zuid-Holland en Zeeland kwamen onder water te staan. 1835 mensen verdrinken. 'Onvermijdelijk' volgens de overlevering. Het boek De ramp. Een reconstructie van de Zeeuw Kees Slager wijst anders uit. 'Er vielen onnodig veel slachtoffers, vooral onder landarbeiders.' Kees Slager zit aan de keukentafel in het verbouwde boerderijtje in zijn woonplaats 's-Heerenhoek, Zuid- Beveland. Hij grijnst, maar zijn stem klinkt bezorgd. 'Misschien worden mensen in Zeeland wel heel erg boos, als ze dit boek lezen. Misschien moet ik mijn huis verkopen en naar het Westen afreizen. In mijn sombere momenten ben ik daar bang voor. Ze zijn hier niet gewend dat er open en bloot over het 207

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1992 | | pagina 9