Leydesdorff over Het water en de herinnering
Zeeuwen hebben het recht op een regionaal collectief geheugen'
Joep Au werd a
Over L.
Selma Leydesdorff werd in 1949 geboren,
studeerde geschiedenis aan de universiteit van
Amsterdam, promoveerde in 1987 op een proef
schrift over het joodse proletariaat in Amsterdam
tussen 1900 en 1940, getiteld 'Wij hebben als
mens geleefd'. Als wetenschappelijk medewerker
is Selma verbonden aan de vakgroep politicologie
aan de universiteit van Amsterdam. Zette zich op
veel manieren in voor de emancipatie van de
vrouw. Werd vorig jaar benoemd tot hoogleraar
directeur van het Belle van Zuylen institiuut, dat in
1990 als eerste onderzoeksinstituut voor vrouwen
studies (eigenlijk genderstudies, maar dat woord is
niet goed te vertalen) in Nederland opgericht.
Haar naam is ook verbonden aan de feministische
uitgeverij Sara, aan het comité Wij vrouwen eisen
en ze was een van de oprichters van Dolle Mina.
Ze publiceerde veel over vrouwenemancipatie en
vrouwengeschiedenis, onder andere in het
maandblad Opzij, De Groene en het tijdschrift voor
Vrouwenstudies. Ze studeerde af op een ver
kenning in de geschiedenis van de vrouwenarbeid
rond 1900: 'Verborgen arbeid, vergeten arbeid.'
Onlangs verscheen van haar: Het water en de
herinnering, een historische studie over de
watersnoodramp van 1953. Daarbij gebruikte ze
de methode van oral history. Er werden in totaal
280 Zeeuwen geïnterviewd over hun ervaringen
en het levensverhaal. Het Zeeuws Tijdschrift
interviewde haar in Amsterdam.
Windkracht 10
Op de dag van het interview meldt het
KNMI stormachtige windkrachten, in
combinatie met springtij; en beperkte
dijkbewaking in Friesland. De wind
staat Noord-West. Het is een week
voor de officiële herdenking, waar
Selma Leydesdorff haar boek
Het water en de herinnering aan de
koningin zal uitreiken. Ze heeft het
stervensdruk, zo om de paar dagen
staat er wel een journalist op de stoep,
of gaat ze naar Hilversum. Leydesdorff
neemt de tijd, op haar kamer van het
Belle van Zuylen instituut, vlakbij de
rosse buurt.
Ze geeft wel eens vaker een interview
en heeft zelf honderden vraag
gesprekken gehouden, en dat is te
merken. Aan het begin van het gesprek
haalt ze een trucje uit en vraagt:
'Wat vind je van het boek?'.
Het is handig om een interview zakelijk
te beginnen, een beetje warm te
draaien en de 'hetere' onderwerpen
voor later te bewaren. Dan ben je een
beetje aan elkaar gewend, weet je wat
je aan elkaar hebt, en kan er een
interessante discussie ontstaan.
Dit scenario raakt hopeloos in de war;
ik ga uitgebreid in op haar vraag.
Stommer nog - laat het achterste van
mijn tong zien: "Wat ik ervan vind?
Je stelt in Het water en de herinnering
de these: we hebben een nationaal
collectief bewustzijn over de ramp.
Collectief bewustzijn versus
regionaal bewustzijn
Dat is het verhaal van de hulpverlening,
de moedige redders, de strijd tegen het
water, later culminerend in de climax
van de Deltawerken: we hebben echt
alles onder controle. Dat is het verhaal
dat Nederlanders je op straat zouden
kunnen vertellen. Daar tegenover stel
je een Zeeuws, regionaal bewustzijn,
collectief bewustzijn. Dat is anders.
Je zegt: dat is niet een kralensnoer van
anecdotes, van saillante verhalen over
een man die in zijn bed omhoog dreef,
of de vrouw die te dik was om in de
helicopter te passen, dat is wel degelijk
méér. Ik vind dat die these niet door de
interviews in het boek onderbouwd
wordt. Dat de gespreksfragmenten
losstaan van de these."
Leydesdorff, terughoudend: "Dat kan.
Ja, dat is je oordeel als lezer." En dan
volgt een half uur waarin we elkaar
steeds weer in de rede vallen, langs
elkaar heen praten, slecht luisteren.
Het is een warrige discussies over
collectieve geheugens. Pas daarna
komt er een lijn. Leydesdorff vertelt dat
er naar haar mening geen echt Zeeuws
collectief geheugen is en dat ze dat
heel treurig vindt. Mensen hebben
recht om hun eigen geschiedenis in
een kader te kunnen plaatsen. En dat
is niet de geschiedenis, zoals die
vanuit de Randstad werd verteld, door
radioverslaggevers, die veelal vanaf de
rand van het rampgebied hun verhalen
maakten, door het Polygoonjournaal,
en schrijvende journalisten, die meer
oog hadden voor de reddingsacties
dan voor individuele verhalen van
mensen. En zo'n kader komt er niet als
mensen blijven zwijgen, zegt
Leydesdorff. Daarom moeten
persoonlijke geschiedenissen
opgetekend worden, zoals in Het water
en de herinnering. "Mijn boek is een
poging. De kaders en rasters zijn nog
niet sluitend, niet afgerond. Volgens mij
is dit de voorzet voor nog veel meer
onderzoek, waarin je gaat kijken hoe
het geheugen werkt."
Chaos
- Welk kader bied je aan in het boek?
"Dat een slachtoffer niet de enige
geweest is die de wereld als een
chaos ervaren heeft. Denken dat je
vergeten wordt, denken dat je te lang
moet zitten wachten, denken dat je
misdeeld wordt door het rampenfonds,
denken dat een ander te veel neemt.
Ik was niet de enige die tobte met het
rampenfonds, mag je geld van het
rampenfonds aannemen?
Denken dat alles door elkaar loopt.
Weten dat in je herinnering de oorlog
en de watersnoodramp in elkaar
verglijden. Voelen dat de mensen in
Den Haag niet echt geweten hebben
wat er aan de hand was. Het idee dat
men niet begrepen heeft waarom je
niet uit Zierikzee weg wilde, het idee
dat je niet begrepen bent waarom je
niet uit je huis weg wilde. Al die dingen
waarover in abstracte en vaak
negatieve termen gepraat kan worden,
of helemaal niet. Van dat soort
verhalen zijn er honderden en we
hebben een topje van de ijsberg
geïnterviewd."
"Chaos is niet te verklaren, natuur is
niet te verklaren, rampen zijn niet te
verklaren. Chaos is een van de
kernwoorden, dat klopt, net als
onvoorstelbaarheid. Op dat moment
was het leven chaos, redding was
chaos. Ik bedoel: je wordt
geëvacueerd, je wordt uit je huis
gehaald, naar een bootje. Je moet erin.
6