De ziekenhuisgeschiedenis van Vlissingen het geciteerde motief tot de schenking blijkt evenwel dat de schenkers deze staking met zorg hebben gadegeslagen. Hebben zij soms een rol gespeeld ten goede? De grote schenking van het echtpaar Blum-De Niet ten bate van een protestants ziekenhuis te Vlissingen deed de slapende vereniging Bethesda plotseling tot bruisend leven komen. Met een legaat en kwijtschelding van hypotheken heeft het echtpaar tenslotte ruim f 715.000,- aan Bethesda geschonken. Dit bleek in augustus 1933 toen mevrouw Blum kwam te overlijden. De heer Blum overleed eerder op 17 november 1929, 77 jaar oud, in het rooms-katholieke ziekenhuis St. Joseph te Vlissingen! Het echtpaar Blum-De Niet wilde waarschijnlijk met zijn schenking de ziekenhuisbehoefte voor niet- katholieken in Vlissingen oplossen. Het stichten van een protestants-christelijk ziekenhuis werd echter door de onkerkelijken aangevoeld als een drang naar bekering. Het linkse en het onkerkelijk denkende deel van de bevolking van Vlissingen accepteerde deze stuurwijze daarom niet. Verkwanseld Van Woelderen was zeer ingenomen met de onverwachts verschenen kans op een gloednieuw modern ziekenhuis. Hij ging de vereniging Bethesda zoveel mogelijk steun geven. In februari 1929 kwam tenslotte een voorstel in de gemeenteraad om de bouwgrond aan de Kerkhoflaan, oorspronkelijk bestemd voor de bouw van een gemeenteziekenhuis, te verkopen aan Bethesda. Na felle discussie werd dit voorstel aangenomen met 11 tegen 6 stemmen, dankzij de liberalen, ofschoon die in den lande principieel tegen een sectarisch ziekenhuis waren. Verkwanseld, zeiden de linkse tegenstanders, dit ook gericht tegen Van Woelderen, die immers voorzitter en initiatiefnemer was geweest voor een nieuw gemeentelijk ziekenhuis en die daarvoor met de raad het bestemmingsplan der gemeente Vlissingen en ook de aankoop van de bouwgrond had bevorderd. Van Woelderen wilde alleen een goed ziekenhuis. Liever een gemeentelijk neutraal ziekenhuis, dat wel, maar als het niet anders mogelijk was, dan maar een christelijk ziekenhuis. De felle standpunten voor en tegen een christelijk ziekenhuis, die ook de standpunten onder de leidende ambtenaren hebben beïnvloed (de directeur van gemeentewerken O. bleek in de bewaard gebleven officiële stukken een geharnast tegenstander), verhinderden niet, dat Van Woelderen koers bleef houden op Bethesda. Hij achtte een gemeentelijk ziekenhuis onder de gegeven omstandigheden onbereikbaar. Pei heeft dit ook opgemerkt in zijn studie, want hij schrijft op pagina 166: "Hoewel hiervoor de bewijzen ontbreken, ontkomt men niet aan de indruk dat Van Woelderen deze oplossing heeft bevorderd door, in een geheime raadsvergadering, de uiterst precaire financiële positie waarin het Bethesda- bestuur verkeerde voor de raadsleden geheel of gedeeltelijk te verzwijgen" Wij hebben evenwel de 'vermiste' raadsnotulen van een vergadering met gesloten deuren op 8 januari 1932 kunnen lezen. In deze niet geheime maar wel besloten raadsvergadering heeft Van Woelderen openlijk al het hem bekende over de slechte financiële positie van Bethesda aan de raadsleden medegedeeld. Koningin Wilhelmina Hoe fel de politieke tegenstellingen zelfs binnen het college van B W van Vlissingen lagen bleek wel tijdens een officieel bezoek van Koningin Wilhelmina aan Bethesda in aanbouw op 17 april 1931Het college van B W weigerde dit bezoek bij te wonen. Van Woelderen was natuurlijk qualitate qua wel aanwezig, evenals de gemeentesecretaris, doch het college ontbrak! Deze officiële weigering, tegen het bestuur van Bethesda gericht, zegt boekdelen over de ontstane scherpe verhoudingen. Vermelding van dit feit had bij Pel niet mogen ontbreken. De oud-liberale Van Woelderen vergat de sterk verschillende levens beschouwingen, zoals die toen leefden onder de Vlissingse bevolking, ten gunste van het protestants-christelijke Bethesda, nadrukkelijk opgericht tégen het roomskatholieke St. Joseph. Van Woelderen had bovendien met zijn persoonlijke invloed de reeds bestemde bouwgrond voor een gemeentelijk ziekenhuis doen overdragen voor de bouw van een christelijk ziekenhuis. De schenkers van het ingezamelde bedrag van f 23.000,- tussen 1921 en 1923 waren des duivels. In een raadsvergadering in 1932 is dit Van Woelderen duchtig verweten. Anti-katholiek Na de opening van Bethesda bleek onmiddellijk hoezeer de kerkelijke groeperingen en de schenkers inzake Bethesda hadden misgetast. Het nieuwe ziekenhuis paste niet bij de mentaliteit van de meerderheid van de Vlissingse bevolking. De huisartsen, behalve één, verwezen hun patiënten gewoon naar St. Joseph. De sfeer in Bethesda bleek erg strak te zijn. De directrice verbood aan bedpatiënten het lezen van het dagblad Het Volk, een sociaal-democratische krant met zeer veel plaatselijke abonnees. Dit werd als onaanvaardbaar ondergaan. De verpleegsters werden aan zeer strenge regels gebonden. De leiding toonde zich anti-katholiek en bleef dat. Nog midden in de Tweede Wereldoorlog weigerde de directrice leveranties van een uitstekende plaatselijke viswinkelier omdat deze katholiek was..., zo verklaarde zij hem persoonlijk. En dat terwijl dezelfde directrice in 1943 extra voedsel vroeg en kreeg van de Duitse bezetters in Bethesda voor alle ziekenverzorgenden in haar huis. Dit blijkt uit dagboek aantekeningen van de leiding van de distributiedienst. Alle verplegenden in dit ziekenhuis hadden al extra Nederlandse rantsoenkaarten voor zogenaamde zware arbeid toegekend gekregen! Bethesda geraakte in financiële moeilijkheden. De Walcherse boerenstand bleef de Godshuizen in Middelburg verkiezen. De predikanten op Walcheren hebben toen de handen ineengeslagen. Men liet de (roomskatholieke) fotograaf Dert uit Vlissingen een film vervaardigen over Bethesda, met veel opnamen op alle dorpen van Walcheren. Een film die nog bestaat, nu als document van een deel van het dagelijks leven op Walcheren in 1932. Pas daarna, met veel aanbevelingen van de kansel, lukte het een flink deel van de boerenstand Bethesda te doen kiezen. 27

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1993 | | pagina 33