Boekbesprekingen Een Sikorsky-helikopter landt op de geïmproviseerde heli-haven bij Sommelsdijk, terwijl een vliegtuig een dropping uitvoert op het veld naast de dijk. Leydesdorff nauwelijks (althans: het regionale collectieve geheugen vind ik mislukt). Jammer van studentenproject Jammer is dat het onderzoek voor Het water en de herinnering een project van studenten is geweest. Niemand die maar twee of drie interviews afneemt, kan echt in het onderwerp komen. Zeker niet als je ook nog eens weinig ervaring hebt met interviewen, wat toch een vak is. Er waren hurken van studenten bij, vertelde Leydesdorff me, sommigen namen een jeneverfles mee en zetten het op een drinken, het hele verhaal vergetend. Er zaten ook hele goede studenten bij, die door hun jeugdigheid en openheid meer te horen kregen dan ooit een professional verteld zou zijn. Toch had ik liever in Slagers schoenen gestaan. Hij heeft alle tweehonderd gesprekken zelf gehouden, in het Zeeuws als dat kon (daar kunnen die Randstedelingen een puntje aan zuigen), tikte de banden zelf uit en kon dus continu de dwarsverbanden leggen. Een enkele kandidaat gesprekspartner had geen zin om Slager nog eens helemaal het verhaal te vertellen en gaf Slager de band mee die de 'Leydesdorff-student' had gemaakt. Niet zelden tijdens het afdraaien heeft de journalist gedacht: vraag daar nou naar. Verder is het natuurlijk een nadeel voor studenten dat ze de regio niet zo goed kenden, zo kan een zanddijk veranderen in het niet bestaande plaatsje Zanddijke. Qua uitwerking vind ik veel interviews in Het water en de herinnering de mooiste. Uitgeschreven spreektaal is voor enorm ingrijpende gebeurtenissen het meest geëigend. (Is een gebeurtenis echter totaal onbelangrijk dan gaat de uitgesponnen werkwijze van Leyersdorff soms juist irriteren.) De Nieuwe Revu-achtige stijl van Slager doet soms wat te snel aan. Politici houden van Het water en de herinnering Het water en de herinnering lijkt bij verschillende politici het meest prestige te hebben. Leydesdorff mag een verhaal houden tijdens de officiële, landelijke herdenking van de watersnoodramp, op 1 februari. De koningin krijgt het eerste exemplaar aangeboden. Leydesdorff krijgt onder meer subsidie van het ministerie van Verkeer en Waterstaat (100-duizend gulden) en van Gedeputeerde Staten van Zeeland (40-duizend gulden). Dat laatste bedrag is bedoeld om de verkoopprijs van het boek te drukken. Dat maakt De Koperen Tuin, uitgever van 'De ramp. Een reconstructie', een beetje boos, want dit is concurrentie vervalsing vinden Jan Bruijns en Kees Slager. Hun verzoek om 19-duizend gulden subsidie is niet ingewilligd. Reden: de provincie geeft 'voorkeur aan het bredere onderzoek van de Universiteit van Amsterdam. Door de daar beschikbare deskundigen en de voor dat onderzoek beschikbaar gestelde middelen, mede door Verkeer en Waterstaat, zijn er voldoende garanties voor een kwalitatief goede studie. Kees Slager: "Eigenlijk zeiden ze daarmee impliciet dat mijn boek geen kwalitatief goede studie zou worden." En daarmee had de provincie ernaast gezeten. Kennelijk is de provincie nogal gecharmeerd gebleken van weten schappers uit Amsterdam. Misschien heeft Slager ook geen provinciale subsidie gekregen omdat hij eerder kritische boeken schreef over Zeeuwse landarbeiders en vissers, en twee-en-een-half jaar het kritische blad Nieuw Zeeland runde. Slager kreeg overigens wel 25-duizend gulden van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten, zodat hij verlof kon krijgen van zijn vaste baas de VPRO en een half jaar ongestoord kon doorwerken. Kiezen de politici voor Leyesdorff: de klanten in de boekwinkel kiezen het vaakst voor Slager. Een landelijke uitgever zou zijn vingers aflikken bij de cijfers die De Koperen Tuin (een regionale uitgeverij) heeft weten te scoren met De ramp, etc.: 25-duizend verkochte exemplaren. (Als van een boek tweeduizend stuks worden verkocht, dan loopt het al aardig.) De vijfde druk ligt inmiddels in de winkels. En dat bij een prijs van 49,90 (paperback) en 65,00 (gebonden)! Jan Bruijns bestelde bij de Zierikzeese drukkerij Lakenman Ochtman B.V. een derde druk van negenduizend exemplaren. Een zeldzaam getal in het boekenvak. Hij sliep een halve nacht niet van die beslissing. Zelfs Kees Slager vroeg zich een beetje angstig af of dit niet wat erg veel was. Maarten Asscher, directeur van Meulenhoff, meldt voor Het water en de herinnering een verkochte oplage van tussen vijf- en tienduizend stuks. Het boek kost een stuk minder: 34,50. Asscher is blij met de verkoopcijfers. Kees Slager is dolgelukkig; hij kan onverwachts het rieten dak van zijn schuurtje vervangen. 73

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1993 | | pagina 35