Galerie
P. C. Wondergem (1892-1974)
Frank de Klerk
Landschappen en stillevens
Op 14 maart 1892 werd te Vlissingen
P.C. Wondergem geboren. Na een
jeugd waarover geen gegevens
bekend zijn ging hij werken als leerling
bij een huisschilder. Twintig jaar oud
was hij toen hij begon met het maken
van schilderijen. Zijn vroegst bekende
werk dateert uit 1914, een (nageschil
derd) heidelandschap met schaap
herder en kudde, wel curieus doch
weinig bezienswaardig. Zelf zei hij over
zijn passie voor het kunstschilderen:
"Je weet niet waarom. Het is een drang.
Je ziet overal schilderijen in. Het zal
wel dezelfde reden geweest zijn, die
een ander er toe brengt. Je kunt er
geen verklaring voor geven."
Invloed van Jacobs
Inmiddels stond de wereld aan de
vooravond van één van haar grote
beproevingen in deze eeuw: de Eerste
Wereldoorlog. Tijdens de oorlog
ontvluchtten veel Belgen hun door de
Duitsers bezette land en kwamen als
vluchteling onder meer naar neutraal
Nederland. Eén van die ontheemden
was de in eigen land reeds bekende
kunstschilder Gerard A.M. Jacobs.
Deze Antwerpenaar trok in 1915 met
zijn vrouw Josephine Hendrickx naar
Vlissingen. Zij bleven daar de rest van
hun leven wonen. Aanvankelijk, in het
België van rond de eeuwwisseling,
richtte hij zich in zijn werk op de
schaduwkanten van de maatschappij:
hij maakte portretten van verschop
pelingen, liederlijke taferelen,
dronkaards. Na de eeuwwisseling
kreeg hij een meer open kijk op het
leven, en werden zijn schilderijen
dromeriger en intiemer. We kunnen
spreken van het schildersechtpaar
Jacobs, want ook zijn vrouw werkte als
zelfstandig kunstschilder. Haar grootste
talenten lagen in het schilderen van
bloemenstillevens.
Jacobs was een gedreven persoonlijk
heid die reeds enkele maanden na zijn
aankomst in Vlissingen een verkoop
tentoonstelling van eigen werk
organiseerde. Binnen het jaar volgde
daarop een grote expositie met werk
van twintig Belgische en Nederlandse
kunstenaars. Hij startte in Vlissingen al
spoedig met het geven van lessen aan
Stilleven, 1956, aquarel.
leerling-schilders, waarvan hij er in
deze tijd al zo'n 25 om zich heen wist
te verzamelen. Dezen, amateurs,
kregen van de Belgische artiest de
grondbeginselen van de beeldende
kunst gedoceerd. Onderzijn leerlingen
van het eerste uur, de Jacobsjes, was
Piet Wondergem. Hij ontwikkelde zich
tot een technisch zeer bekwaam
schilder. Op zijn beurt droeg
Wondergem zijn vaardigheden weer
over op anderen. De Vlissingse
schilder Bram Phil, wiens werk
plotseling in brede kring waardering
vond, sprak over Wondergem: "De
grootste duw heb ik wel gekregen van
de heer Wondergem, met wie ik in m'n
vrije uren zo'n jaar of drie ben
opgetrokken. Met hem heb ik vaak
buiten geschilderd. Ik mag dan ook wel
zeggen, dat ik de grondslagen van het
schilderen van hem heb geleerd."
Jacobs en veel van zijn leerlingen
behoorden niet tot de modernsten
onder de kunstschilders. De algemene
opvatting was dat zodra schilderwerk
zijn herkenbaarheid verloor het geen
kunst meer was.
Kunstkring Het Zuiden
Piet Wondergem ging vanaf 1920, het
jaar van oprichting, deel uitmaken van
de Kunstkring Het Zuiden, die elk jaar
in Vlissingen exposities hield in het
Badpaviljoen aan de Boulevard.
De bloeitijd van de vereniging lag in de
jaren twintig.
Het aantal leerlingen klom op naar
vijftig. Wondergem verfijnde zijn
vakmanschap steeds verder en
oogstte daar in die tijd veel waardering
en bewondering mee. Zijn schilderijen
ademen rust en een alledaagse
intimiteit uit, en vooral natuur
getrouwheid. Naast lid van de
Kunstkring was hij ook betrokken bij de
natuurvereniging De Natuurvrienden te
Vlissingen. Aanvankelijk, in de jaren
twintig en dertig, schilderde hij wat
impressionistisch. Ongetwijfeld
onderging hij veel invloed van Jacobs,
en wellicht nog meer van diens vrouw.
Rustig, ingetogen, voornaam werk.
Wondergems schilderijen werden na
117