Ongenoegen Angry old man Centrum Beeldende Kunst Wethouder Schoenmakers heeft het 'm toch maar geflikt en het Centrum Beeldende Kunst door de Middelburgse raad gesleept. Ik ben op deze bladzijde niet zo feliciteerderig, maar ik vind dit toch wel een gelukwens waard. Je moet maar lef hebben! Vertegenwoordig je een partij, die op omvallen staat, kom je met een voorstel, waarvan je op je vingers kunt natellen, dat het bij je achterban lang niet overal goed zal vallen en het lukt je in een tijd van recessie, toenemende werkeloosheid en wat nog meer, geen 5,5 maar 7,5 miljoen los te branden, terwijl iedereen, die een krant leest, weet, dat het bij dergelijke grote projecten zelden blijft bij het begrote bedrag. Meestal gaat de eindafrekening vergezeld van een gepeperde meerwerk-nota. Toch heeft Middelburg (Schoenmakers zei: "niet ik, maar wij allemaal") het aangedurfd en dat verdient een compliment. Middelburg afficheert zich graag als monumentenstad. Dat schept verplichtingen. Als je een nieuwe, beeldbepalende stadswijk uit de grond stampt, een soort Manhattan aan de Arne heeft die net zo goed recht op een monument als de oude binnenstad. Dat zal er nu dan komen. Het ontwerp kan ik niet beoordelen. Ik heb alleen de maquette gezien en ik wacht nu met spanning op het program van actie, dat de nieuw benoemde directeur, naar ik hoop spoedig, zal voorleggen. Je kunt wel een interessant gebouw neerzetten, maar je moet ook weten wat je ermee gaat doen. Dat vereist niet alleen initiatief en enthousiasme, maar ook geld. Het eerste jaar zal het wel gaan, maar het gaat om het vervolg. Er is hier net een Frans Rijckhals Museum door gebrek aan belangstelling gesloten en aan de toewijding van de oprichter heeft het niet gelegen. De objecten zijn niet met elkaar te vergelijken, maar het publiek blijft wuft en veranderlijk. Tussen Oost en West Nog twee opmerkingen. Er staat aan de Maisbaai ook nog een oud VOC gebouw, het kantoor van de Equipagemeester, de man die voor de uitrusting van de schepen zorgde. Het staat wat verloren tussen al die nieuwbouw, maar het is een monument in de Zeeuwse scheepvaart- geschiedenis en het staat aan de Arne, vanwaar de schepen vertrokken. Dat gebouw mag niet weg. Er moet wat zinnigs mee worden gedaan. Het mooiste zou zijn er een replica van een Compagnieschip voor te leggen, zoals bij het Scheepvaartmuseum in Amsterdam en het huis inwendig op te sieren met oude kaarten, een maquette van de baai van Bantam enz. enz. Schrijf maar een prijsvraag uit voor ideeën. De Commercie Compagnie, die in de buurt heeft gezeten, kan ook materiaal leveren, evenals de West Indische Compagnie. Er moet toch iets zijn, waaruit blijkt dat deze stad een belangrijke rol heeft gespeeld in de handel op Oost en West! Ten tweede: wees voorzichtig met het stadhuis. De Vleeshal was voor de slagers, op de vloer ligt zelfs een tegel met 'rund' erop. Het is dus verantwoord die hal een profane bestemming te geven, maar alsjeblieft geen restaurant. Eettenten zijn er rondom de Markt genoeg. Verzin eens wat originelers. Die Nehalennia tentoonstelling van 1971 was toch een behoorlijk succes? Probeer zoiets ook eens met Decima, bv. samen met Japan. Doe iets over De Moucheron en Rusland. Er zijn heus wel creatieve geesten, die aan iets anders dan tafelen denken. I wonder, I wonder Ik heb nog iets anders op m'n lever: het misselijk makende gehannes en gesol met onze bejaarden. D'Ancona kan nu wel jammeren dat we haar verkeerd begrepen hebben en dat ze alleen maar het goede met de bejaarden voor heeft, de geluiden uit de praktijk zijn anders. De eerste bejaardenhuizen zijn hier in Zeeland al gesloten en mensen, die hadden gedacht dat ze daar van een rustige oude dag zouden kunnen genieten, moeten verkassen. Ik wil er niet sentimenteel over doen, ik weet dat ons land aan het vergrijzen is, zoals veel landen in onze omgeving, maar dat is een gevolg van de betere levensomstandigheden en de betere gezondheidszorg waar we zo trots op zijn. Dan mogen we die mensen, die hun hele leven voor ons hebben gezorgd en die door hun werk deze betere omstandigheden hebben mogelijk gemaakt, niet beschouwen als een overbodige, onrendabele ballast die we tot het einde van hun dagen met ons mee moeten sjouwen, maar als mensen die afhankelijk geworden zijn van onze zorg. Die zorg dienen wij te verschaffen en ik ben geneigd te zeggen, dat het een zaak van eenvoudige piëteit en beschaving is aan dit late leven eerste prioriteit te geven en de waardigheid daarvan geen afbreuk te doen. Hier passen geen fraaie verhalen, die in wezen niets anders zijn dan ordinaire bezuinigingsmaatregelen. Dat is pas echt mensonwaardig. We hebben, als het ons van pas komt, de mond vol over eerbied voor het leven. Bij de bejaardenzorg kunnen we laten zien wat we werkelijk menen. Als mevrouw d'Ancona dat ook heeft bedoeld, dan heeft ze in haar luxueus ingerichte departement een stelletje goed betaalde, maar slecht ingelichte adviseurs zitten, want zo is de boodschap niet overgekomen. Als feministe wist ze uitstekend de publiciteit te vinden. Die gave heeft haar bij de senioren dan onbehoorlijk in de steek gelaten. Wat vindt u van een miljoenennota, die aan de ene kant met een kapmes door de zorg gaat en aan de andere kant geld vrij maakt om jonge mensen aan een opleiding en een baan te helpen? "I wonder, I wonder" said Alice. Een 17-jarige, die nog niets heeft gepresteerd, heeft al recht op een uitkering en een woning en als hij het een beetje handig speelt kan hij z'n Verdiensten' nog aanvullen met studiefinanciering en een jaarkaart op het openbaar vervoer. Van mij mag het, als dat in onze verlichte tijd noodzakelijk wordt bevonden. Maar mag er dan een even royale tegemoetkoming af om onze bejaarden een onbezorgde en goedverzorgde oude dag te bieden in een omgeving waar ze zich thuis voelen? 191

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1993 | | pagina 25