Over Cornelis de Vos: (1584/5-1651) met Snijders is wel documentair bevestigd. Over de eerste jaren nadat Cornelis de Vos het meesterschap verwierf, is weinig bekend. Er zijn, op enkele te verwaarlozen voorbeelden na, evenmin schilderijen bekend uit deze periode. De Vos voelde zich comfortabel in het Antwerpse milieu wat ook blijkt uit zijn wens om poorter van Antwerpen te worden (23 september 1616). Bij deze gelegenheid laat hij zich niet als schilder maar wel als coopman registreren. Een jaar later huwde hij met de Antwerpse Susanna Cock, een halfzuster van Jan Wildens, een vooraanstaand landschapschilder die herhaaldelijk met Rubens had samengewerkt (foto 1Zij kregen zes kinderen. Vijf van hen zijn afgebeeld in het zelfportret van de schilder met zijn gezin in de Hermitage te Sint- Petersburg (ca. 1634). Het lijkt er op dat van zijn huwelijk een stimulans is uitgegeaan om zich meer exclusief op het schilderen te richten. Tussen 1620, het jaar van zijn dekenaat, en 1640 maakte hij niet minder dan een honderdendertigtal portretten en een kleine honderd historie-en genrestukken. Totnogtoe was hij vooral als portretschilder bekend. Binnen de context van de Antwerpse barok is hij de meest stereotype vertegenwoordiger geworden van het burgerlijke portretgenre. Stereotiep zijn vooral zijn posen en composities die vaak naar analogie met werken van Pieter Paul Rubens en Anton van Dijck werden ontwikkeld. De Vos hanteerde echter een zeer particuliere stijl waarbij een suggestieve toets gecombineerd werd met een trefzeker realisme. Dit laatste element is vooral in zijn kinder portretten aanwezig. Zijn psychologisch inzicht lijkt groter te zijn geweest naarmate de leeftijd van zijn modellen afnam. Als schilder van historie- en genrestukken werd hij over het algemeen minder gewaardeerd. Op dit terrein gold hij als één van de vele Rubens-epigonen. Recent onderzoek toont niettemin aan dat hij buiten het portretgenre veel actiever was dan algemeen werd gedacht en bewijst ook dat de gemiddelde artistieke kwaliteit de verwachtingen ver overtreft. De zeer Foto 3. Cornelis de Vos, Portret van Maria-Anna Schotten, Boston, Museum of Fine Arts, ca. 7 628. 218

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1993 | | pagina 12