Verrassing en vanzelfsprekendheid De Bles en McNamara geven Hulst een beeld en een plein H. W.A. Koch Wanneer op 10 december 1993 het nieuwe Stadskantoor van Hulst in gebruik is genomen zal deze stad niet alleen een ruimer onderkomen voor het gemeentebestuur, maar ook een beeld en een nieuw plein rijker zijn. Dat is dan het resultaat van een kunstopdracht die burgemeester en wethouders van Hulst in juli 1993 hebben verleend. De procedure Voor het tot stand komen van deze opdracht heeft het gemeentebestuur van Hulst een procedure gevolgd die ook in verschillende andere Zeeuwse gemeenten tot goede resultaten heeft geleid. Er is een commissie ingesteld met vertegenwoordigers van het gemeentebestuur, de architect en twee deskundigen op het gebied van de beeldende kunst. Deze commissie heeft de opdracht geformuleerd en het gemeentebestuur aangeraden drie combinaties van telkens twee Zeeuwse kunstenaars een schetsontwerp te laten maken. Aldus is geschied. De commissie heeft de drie ontwerpen die als gevolg daarvan zijn ingediend vervolgens beoordeeld. Zij kwamen unaniem tot de slotsom dat, ondanks de kwaliteiten van de andere ontwerpen, dat van het duo Wies de Bles en Martin McNamara voor de bewuste plaats het beste was. Het gemeentebestuur heeft deze twee kunstenaars vervolgens de opdracht verleend. De opdracht Over de bouw van het nieuwe Stadskantoor is in Hulst veel te doen geweest. Dat is niet verwonderlijk: het gebouw verrijst midden in het oude stadshart, pal achter het historische Stadhuis. Een bijzonder kwetsbare plek die door welke ingreep dan ook gemakkelijker verprutst dan verrijkt kan worden. Met deze problematiek had ook de commissie te maken. Het Stadskantoor van architect L. Ruys uit Breda heeft de vorm van een L, waarvan de ene poot achter en parallel aan het oude Stadhuis loopt en "The New Frontier collectie-Muhka-Antwerpen. de andere daar ongeveer haaks op staat. Tussen deze twee poten ontstaat aan de Lange Bellingstraat een drie hoekige ruimte. De gedachte van de architect was om het hoogteverschil tussen deze ruimte en de straat op te vangen door een soort keermuur. Zijn suggestie aan de commissie was om de kunstenaars te vragen "iets" met die muur te doen. De commissie vond dat een goed idee en heeft dat in de opdrachtbeschrijving verwerkt, de kunstenaars daarbij alle ruimte latend. Het ontwerp De reactie van Wies de Bles en Martin McNamara daarop was even onverwacht als - achteraf - vanzelfsprekend. Zij stelden voor de keermuur te vervangen door een brede, diagonaal lopende trap die de ruimte vóór het Stadskantoor geleidelijk laat overlopen in de Lange Bellingstraat. Er ontstaat dan een groter gebied met de allure van een plein. Het idee van de keermuur wordt in hun ontwerp behouden door een rij van leilinden op de oude rooilijn. Dit bomenscherm verzacht naar hun idee de stedelijk omgeving en is transparant genoeg om het zicht op het nieuwe gebouw niet verloren te doen gaan. Met dit scherm verwijzen De Bles en McNamara ook naar de groene wallen die de stadskern van Hulst omringen en zo typisch zijn voor deze oude vestingstad. Het kunstwerk: The Fountain Het ontwerp krijgt een extra dimensie doordat centraal op het nieuwe plein een monumentaal beeld wordt geplaatst dat door De Bles en McNamara "The Fountain" wordt genoemd. Het zal bestaan uit een onregelmatig gevormde, zwart glanzende granieten plaat - ongeveer drie meter hoog - met daarbovenop een schenkend, bronzen vat. De kunstenaars zien dit beeld als een symbool van de bedrijvige en energieke stad die Hulst is. Zelf zeggen zij ervan: "Het beeld roept associaties op met een constant stromen, met de continuïteit van energie. De stroming is als een foto: een ogenblik gestold in zijn beweging. Het hooggepolijste zwarte graniet, waarin de omgeving zich spiegelt, is van een intense, fascinerende diepte en verbindt zich zo met de architectuur en het plein. Tegelijkertijd ervaart men de steen als massa en als drager van het schenkende, bronzen vat. Dualistische begrippen als illusie en realiteit worden met elkaar verbonden en geven zo de betoverende kracht die kunst moet hebben". De kunstenaars Wies de Bles is geboren in Den Haag en kreeg haar opleiding als beeld houwer aan de Vrije Akademie in die stad. Al sinds 1971 woont en werkt zij in Heinkenszand. Aanvankelijk werkte zij vooral in polyester en liet zij zich inspireren door voorwerpen uit haar directe omgeving. Rond 1980 krijgt haar werk een meer monumentaal karakter en ontstaan installaties en ruimtelijke objecten, al dan niet in opdracht. Aan het polyester 228

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1993 | | pagina 22