Pieter Nuyts (1598-1655): Een Hulsterse burgemeester uit het Verre Oosten De koperen kroon in Nikko. Het Nederlandse geschenk aan de shogun dat hem vermurwde Nuyts na vier jaar gevangenschap vrij te laten. handelsembargo werd opgeheven. Eind oktober werd Nuyts overgebracht naar 's Compagnies loge in Hirado en in december werd Nuyts overgebracht naar een gevangenis in Hirado. Aanvankelijk schijnt Nuyts met behulp van zijn bewakers Japans te hebben gestudeerd om bij gelegenheid de shogun persoonlijk te kunnen bedanken wanneer hij in vrijheid zou worden gesteld. Maar de meeste tijd besteedde de gevangene toch aan zijn eigen studiën. Hij verzocht nicht Maria om zeventig meest in het Latijn geschreven standaardwerken van auteurs als Erasmus, Petrarca, Plautus, Kircher, Machiavelli en Seneca vanuit Batavia naar Hirado te zenden. Met zijn boeken bij de hand kon Nuyts zich verpozen met het schrijven van opstellen over onderwerpen die niets met zijn penibele situatie in Japan te maken hadden. Twee van deze luchtige essays, beide opgedragen aan het opperhoofd van de factorij van de VOC in Siam, Justus Schouten waarmee hij in correspondentie stond, zijn bewaard gebleven. Hij stelde een verhandeling samen over de koning van de jungle: "Lof des Elephants, das is Historisch verhaal van de Nature, Eygenschappen (ende proprieteijten) des Elephants, uyt verscheijde Autheuren vergadert door Pieter Nuyts, Raad van India, ende Oudt- Gouverneur van Tayouan ende de Kust van India.' Het is duidelijk dat Nuyts de dikhuid uit het oerwoud in vele opzichten aan de mens en meer in het bijzonder aan zichzelf ten voorbeeld stelde. Hij bezong het goede geheugen, de trouw en zachtzinnigheid van de olifant. Schouten was zeer verguld was met de speelse essay. Als tegenprestatie stuurde hij Nuyts een 'Discours van de gelegenheid van het koninkrijk Siam'. Schouten vergeleek de rivier de Menam die langs de Siamese hoofdstad Ayutthaya stroomde met de Ganges in India en de Nijl in Egypte en meende dat deze machtige rivieren zeer op elkaar leken. Toen Pieter Nuyts in wie de arabist en classicus wakker werden geroepen dit las, was hij het daar absoluut niet mee eens. Hij besloot daarom een uitgebreide "Beschrijvinge van Riviere Nylus in Aegypten" te componeren. Het idee dat een Zeeuw in Japanse ballingschap een verhandeling over de olifant schreef is misschien vreemd maar een beschrijving van de Nijl is op het eerste gezicht nog merkwaardiger. Aan niets is te merken dat hij in een uithoek van Azië gevangen zat. Door gevangenismuren volledig van de buitenwereld afgesloten maar verschanst tussen de hem zo dierbare folianten waagde Nuyts zich aan een van de grote problemen die Europese geleerden toentertijd bezighielden: waar lagen de de bronnen van de rivier de Nijl? Nadat hij vele afwijkende meningen over de oorsprong van de Nijl de revue had laten passeren verzuchtte hij: Posito in medio, quo me vertam nescio - Staende in't midst deser geleerder benden, tot wiens opinie sal ick mij wenden? Nuyts schreef niet alleen luchthartige essays tijdens zijn verblijf in de gevangenis. Uit een tweetal rapporten die hij aan de gouverneur- generaal opdroeg, blijkt duidelijk dat zijn belangstelling voor het reilen en zeilen van de Compagnie geenszins verflauwde. Zo stelde hij voor planmatige ontdekkingsreizen te ondernemen zowel ten noorden en beoosten van Japan als rondom het door hem ontdekte Australië. Die reizen werden enige jaren later inderdaad uitgevoerd.Het tweede rapport behelsde de lokatie van de compagniesvestiging in Japan. Nuyts meende dat de haven van Nagasaki veel meer mogelijkheden bood voor de Nederlandse handel dan het wat afgelegen Hirado. En hoewel dit plan van visie getuigde, besloot de Indische Regering dit vooralsnog niet op te volgen. In 1640 werden de Nederlanders door de Japanse overheid evenwe bevolen hun factorij in Hirado af te breken, en met hun hele ït i h'f/, 239

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1993 | | pagina 33