as neergezet. De sfeer werd ten dele bepaald door het luminisme dat een tijd-
ng in Toorop een grote voorman had; daarnaast was er ruimte voor oudere
aturalisme, impressionisme, symbolisme) en nieuwe (cubisme, expressionis-
e) stromingen. Wat mij in het bijzonder boeide, was dat al deze richtingen, ver
an een stedelijke competitiesfeer en in een ontspannen vakantiestemming,
eel harmonieus leken samen te gaan. Bovendien vormden zij op hun beurt te
amen weer een onderdeel van een grotere harmonie; die van de kunstenaars
t allerlei disciplines die in Domburg samenkwamen.
u begon men zich bij de schilders kennelijk te specialiseren. Elke tijd vraagt zijn
gen uitingswijze; zou dit kunnen betekenen dat Domburg de twintigste eeuw
as binnen gestapt?
let lang daarna namen wij afscheid van onze hartelijke gastheer. Wij liepen
rug over de Markt. Omkijkend, was de fagade van de kerk met enige moeite in
3t halfduister te onderscheiden. Ik dacht eraan hoe Piet Mondriaan de kerk
-nstreeks 1910 nog figuratief had
eschilderd en een paar jaar later
volledig abstract. Toch was het
sheel en al dezelfde kerk. De figu-
tieve weergave heb ik een jaar of
jf geleden op een tentoonstelling
an de Rotterdamsche Kunstkring
ezien; de abstracte, een tekening,
;en ik alleen maar van een afbeel-
ng in een artikel van Theo van
oesburg, in De Stijl,
ondriaan, zo peinsde ik, had de
ntwikkeling die hij tot nu toe heeft
oorgemaakt kunnen doormaken
mdat hij lijnrecht zijn eigen gang
ng. Hij stond weliswaar open voor
vloeden van buitenaf maar ver-
erkte die op een heel eigen wijze,
otseling vroeg ik mij af waar dat toe zou leiden, hoe lang en waarschijnlijk een-
raam de weg zou zijn die deze kunstenaar nog zou afleggen. Ik had mij laten
ertellen dat zijn Parijse atelier was ingedeeld volgens zijn neo-plastische princi-
es, als was het een van zijn lijnen- en vlakkencomposities
een strenge ordening voor Mies Elout-Drabbe. In haar lichte, aan de tuinzijde
an het oorspronkelijke huis aangebouwde atelier kon men, zo merkte ik, met
en gerust hart op de oude, onder het raam geschoven canapé gaan zitten, in
en van de vele rondliggende boekjes bladeren of naar de kroonluchter staren
aarin zich een vogelnest bevond. "Zwaluwen", Mevrouw Elout glimlachte om
lijn verbaasde blik. "Zij komen elk jaar weer." Een pronte Zeeuwse bracht kof-
0, mevrouw Elout schonk in. Wij spraken over Pico, over het kamp van Jordan
en de toekomst van de jonge Frans, kwamen al gauw bij de Verwey's en de niet
onaanzienlijke rol die oom Albert heeft gespeeld in de loopbaan van mevrouw
louts oudere zusje Henriëtte, de dichteres. Vandaar was het maar een kleine
~tap naar Toorop.
Hij is een van de gelukkigste mensen die ik ken", weer die milde glimlach. "Hij is
volkomen open voor de natuurinvloeden en put daar zijn geluk en zijn kracht
uit."
Als ik 't me goed herinner, heeft de criticus Plasschaert eens van Toorop
.ezegd: 'Waar Toorop is, daar is ruimte' Een schaduw trok over mevrouw
Flouts gezicht bij het horen van de naam van Plasschaert, de tweede man van
aar nichtje Lucie van Dam van Isselt, maar zij was veel te wel opgevoed om