Voorts: Brief Ch. Vergeer aan F.L. van Vloten, d.d. 19 juni 1994, particulier bezit. Briefkaart M. Elout-Drabbe aan P.J. van der Feen, d.d. 20 juli 1921, particuliere collectie. Correspondentie O. (van Vloten-)van den Bergh en P.J. van der Feen, particuliere collectie. Correspondentie P.J. van der Feen met A.FI. Fluussen jr, Zeeuws Documentatiecentrum Middelburg. Gesprekken met F.H.J. Elout, P.J. van der Feen, A.M. Flammacher, enkele Verwey's en Van Vlotens. Informatie van het Rijksarchief Zeeland, de Biologische faculteit van de RU Utrecht. Foto's: Elout-archief Domburg, familiearchief Van Vloten, Góth-archief Veere, Flaags Gemeentemuseum, Zeeuws Museum. Met dank aan Nico Brederoo, M.P. de Bruin, Albert Meijer en Gerard van Wezel. De door mij (vrij) aangehaalde uitspraken en feiten in dit fictieve verhaal berus ten, met uitzondering van hieronder gespecificeerde, op bovenstaande bronnen. Hendrik en Octavie van Vloten-van den Bergh waren mijn grootouders, terwille van het verhaal heb ik mij tot Henks jongere zusje gemaakt. De laatste weken van juli en de eerste van augustus 1921 verbleven mijn grootouders, mede i.v.m. Jordans kamp, in Domburg. Hun (studie-)vriend Pico van der Feen was nauw bij de organisatie van het kamp betrokken. De genoemde tentoonstelling moderne grafiek en tekeningen was op 9 juli 1921 geopend, de opening van de daaropvolgende tentoonstelling was op 2 augustus 1921 vastgesteld. De opge voerde personen logeerden allemaal omstreeks deze tijd (juli/augustus) in Domburg of omgeving. Mijn grootmoeder en ik werden beiden bij aankomst in Utrecht lid van de UVSV; mijn grootmoeder zo'n vijftig jaar voor mij. Mies Elout had grote belangstelling voor Krishnamurti. Het is mij niet bekend of zij het boekje Aan de voeten van den Meester bezat, genoemd exemplaar is afkomstig uit de bibliotheek van mijn grootouders. Rik Roland Holst was samen met Mies Elout betrokken bij een ondersteuningsfonds voor de Van Schendels die met financiële en gezondheidsproblemen kampten. Zij leerden elkaar in september 1921 beter kennen, hetgeen tot een grote vriendschap leidde, in 1921 werkte Toorop aan Madonna-afbeeldingen en (nog) een portret van Boutens. Sarika Góth schilderde in dat jaar een Walcherse kermis. Alex Voormolen componeerde Veere (voor piano en sopraan) in 1921, de tekst is van Albert Plasschaert. Op de Buissche heide bij Zundert bevond zich het buitenverblijf van de Roland Holsten, zij woonden er enige tijd permanent. Het gedeeltelijk geciteerde gedicht dat schrijver-piloot Adriaan Viruly (1905-1986) voor Mies Elout maakte, dateert van 1924. Viruiy was met Frans Elout bevriend, hij woonde in Westkapelle waar zijn vader burgemeester was. Omdat de woorden 'een teer begrijpen' heel goed mijn gevoel t.o.v. de 'kunstenaarskolonie' in Domburg weergeven, heb ik het gedicht in tijd naar voren gehaald. 1 57

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1994 | | pagina 39