ekend van een foto in de eerste druk van het boek van Arthur Lehning. Waarom werd ze verscheurd? Was de tekening zo slecht of moest er afgere- end worden? We weten het niet. :r is in dit verband nog een merkwaardige passage in Marsmans werk die wel- icht niet op een afrekening maar wel op een distantiëring wijst, ook in artistieke in. In de jaren dertig publiceert Marsman samen met Simon Vestdijk een roman in brieven, Heden ik, Morgen Gij. Hierin schrijft Marsman onder de naam Snellen n een brief iets met betrekking tot schrijver-schilder Van Looy waarin Charley oorop op een uiterst kritische manier plotseling optreedt: "dat was een kerel dat was een schilder. Daar haalt die Charley Toorop niet bij, waar menschen egenwoordig zoo mee dweepen. Maar vraag het de schilders eens, de men- chen die werkelijk weten wat schilderen is, die lachen er om. Menschelijk bezien eeft het misschien een soort eerlijke, harde en ruwe kracht, hoewel lang niet oo veel als het voorgeeft, maar picturaal is het zoo armoedig, zoo linksch en an een gemis aan bezieling, aan kleurgevoel, aan cultuur - het is treurig. Dat fat tegenwoordig opgang maakt bewijst een barbariseering van de hollandsche maak, die niet mis is. Maar goed, wat geeft het, Holland heeft zijn tijd en zijn beschaving gehad" (brief van 14 mei 1934, uitgave Amsterdam 1947, blz. 114). De liaison tussen Marsman en Charley Toorop heeft zo gezien vreemde sporen agelaten. Toen Marsman en Vestdijk deze roman schreven was de tijd van de elatie van de eerste met Charley (1924-1925) lang voorbij. Ook een andere elatie van Charley is dan al verleden tijd: die met Marsmans jeugdvriend, Arthur ehning, met wie Charley na de verhouding met Marsman enkele jaren in \msterdam samenwoonde. Ook een zomerse bezoeker in Herberg de Valk te Westkapelle trouwens. In het archief van Arthur Lehning, dat nog niet beschik baar is, kunnen we wellicht nog meer sporen vinden van de gedeeltelijk te Westkapelle gelokaliseerde relatie. Voorlopig moeten we het doen met enkele uggestieve gedichten, een paar krabbeltjes, een kwijtgeraakte foto en een ver nietigde tekening. Bibliografische aantekening: N. J. Brederoo, Charley Toorop. [Utrecht, 1982] A.M. Hammacher, Charley Toorop. Rotterdam 1952 Arthur Lehning, H. Marsman, de vriend van mijn jeugd. Amsterdam 1954 H. Marsman S. Vestdijk, Heden ik, morgen gij. Amsterdam 1947 H. Marsman, Achter de vuurlijn van de horizon. Verspreid gepubliceerde gedichten 1917-1940. (ed. H.T.M. van Vliet), Amsterdam 1990. H. Marsman, Verzameld Werk. Amsterdam Met dank aan Rebecca van Wittene, met wie ik drie jaar geleden voor Omroep Zeeland een documentaire maakte over de relatie Marsman- Toorop-Westkapelle 1 63

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1994 | | pagina 45