3 mk*
ijn Zeelandgevoel
W.M. VAN WOERDEN
De maatschappij tot uitvoering van de
Zuiderzeewerken aan de slag op
Walcheren in 1945.
50 jaar geleden stond Walcheren onder
water. Op de een of andere manier is dat
een vertrouwd beeld voor mij. Niet dat ons
huis in het water gestaan heeft. Integen
deel,het stond hoog en droog in het cen
trum van Middelburg. Groot genoeg om in
de oorlogsjaren evacue's op te nemen.
Gevlucht voor het water, een molenaar
uit Nw. St. Joosland, een melkboer
uit 't Zand en een smid uit Koudekerke. Ze
logeerden allemaal in ons huis, met hun
hebben en houwen. Ik hoor nog de muizen
op de zolder lopen, aangetrokken door de
stapel tarwe; ik ruik nog de carbidlamp van
de smid voor de schaarse verlichting van
hun kamer. Het hele huis gonsde van het
Zeeuws, dat we zelf niet konden spreken.
Vaak was het water het onderwerp van
gesprek. Het was ook dichtbij, de huizen
aan de singels stonden onder water.
Alleen de binnenstad was droog. En daar
zaten nu juist de Duitsers, in hun schuilkel
ders, om wie het allemaal begonnen was.
De duinen van Walcheren werden op vier
plaatsen gebombardeerd door de
Engelsen: bij Westkapelle, Vlissingen,
Ritthem en Veere. De "Tuin van
Walcheren" werd onder water gezet om de
Duitsers te verdrijven... Als kind besefte je
dat natuurlijk niet, maar je zag overal water
en hoorde de mensen er steeds maar over
praten. Ik had mijn puzzel van geïnun
deerd Walcheren. Erg veel blauwe stukjes.
De gele stukjes vormden samen de dui
nenrij, duinen met prikkeldraad en
Verboden Toegang. Een boer zit te vissen
op op z'n dak, een boerin staat nog net op
een droog stukje van het dorp, met een
eiermandje aan haar arm. Een jongen
zwaait wanhopig met z'n zakdoek om hulp,
zittend op een mijn, drijvend in de golven.
De sporen van de oorlog zijn duidelijk in
kaart gebracht. Het is een puzzel met een
positieve boodschap: Walcheren komt er
weer bovenop, Luctor et Emergo. De MUZ
of de "Maatschappij tot Uitvoering van de
Zuiderzeewerken"(!) is hard bezig het
Veerse Gat en het Nollegat bij Vlissingen
te dichten. De Westkappelaars knappen
zelf het karwei wel op, gewend als zij zijn
eeuwig te vechten tegen de zee. Hoevaak
heb ik als kind deze puzzel niet gemaakt
en ongemerkt een Zeelandgevoel ontwik
keld.
De ruit van Walcheren
Walcheren was voor mij als jongen de
maat van alle dingen. De wereld zag eruit
als een ruit. Elke hoek van de ruit had iets
eigens, iets bizonders. Met Middelburg als
middelpunt van die wereld ging je naar de
zuidelijke punt om iets spannends te bele
ven. Op de boulevard van Vlissingen
kwam je aan de grens van de bewoonde
en de onbewoonde wereld. De boulevard
gaf je het gevoel op de railing van een
schip te lopen, dat stabiel lag in een onstui
mige zee. Bij het standbeeld van Michiel
de Ruyter ging je kijken hoe het zeewater
opspatte tegen de kademuren. Dan zag je
ineens loodsboten opdoemen, terug van
hun missie om grote zeeschepen veilig te
loodsen langs de gevaarlijke zandbanken
in de Westerschelde. De boulevard was
een soort kijkdoos,waarin je zo nu en dan
monsters zag opduiken, grote schepen die
vlak langs de kust voeren,op weg naar
Antwerpen.
Als we naar het strand wilden gingen we
naar de noordelijke punt van de ruit. Altijd
tegen de wind in fietsen, maar met het
vooruitzicht dat je straks lui zou liggen in
het zand. We fietsten naar ons favoriete
dorp Domburg, want daar viel altijd wel wat
te beleven. De meisjes van het gymnasium
gingen er namelijk ook naar toe. Keurige
badhokjes op het strand en op een plankier
tussen het hete zand liep je naar de dou
che. Er was ook een duiktoren in zee. In de
zomer kwamen er altijd dezelfde families
naar Domburg, naar hun vaste zomerhuis-
220