NOTARIIS, INPRIMIS SECUN
DUM JUS HODIERNUM;
rde". Niet zonder reden poogde Sifflé zijn bezadigde en rustige toon te hand-
aven. In het rechtzinnige Zeeland uitte menigeen zijn onvrede ten aanzien van
ie liberale krant die in de volksmond al spoedig 'de onruststooker' genoemd
werd. Abrahams herinnerde zich nog levendig "hoe er soms aan het hoekje van
len huiselijken haard door ouderen van dagen op de heftigheid van de
Vlissingsche onruststooker werd gescholden en hoe sommige grijsaards alleen
■>p het hooren van den naam der courant bedenkelijk het hoofd schudden". In
ie jaren veertig vocht de krant verbeten tegen de vooroordelen van het
ieeuwse publiek waardoor de redactie verbitterd raakte en geestverwanten
Sifflé steeds vaker de kastanjes uit het vuur lieten halen.
Na 1845 ging het snel bergafwaarts met de
rant. Sifflé reduceerde zijn politieke commen-
aren tot spot- en hekeldichten en veel artike-
en werden uit andere bladen overgenomen.
/laar in 1848 kreeg de courant een nieuwe
impuls. Sifflé scheen zelfverzekerder dan ooit
;n hij leverde lange beschouwingen die vaak
en filosofisch-sociologisch karakter hadden,
lo combineerde hij in een enkel artikel zijn
oorkeur voor Donker Curtius boven
Schimmelpenninck met de cultuur van het
jude China en het werk van Rafael en
Subens. Ook nam de kritiek toe op het aristo-
ratische Zeeuwse bestuur dat stelselmatig
iet democratische beginsel zou onderdruk-
.en. De lezers identificeerden het blad volle
dig met Sifflé, zo bleek onder meer uit de inge-
onden brieven. Een anonieme auteur
lestempelde de notaris-politicus als "een
acobijn van de ergste soort, een
Middelburgsche Robespierre, die zelfs naar
men wil, reeds bezig is aan het samenstellen
an een stoomguillotine, om in de aanstaande
Zeeuwsche Republiek de tegenstanders der
liddelburgsche Girondijnen te vernietigen".
Op 1 oktober 1848 verscheen het dagblad
opnieuw onder een gewijzigde naam: de
eeuwsche Courant. Maar ook die koerswending leverde weinig op. Abrahams
noteerde drie redenen voor het uitblijven van steun uit Middelburg en
Walcheren. Allereerst zou de krant zich kenmerken door een gebrek aan tact:
iIe artikelen waren droog en langradig terwijl er juist behoefte bestond aan een
<ort maar krachtige' berichtgeving. Op de tweede plaats was het aantal libera
le geestverwanten in 1848 te Middelburg nog te gering om met enig succes een
agblad te kunnen uitgeven. Ten slotte werd de Zeeuwsche Courant schuldig
>evonden aan het polariseren van spanningen in de Middelburgse samenle-
ing. De 'goede en oude' verstandhouding tussen de verschillende sociale
roepen liep ten einde en de krant werd het mikpunt van smaadschriften en
mhimpdichten die uiterst fel van toon waren. Niet zonder reden dichtte Sifflé in
ijn kolommen:
Ja! Waarachtig! Ja!
We draaien als een weerhaan met den wind
Die 't meeste schimpen kan
schijnt ons de grootste held.
209
DISSERTA TI O HISTORICO - J UR IDIC.l
INAUGURALIS,
d e
q U a m
ANNUENTE SUMMO NUiMlNE
EX AUCTORITATE RECTO RIS DLAGNIFICI
HENR1CI GUIL1ELMI TYDEMAN,
jurisconsulti et antecessors
NEC NON
AMpLisSTMi SENATUS ACADEMICI consensu
E T
nobilissimae facultatis juridicae decreto,
PRO GRADU DOCTORATUS,
summisque in JURE ROMANO et HODIERNO
honoribus ac priyilegiis»
IN ACADEMIA LUGDUNO-BATAVA
rite et legitime consequendis',
publico ac solenni examjni subm1ttjt
ALEXANDER FRANC1SCUS SIFFLÉ,
medioburgo zelandus.
Ad diem i. Octobris mdcccxxv. Hord XXI.
in auditorio majori.
LU GD U NI'-RA TA VORUSt.
APUD H. W. HAZE3NBERG juniorem.
MDCCCXXV.