De natuur als bron van inspiratie
Nature Morte
de magische realisten en ook veel van
Rijkens onderwerpen doen aan hun
werk denken. De objecten in zijn com
posities zijn ieder afzonderlijk nauwkeu
rig weergegeven, soms zo bedriegelijk
echt, dat in sommige gevallen het effect
ontstaat van een zogenaamde Trompe
l'oeil - schildering. Voorwerpen zo realis
tisch mogelijk naschilderen is bij Piet
Rijken en ook bij de magische realisten
echter niet het uiteindelijke doel. Het
gaat in de eerste plaats om de weergave
van emoties, in de woorden van Piet
Rijken: "Mijn eigen innerlijk moet erin
vastgelegd worden. Ik moet er emotio
neel bij betrokken zijn. Dat moet in de
afbeelding zitten."
Hetzelfde geldt voor zijn landschappen.
Deze schildert hij in een gepointilleerde
techniek die wonderwel past bij dit
thema en herinnert aan de kunstenaars
die in Domburg werkten aan het begin
van de twintigste eeuw. Met behulp van
deze schilderwijze is hij in staat het
Zeeuwse licht meesterlijk weer te geven
(afb. omslag).
Sommige stillevens met als achtergrond
een landschap of zeegezicht tonen een
combinatie van de pointille- en 'magisch
realistische' schildertechniek. In zijn
schilderijen en tekeningen verwerkt hij
zijn klassieke voorbeelden tot een 'typi
sche Piet Rijken'. Los van alle trends in
de kunst gaat hij zijn zelf gekozen weg,
eigenzinnig en onafhankelijk.
De natuur in al haarfagetten en verschij
ningsvormen is altijd een bron van inspi
ratie voor beeldende kunstenaars
geweest: de wisselingen van de seizoe
nen; de cyclus van geboren worden,
bloei, afsterven; de elementen lucht,
water, vuur, aarde; de natuurkrachten;
de ingrepen van de mens in de natuur, in
positieve of negatieve zin. Vele kunste
naars, ook in deze tijd, verbazen zich
steeds opnieuw over de immense rijk
dom en de grote scala aan mogelijkhe
den die de natuur ons biedt.
Piet Rijken is één van hen. Zijn huis met
atelier ligt aan de rand van Middelburg,
op een plek waar de stad overgaat in het
weidse platteland. De onderwerpen
voor zijn schilderijen en de objecten die
erop voorkomen vindt hij dicht bij huis
en tijdens zijn vele wandel- en fietstoch
ten over Walcheren en de Bevelanden.
Geen detail in het landschap ontgaat
hem, hij kent daarbij vele momenten van
stil genieten en intense ontroering.
Zijn aandacht gaat in het bijzonder uit
naar elementen die sporen vertonen van
de tand des tijds en die op het punt
staan te vergaan. Enkele voorbeelden
daarvan zijn: een dode boom, een ver
dorde bloem, een paar oude en versle
ten kinderschoentjes, planken met afge
bladderde verf, ruïnes, dode vogels,
schelpen en door de zee aangetaste
rommel die je langs de vloedlijn vindt.
Deze voorliefde voor wat nog net niet
verdwenen is, heeft Piet Rijken al sinds
zijn jeugd. De emotie die dit thema bij
hem oproept vormt de rode draad in zijn
(be)leven en werken. Deze stimuleert
hem tot verbeelden, tot hetgeen hij
zichtbaar wil maken in zijn schilderijen
en tekeningen.
Ook in dit opzicht sluit Piet Rijken aan bij
een traditie, die van de negentiende-
eeuwse romantiek. Maar zijn roman-
tisch-nostalgische kant vertoont tegelij
kertijd trekken die horen bij deze tijd en
bij ons huidige (milieu)bewustzijn. In een
aantal schilderijen levert hij op zijn
geheel eigen manier commentaar op de
effecten van het menselijk ingrijpen in
de natuur. Vaak doet hij dat indirect,
soms ook heel direct (afb. 1).
'Nature Morte', het Franse woord voor
het Nederlandse begrip 'Stilleven' geeft
een juistere omschrijving van de inhoud
van Piet Rijkens stillevens dan ons 'stil'-
'leven'. In de meeste gevallen is zijn
onderwerp de stervende natuur die op
het punt staat van vergaan, maar er lij
ken uitzonderingen te zijn. Of blijkt dit
bij nader inzien niet waar en verwijzen
ook de schilderijen met de bakjes met
eieren of bessen - het ei, de bes bevat
ten nieuw leven - naar de nature morte,
omdat levensvatbaarheid in de gepre
senteerde situatie feitelijk uitgesloten is?
Piet Rijken zelf verkiest de term nature
morte. In zijn werk vind ik de bevesti
ging voor zijn voorkeur.
In de traditie van het Nederlandse
zeventiende-eeuwse stilleven speelt de
inhoud, de symbolische duiding, een
voorname rol. Achter de fraaie en realis
tisch lijkende composities gaat een die
pere betekenis schuil, die we nu vaak
niet meer herkennen. Kernbegrippen in
die periode zijn Matigheid (Temperantia)
en IJdelheid (Vanitas), een christelijke
deugd en ondeugd die de mensen toen
tertijd herinnerden aan de tijdelijkheid
van het aardse bestaan. Dat was een
korte tijdspanne in relatie tot het eeuwi
ge leven van de ziel na de dood: 'gedenk
te sterven'.
In de stillevens van Piet Rijken vinden we
de thema's tijdelijkheid en vergankelijk
heid terug, maar ze zijn nu ontdaan van
hun zeventiende-eeuwse christelijke
betekenis en iconografische voorschrif
ten. Als twintigste-eeuwer verwijst Piet
Rijken niet langer naar de relatie tussen
aardse vergankelijkheid en hemelse eeu
wigheid. Wel wil hij de beschouwer van
zijn schilderijen en tekeningen attende
ren op het tijdelijke karakter van elk
leven en de onontkoombare wetten van
de natuur. 'De schoonheid van de ver
gankelijkheid' in de natuur weet hem
telkens opnieuw te ontroeren. Deze
emoties wil hij in zijn werk weergeven.
Zijn aan de magische realisten verwante
stijl verleent daaraan een extra dimensie
(afb. 2).
In het hele oeuvre van Piet Rijken herken
je steeds opnieuw zijn oprechte verwon
dering over en bewondering voor het
ogenschijnlijk kleine detail en voor de
alledaage dingen die de mens in de
natuur omgeven. De tastbare sporen die
verwijzen naar de nabijheid van een
definitief verdwijnen legt hij vast, maar
wat hij werkelijk verbeeldt is zijn ontroe
ring.
In het Zeeuws Museum is naar aanlei
ding van de tachtigste verjaardag van
Piet Rijken een tentoonstelling georgani
seerd van zijn werken uit de laatste twin
tig jaar: PIET RIJKEN, stillevens en land
schappen. Deze expositie is te bezichti
gen van 11 februari t/m 23 april 1995.
24 Zeeuws Tijdschrift