tus 1921 werd geopend, liet, aldus de
Middelburgsche Courant van 5 augustus 1921,
meer bekenden en "minder van het uiterste" zien.
Hoewel het ook hier bijna alleen grafische kunst
betrof, herkende men er de grondslag van de oude
tentoonstellingen in die in een breed perspectief
steeds "een vleug gaven van de jonge bewegingen
in de schilderswereld". Er hing werk van onder meer
George Cretens, William Degouve de Nuncques,
Mies Elout-Drabbe, Jim Frater, Maurice Góth, Jan
Heyse, Miek Janssen, J.F.E. ten Klooster, Lodewijk
Schelfhout, Frank Schotel, Paul Schultze, A. Servaes,
Henri van der Stok, èn van James Ensor (bijv.
Vengéance du Hop Frog, de ets naar een verhaal
van Edgar A. Poe, uit 1898) en Rik Roland Holst
(affiches en titelbladen).
Voor een volledige lijst van deelnemers aan de
Domburgse tentoonstellingen, 1911-1917, 1919-
1920, zie F. van Vloten, Domburg 1994, p. 42.
3. Aardig is het te constateren dat er een verre fami
lierelatie tussen hen bestaat: Piet Mondriaans bet
betovergrootmoeder van vaderszijde Josina van
Gogh (1725-1806) was een zusje van Vincent van
Goghs betovergrootvader Jan van Gogh (1722-
1806).
4. De stillevens moeten wel Stilleven met gember
pot I (1911/1912) en Stilleven met gemberpot II
(1912) zijn geweest. Omdat Mondriaan in deze fase
veelal noch signeerde noch dateerde, is het lastig
daar zekerheid over te krijgen. Bij de boom in de
brief uit 1912 heb ik mij afgevraagd of het zou kun
nen gaan om de krijttekening Boom II (1912). De
krijttekening is vanuit de collectie Elout-Drabbe in
het Haags Gemeentemuseum terecht gekomen.
Voor zover de zoon van de schilderes het zich later
herinnerde, heeft zijn moeder dit werk rechtstreeks
(maar misschien met Bine de Sitter als tussenper
soon?) gekocht en was het de enige boom die zij
van Mondriaan bezat. Volgens de inmiddels uitge
komen catalogus bij de Haagse Mondriaan-ten-
toonstelling gaat het om de olieverf Bloeiende
Bomen (1912). Vooral omdat het werk 'in schilder
wijze van verleden jaar' moet zijn gemaakt
(Bloeiende Bomen vertoont verwantschap met stille
ven met Gemberpot II), heb ik ook daar mijn twijfels
bij.
De Zee (1912), overigens, werd nog voor het uit
breken van de eerste wereldoorlog naar het buiten
land verkocht.
Literatuur
Blok, C., Piet Mondriaan. Een catalogus van
zijn werk in Nederlands openbaar bezit,
Amsterdam 1974.
Blotkamp, C, Mondriaan. Destructie als
kunst, Zwolle 1994.
Cat. Mondriaan in de Collectie van het Haags
Gemeentemuseum, Den Haag 1968.
Cat. tent. Mondrian from figuration to abs
traction, Tokyo Shimbun Tokyo/
Haags Gemeentemuseum Den Haag
1987/1988.
Dam, W.H.K. van, "Een onbekende brief van
Piet Mondriaan", in: Oud Holland, jrg./volu-
me 104 (1990), nr 3/4, pp. 341-343.
Haas, A. de, "Uit Domburg", in: Onze Kunst,
deel XXII (1912), pp. 123-124.
Hammacher, A.M., "Piet Mondriaan 1872-
1944", in: Kroniek van Kunst en Kuituur, jrg.
8, nr 9 (1947), pp. 233-237.
Joosten, J.M., "Documentatie over
Mondriaan", in: Museumjournaal, jrg. 13
(1968), nr 1pp. 208-215; nr 2, pp. 267-270;
nr 3, pp. 321-326; en Museumjournaal, jrg.
18 (1973), nr 41, pp. 172-179; nr 42, pp.
218-223.
Kikkert, C., "Sint Lucas Ledententoon-stel-
ling", in: Onze Kunst, deel XVII (1910), p.
227.
Kruimel, H.L., "Vincent van Gogh en Josina
Bijlevelt, stamouders van vele kunstenaars",
in: G ens Nostra, Tijdschrift van de
Nederlandse Genealogische Vereniging
(1973), pp. 224-229.
Maas, C., "Herinneringen", Domburg z.j.
(niet in de handel).
A.O. (Auguste de Meester-Obreen), "Piet
Mondriaan", in: Elsevier's Geïllustreerd
Maandschrift, jrg. 25, deel 50 (1915), pp.
396-399.
Middelburgsche Courant, 12 juli 1921 en 5
augustus 1921.
Tak van Poortvliet, M., "Internationale
Tentoonstelling van Graphische Kunst te
Domburg", in: Elsevier's Geïllustreerd
Maandschrift, jrg. 31, deel 62 (1921), pp.
286-288.
Vloten, F.L. van, Hei mee houdt ons gevan
gen. Kunstenaarsbrieven aan Mies Elout-
Drabbe in Domburg, Middelburg 1990.
Vloten, F.L. van, In het licht van Toorop en
Mondriaan. Een cultuurhistorische wandeling
door Domburg, Domburg 1994.
Vloten, F.L. van, "Dromen van Weleer.
Kunstenaars in Domburg 1898-1928", in:
Reünie op 't Duin. Mondriaan en
Tijdgenoten in Zeeland, Middelburg/
Zwolle 1994, pp. 11-73.
Piet Mondriaan, Duin II, 7 909, olieverf op doek, coll. Haags Cemeentemuseum.
32 Zeeuws Tijdschrift