Naamswijziging? Reconstructie historie Trajectum (Antwerpen) Rond 900 heet de bisschop van Trajec- tum: "Episcopus Taventuacensis, Taven- trensis, of Travertensis", bisschop van Daventria. Gemeend wordt dat hiermee werd aangegeven dat het bisdom naar Deventer verplaatst was. Erg aanneme lijk is dat niet: in 878 treft Karei de Kale beschikkingen over goederen in de haven van Daventria30. Nu ligt Deventer wel aan een rivier maar een overtuigen de haven heeft het allerminst. Aanne melijker lijkt dat het hier gaat om een naamswijziging van Trajectum in Aven- tua, Aventria, of Antverpia. De bisschop verbleef gewoon in zijn eigen residentie Antwerpen, alleen de naam veranderde. De reden van een naamswijziging is wellicht te vinden in de machtswisseling in die tijd: de macht van de Karolingers werd destijds overgenomen door geko zen Duitse vorsten. Het heeft er alle schijn van dat Trajec tum in Antwerpen gelocaliseerd moet worden. En dat in dit ene Trajectum zowel het Trajectum van de "Maast richtse bisschoppen" als het Trajectum van St.Willibrord gevonden moet wor den. De latere verwarring is waarschijn lijk daardoor veroorzaakt, dat vanuit één bisdom Trajectum in later tijd zowel een bisdom Luik als een bisdom Utrecht zijn voortgekomen. Het bisdom Luik als voortzetting van het vroegere bisdom Tongeren dat tijdelijk uitweek naar Ant werpen, en het bisdom Utrecht als voortzetting van het missiebisdom dat rond 700 op destijds vacante zetel van Antwerpen werd gesticht. Het waren de weerbarstige Friese Zeeu wen die als eerste Nederlanders vanuit Antwerpen werden gekerstend door St.Willibrord en zijn opvolgers. Heden ten dage kunnen de Zeeuwen in de scheuren in de Nehallenia-beelden nog de tekenen zien van St.Willibrords geloofsijver. In den beginne was er het bisdom Ton geren. Zoals alle bisdommen ontstond dit na de Romeinse tijd op de plaats van een Romeinse Civitas, in dit geval de Civitas Tungrorum. In de vroeg-Romein- se tijd werd dit gebied bewoond door twee volken: de Eburonen in het noor delijk deel, nabij Tongeren, en de Atu- atuci in het zuiden, in de Maasvallei tus sen Namen en Luik31. De opstandige Eburonen werden door Caesar verslagen nabij de plaats Atuaca, en volledig uit geroeid. Later vestigden de Tungri zich in dit gebied. Atuaca werd hun hoofd stad en het heette sindsdien Atuaca Tungrorum. Omdat het Atuaca van Caesar om diverse redenen niet te Ton geren gelocaliseerd kan worden heeft men aangenomen dat er twee Atuaca's bestaan hebben: één waar de Eburonen verslagen werden, en één te Tongeren. Atuaca Tungrorum wordt in latere bron nen Tungris genoemd. In 450 joegen de Hunnen bisschop Ara- vatius op de vlucht. Tungris werd door de Hunnen zo grondig verwoest dat nog 150 jaar later de bezoekende bisschop pen tranen in de ogen kregen bij het zien van de ruïnes32. Tot 610 zetelden de "Maastrichtse" bis schoppen te Trajectum, te Antwerpen dus. Van 610 tot 637 lijken de bisschop pen te verbijven in de regio Tongeren, want hun levensbeschrijving verhaalt van wonen, werken en begraven nabij Hoei. Deze periode valt samen met de Friese bezetting van Trajectum: In 612 ten tijde van Theudebert II was Trajec tum nog Frankisch, maar in 635 was het Fries, want Dagobert verslaat in dat jaar de Friezen aldaar. Voor de hand ligt aan te nemen dat tijdens de Friese bezetting van Trajectum de bisschoppen gevlucht waren naar veiliger oorden, naar Tonge ren onder de protectie der Austrasische hofmeiers (woonachtig te Herstal bij Luik). In 637 is dank zij Dagobert de kust weer veilig en is er weer een bisschop te Tra jectum, Amandus, die preekt in de regio Gent en Antwerpen. Bij de dood van Dagobert in 639 keren echter de Friezen terug en vlucht Amandus naar St.Amand-les-Eaux. Dan volgt een vijftigjarige periode waar in Trajectum door de Zeeuwse Friezen bezet blijft, aanvankelijk onder koning Aldgils die wat toeschietelijker is voor Angelsaksische missionarissen, daarna onder diens opvolger koning Radboud, die systematisch alle missie tegenwerkt en kerken verwoest. De Trajectenser bis schoppen verblijven in die periode in de Ardennen en in Luik. Als in 689 Trajec tum weer Frankisch is na de overwin ning van Pippijn II keren echter de bis schoppen niet terug naar Antwerpen, maar blijven in Luik. Het vacante bisdom Antwerpen, dat een uitstekende ligging heeft als uitvalsbasis voor missie onder de Friezen, wordt aan de zojuist aange komen St.Willibrord geschonken. Dit is het moment dat de latere verwarring veroorzaakt: één Trajectum baart twee bisdommen: "Tongeren" gaat terug naar Luik, en "Antwerpen" gaat later naar Utrecht. Als bij de dood van Pippijn II in 714 de Friezen Trajectum weer innemen haast bisschop Hubertus van Luik zich om het corpus van zijn voorganger Lambertus, die te Antwerpen begraven was, naar het veiliger Luik over te brengen. Ook St.Willibrord vlucht voor koning Rad boud naar veiliger oorden, naar zijn klooster te Echternach. Pas als Karei Martel Trajectum voorgoed veroverd heeft op de Friezen keert St.Willibrord terug naar Antwerpen. Het is altijd vreemd gevonden dat het bisdom Trajectum, tegen alle gebruiken in, nooit officieel is overgebracht naar Luik33. Wellicht is dit te verklaren door aan te nemen dat het bisdom niet "overgebracht" werd naar Luik, maar terugkeerde naar Luik. Dit zou het geval zijn indien het vroegere bisdom Tungris niet te Tongeren maar te Luik gevestigd was geweest. Reeds eerder bleek dat Atuaca, de hoofdstad van de Civitas Tungrorum, niet te Tongeren gesitueerd mag wor den34. Tongeren kan Atuaca noch Tun gris geweest zijn, want sporen van een verwoesting rond 450 zijn niet gevon den35. Ook zijn er geen aanwijzingen gevonden over de aanwezigheid van een bisschoppelijke residentie36, noch van een Romeins versterkt kamp. Ook de valeien nabij Atuaca waarover Caesar schrijft, zijn niet bij Tongeren te vinden. Verder werd er te Tongeren slechts één Frankisch graf aangetroffen37. Als Tungris niet te Tongeren lag, waar dan wél? Kon het te Luik gelegen heb ben? Niet onlogisch lijkt het Atuaca Tungrorum te zoeken in het woonge bied der Atuatuci. Luik lag in dit gebied van de Atuatuci. Toen de bisschoppen 12 Zeeuws Tijdschrift

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1995 | | pagina 14