Vanwege de oorlog en het gebrek aan
werktuigen en bouwmaterialen, konden
in het in september 1942 drooggevallen
gebied, pas vanaf 1947 bedrijven in
pacht worden uitgegeven. Vanaf 1950
stond per jaar de inschrijving voor een
beperkt aantal bedrijven voor iedereen
open.
Vrijwel even groot als de groep 'model-
boeren' van het oude land was de groep
van pachters, afkomstig uit de overstro
mingsgebieden in Zeeland. In 1949 wer
den de eerste bedrijven toegewezen aan
boeren uit het door de inundatie in de
oorlog getroffen Walcheren. Later volg
den anderen uit de door de water
snoodramp van '53 getroffen gebieden.
Vele van de Zeeuwse pachters vestigden
zich zodoende in de Noordoostpolder,
zonder als 'modelboer' te zijn geselek-
teerd.
Onderzoeker Wolffram heeft bekeken,
hoe de discussie over de selektie van
pachters voor het nieuwe land verliep,
de faktoren die het toelatingsbeleid
bepaalden en hoe de selektieprocedure
vorm kreeg. Vervolgens onderzocht hij,
welke rol de Zeeuwse pachters speelden
op verschillende niveaus van de samen
leving in de Noordoostpolder.
Belangrijke verschillen konden worden
vastgesteld tussen de pioniers en polder
werkers enerzijds en de Walcherse her-
verkavelingsboeren en watersnoodboe-
ren anderzijds. De Zeeuwse pioniers en
polderwerkers waren vrij jong, goed
opgeleid en overwegend boerenzoons,
afkomstig van vrij grote bedrijven. Zij
werden aangevuld met een kleine groep
Gedeelte van kaart Campen en Soelekerke
Zeeuws Tijdschrift 33
