lei nuanceringen. Ter rechterzijde is een
boomtunnel, karakteristiek vooral voor
Van Geels later werk.
In het late Landschap met (wederom)
een boomtunnel rechts, links met uit
zicht over een vlak land met een rivier
(afb. 9), op paneel 59 x 72,5 cm, met
sporen van signatuur (voorheen in de
verzameling Peltzen te Keulen) is de
'verwildering' der bomen tot bizarre,
grillige, welhaast spookachtige gestal
ten, die in de ontwikkeling van Van
Geels oeuvre gestadig voortging, bijna
op haar hoogtepunt.
Dat hoogtepunt, de eindfase, wordt
bereikt in het Landschap met fantastisch
bizarre voorgrondsboom (afb. 10),
geschilderd op paneel, 41 x 56 cm, in
het Museum van Schone Kunsten te
Moskou. Rechts zien we daar een
begroeide heuvel met antieke ruïnen.
De 'schichtige' hoogste takken zijn als
vluchtende vogels tegen de hemel.
In Van Geels late landschappen waren
Jacob van Ceel, omstreeks 1636. Dordrechts Museum, Dordrecht.
Zeeuws Tijdschrift 23