evenmin geluk. Een kind sterft. De ech
telieden leven in voortdurende onmin,
met grote gestadige "dreygementen
van slaen en mishandelen", die ook
worden "geëffectueert". Er volgt een
echtscheidingsproces, maar twee maan
den na dato verklaren beiden hiervan af
te zien en beloven onderling voortaan
behoorlijk en eendrachtig te leven.
In 1632 sterft de echtgenote en het vol
gende jaar is Van Geel in Dordrecht. Hij
wil zich hier nog niet binden, komt met
het Gildebestuur overeen dat hij voorlo
pig een halfjaar zal mogen schilderen in
de Merwestad. In 1634 is hij blijkbaar
besloten zich voor langere tijd of duur
zaam in Dordrecht te vestigen: hij
betaalt zijn inkomgeld als vrijmeester in
St. Lucas. Jacob van Geel moet nog tot
minstens 1638 geleefd hebben: er is een
schilderij van hem dat dit jaartal draagt.
In de Dordtse begraafboeken komt zijn
naam niet voor. Is hij met de noorderzon
uit Dordrecht vertrokken? Bij de aan
vang en aan het einde van dit ongeduri
ge schildersleven staat een vraagteken.
Noten
1Obreens Archief VI, p. 260; hij wordt in dat jaar,
als Jacob Jacobsen, beleeder in het St. Lucasgil-
de genoemd.
2. 7 januari 1628 legt "d'eersame Jacob Jacobs
van Geel, schilder, out ontrent XLII jaren", een
verklaring af voor notaris Adr. van Twelle te
Delft, over een echtpaar dat hij gekend heeft
"te Middelburch in Zelant".
3. Cornelius Müller en J.Q. van Regteren Altena,
Der Maler Jacob van Geel, in Jahrbuch der
preusztischen Kunstsammlungen, Bd. 52
(1931), p. 182 vgg.
4. Zie over hem mijn boek: Adriaen van de Venne,
Painter and Draughtsman, Davaco Publishers,
Doornspijk 1989.
5. Bij Molanus wasgoed spoelen; bij Van de Venne
en Chr. van den Berghe wasgoed ophangen; bij
Van Geels Landschap (afb. 1) het bleken van lin
nengoed.
6. De scheepjes met een gebold lichtkleurig zeil,
liggende als drijvende veertjes op het water,
komen bij Van Geel veelvuldig voor.
7. Zie E.P. Richardson, From Old Brueghel to Van
Goyen, in The Art Quarterly, Vol. I (1938), p.
181 vgg.
8. Ik vermoed dat een eerdere publikatie van mij -
in Oud-Holland 1957 - over Van Geel daartoe
heeft bijgedragen.
9. Signatuur de Auteur de 'v' ontbreekt, er is ook
geen ruimte voor.
Jacob van Ceel, omstreeks 1638 of later. Voorheen verzameling Peltzer, Keulen.
26 Zeeuws Tijdschrift