Nescio: Een geniale zondagsschrijver
André van der Veeke
Ik had een beetje naar de vijfde september toegeleefd. Op de dag zelf belde ik naar
een plaatselijke boekhandel met de vraag of het Verzameld Werk van Nescio aange
komen was. "Het Verzameld Werk van Nescio?", herhaalde het meisje dat me te
woord stond. 'Mag ik ook weten wie de schrijver is? 'Nescio in Zeeland, nou ja, in
Terneuzen.
Een Praalgraf
Mijn eerste indruk die vijfde september
-ja, het werk was wel degelijk aangeko
men-: Wat een weelde. Twee boeken
voor het leven in cassette aangeleverd.
De cassette met Bordeaux rood linnen
bekleed, de losse omslag van de ge
bonden werken oud rose of hoe noem
je dat en de kaft van de boeken zelf
weer een tint donkerder en met goud
op snee Nescio Verzameld Werk I en II
op de ruggen. Op de kaft aan de voor
kant zweeft een mysterieuze, grote,
sierlijke en onduidelijke N.
Na enige tijd begon ik voorzichtig,
overdreven onwennig, te lezen. Hier en
daar een regeltje. Voor echt lezen was
het nog te vroeg. Na een minuut of
tien vond ik het tijd om de boeken
terug in hun onderkomen te plaatsen.
Dat bleek echter gemakkelijker gezegd
dan gedaan. De cassette was wel erg
krap bemeten. Eén boek erin, dat was
geen punt, maar het tweede kreeg ik
niet op de plaats. Even nam ik aan, dat
ik ze misschien het beste allebei tegelijk
naar binnen kon schuiven, maar ook
dat lukte niet. Ik bekeek de boeken nog
eens aandachtig. Waarom wilden ze
niet? Toen ontdekte ik dat de omslag
van deel II een millimeter omhoog
geschoven was. Het uitstekende randje
blokkeerde de toegang. Opnieuw nam
ik de werken ter hand, nadat ik de
omslag had teruggeduwd en nu lukte
het me, zij het met de nodige moeite,
om beide boeken achtereenvolgens in
de cassette te duwen.
Ondanks dit kleine manco was ik ver
rukt over de uitgave. Maar wat zou de
schrijver er zelf van gevonden hebben,
Nescio. Grafiek: Jan Verschoore.
Zeeuws Tijdschrift 13