WALCHERSCHE ROBINSON: GESCHIEDENIS. Een uniek en imaginair verhaal? hadden niets om dezelve te payen". Als Philopater op een gegeven moment per ongeluk een teen wordt afgehakt zegt de schrijver dat er weinig aan te doen was omdat hij nu eenmaal een 'beter Godgeleerde als Heelmeester was.' Al vertellend keert hij zich soms vriendelijk of meelijwekkend tot zijn publiek: "Zie daar nu, Lezer, my een Kindt van Vader en Moeder beroofd, op een onbewoond eiland," of "Zie daar, Lezer, een Kindt zo jong van Jaaren, op den oever des doods..." Daarentegen zijn de vergelijkingen die hij maakt soms van lange Homerische aard, zoals over de liefde die paginalang wordt beschreven als 'een grote rivier die door schutten en sluizen kan worden gere geld, maar bij de eerste storm alles over stroomt'. Natuurlijk moet deze roman in zijn lite- rair-historische context geplaatst worden en vooral ook als bron voor cultureel-his- torische informatie op waarde worden geschat. Als Robinsons moeder in het kraambed sterft, komt dit o.a. "door de Titelpagina van de tweede druk van De Wacherse Robinson. Courtesy of the Hubbard Imaginary Voy age Collection, Special Collections Library, Univer sity of Michagan. D ZYNDE EEN ZELDZAME, DOCII TEVENS WAKE behelzende Dcsz'lfs GEBOORTE» op een cfe-kent Eiland: Zeldzame HGiS HOUDING aldaar, buiten eenige zamenlevi-g, En wonderlyke VERLUSSiNG van hetzelve. Door hem zeiven befcbreven Eu naar zyn eisen handlchriftvoor de eerftf reis in het' hclir gebracht. TWEEDE UITGAAF. TE ROTTERDAM, By N. CORNEL, Drukker en Boek- verkooper op de Meentover de Lombertfchebrug. ruwheid der spyzen en de ongezondt- heidt der lucht in dit saisoen". Wanneer Ernest 's nachts Maria wil bezoeken, doch per ongeluk de bezoekende buur vrouw in het donker verleidt, doodt hij de buurman in een duel. De rechterlijke uitspraak zal ons verbazen: "Ernest werd in zyn afwezenheid ter dood veroor deeld, niet zo zeer om den manslag, want die werd bewezen onnozel, maar om het willen schenden van myne Zus ter", aldus Filopater. Het is duidelijk dat de schrijver van dit verhaal veel moeite heeft gedaan om zijn lezers te overtuigen dat alles waar gebeurd is. Een 'zeldzame doch tevens ware geschiedenis' zegt de ondertitel, al kan de uitgever hier misschien de hand in hebben gehad. Deze had er veel baat bij dat de mensen zijn werk kochten en hij, of zijn auteur, schrijft in de inleiding: "Onder alle zaken, die een redelyk Schepsel, zonder zich aan tydverkwisting schuldig te maken, gebruiken mag, tot een verpoozing van zyne kristelyke en huishoudelyke oefeningen, zyn inzon derheid dezulken, die vermaken en stich ten. De oude heidenen [=klassieken] zelfs hebben dit geweten en in trein [=op gang] zoeken te brengen. Zy ver- zierden hier toe verscheiden geschiede nissen, dezelve zoodanig bewimpelende met waarschynlyke gebeurlykheden, die zy ons voor ware geschiedenissen in de vuist willen stoppen; dat wy waarlyk by zommige voorvallen, daar in omstandig verzonnen, en terneer gesteld, genood- dwangd zyn te weenen, of vrolyk met de overwinnaars ons te gedragen. Men vind 'er veel te veel zaken doorgaans [in Homerus en Vergilius] die de jeugdt tot eene Romaneske of ingebeelden groot- moedigheidt vervoeren kunnen, en daar door van het spoor eener waare nedrig- heid doen verdwalen." Interessant is de opmerking over het 'romaneske' van het verhaal. Daar moeten we namelijk bij bedenken dat dit geschreven is rond 1750. 'Roman' betekende toen dat het verhaal gefantaseerd was, met andere woorden: leugenachtig, en dus waarde loos. Avonturiers en vechtersbazen wer den niet zomaar geloofd, maar vaak ging het over een 'romance', een gefanta seerd liefdesverhaal, en daaraan kleefden nog wel eens bezwaren van morele aard. Ook tegenwoordig kennen we nog de afkeurende woorden voor 'keukenmei denromans', triviaal-literatuur, de 'Bouc- quet-reeks' en dergelijke, al wijzen de verkoopcijfers op een grote populariteit. In de 18e eeuw moest dat nog ontdekt worden en het zou tot het einde van die eeuw duren voordat de lezers zich com fortabel voelden met de term 'roman'. Vooral nadat de Engelsman Richardson en in Nederland Wolff en Deken er een pedagogisch moreel verantwoorde strek king aan hadden gegeven. De predikan ten waren nog tot in de 19e eeuw bezig om het lezen af te raden. Wij weten vooralsnog niet wie dit ver haal geschreven heeft, man of vrouw. Het klassebewustzijn speelt een rol in diverse omstandigheden en Robinson's moeder Sofia "was zeer vrindelyk jegens haren minderen, eerbiedig jegens haar meerderen" en "myne Ouders van geen Adel waren". Over de houding ten opzicht van de godsdienst krijgen we via Filopater de duidelijke aanwijzing dat Mohammed een valse profeet is, en dat hijzelf hoewel eerst van katholieke afkomst "naderhand door God beter verligt zynde geworden, den hervorm den [heeft] gepredikt en beleefd". Het is niet denkbeeldig dat de auteur gezocht moet worden onder de Zeeuwse verlich te middenstand, misschien onder de filo sofisch geschoolde predikanten. Kortom, een godsdienstig auteur die als motief had "dat Godt uit het geschapenen, zoo dat hy is, als wie hy is, gekend kan wor den, maakte wy te minder zwarigheidt, dit noodig en vermakelyk werkje in het lichtte brengen". Dit werk behoort tot het genre van de literatuur die wel eens aangeduid wordt met de term 'imaginair reisverhaal' en daarbinnen dan weer als 'robinsonade'. Het voert terug op Daniel Defoe's Robinson Crusoe, voor het eerst ver schenen in 1719 en daarna, tot op de dag van vandaag, een bestseller voor jong en oud. Meestal is het verhaal in een verwaterde vorm gepopulariseerd en maar weinigen lezen het tweede deel Serious reflections of Robinson Crusoe, vol religieuze bespiegelingen, waar Defoe overigens veel waarde aan hecht te. Wat zijn de overeenkomsten van ons Zeeuws Tijdschrift 23

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1996 | | pagina 25