het jaar 1786 overleed Adriana. Het
journaal dat haar tantes in 1736 hadden
bijgehouden werd tussen bescheiden uit
haar nalatenschap aangetroffen. Haar
vader zal het mee naar Nederland heb
ben genomen toen hij in 1745/6 met
haar vanuit Indië naar Zeeland reisde en
heeft het haar wellicht gegeven toen hij
zelf weer oostwaarts vertrok.
Eenvoudige Zeeuwen
Uit de inhoud van het dagboek kan
opgemaakt worden dat het was geschre
ven om goede bekenden en familie een
indruk van een zeereis naar Batavia te
geven. Zeeuwse aangelegenheden vor
men herhaaldelijk het referentiepunt; aan
het begin van de reis noteren de schrijf
sters hoeveel mijl ze van Vlissingen zijn
verwijderd. Het vergaan van de Zeeuwse
Oost-lndiëvaarder Slot ter Hoge ruim tien
jaar eerder in 1724 bij Porto Santo, een
eiland gelegen bij Madeira, was kennelijk
zo algemeen bekend dat het voldoende
was om te vermelden dat ze langs Porto
Santo varen waar "Bochoute gebleven is,
en Bart Taarlink sijn schip heeft gelaten
Steven Boghoute, schipper van de Slot
ter Hoge, en Vlissinger Bart Taarlink de
opperstuurman zullen geen onbekenden
voor hun lezers zijn geweest. Als ze vlak
daarna voorbij "de klip Salvaje" varen, de
eilandengroep llhas Salvagens gelegen
tussen Madeira en de Canarische eilan
den, vergelijken ze de grootte ervan met
hun eiland Walcheren. Na een maand rei
zen bakken ze in een pan een stukje vers
brood, omdat het scheepsbrood ze als
een steen op de maag ligt; daarmee wil
len ze alle Vlissingse bakkers wel tarten
zo luchtig is hun baksel geworden. Ook
de lekkere vis van de Vlissingse vismarkt
wordt niet vergeten. Met Pinksteren wor
den de zusters op storm en regen getrak
teerd, en moeten ze met weemoed den
ken aan de pleziertjes op de kermis van
Arnemuiden.
Ook in het verslag van hun verblijf aan de
Kaap wordt herhaaldelijk naar Zeeland
verwezen. Op zondag 22 juli 1736 gingen
Maria en Johanna Lammens naar de kerk.
Het was mooi weer, gelukkig maar want:
souden niet graag ons kerkgaan
waar van wij soo lang hadden verstooten
geweest, hebben versuijmt, wij gingen
om half negen uijren daar na toe, vonden
daer heel veel stasie, want sijn alle heren
en dames den een van den andere in
kleeren weijnig of niet verscheelende, alle
met tabbaarts, groote baleijne rocken, de
tabberts met silver beleijt al was het maar
een stroo breed, wij voegden ons met
ons effene kleedinge daar ook bij en
wierden niet weg gesonden, als wij kor
ten tijd geseeten hadden, wierden twee
groote kerkdeuren geopent, daar wel
haast den edelen heer gouverneur met
sijn edele dogter uijt de koets met een
menigte slaven en slavinnen met kiper-
sollen in de handen in de kerk traden,
twelk voor ons eenvoudige Zeeuwen met
verwonderinge wiert aanschout, wij sou
den daar haast een groote foute hebben
begaan met na ons gewoonte stil te blij
ven sitten indien wij niet hadden gesien,
dat al wie in de kerk was, overend resen,
tot dien heer in sijn bank sat, wanneer hij
sig rond boog."12
Wie geïnteresseerd is geraakt kan de hele
tekst, voorzien van een uitgebreide inlei
ding en woordverklaring, lezen in Op reis
met de VOC; het boek is in oktober voor
de Linschoten-Vereeniging bij de Wal
burg Pers verschenen.
M.L. Barend van Haeften, Op reis met de
VOC. De openhartige dagboeken van de
zusters Lammens en Swellengrebel.
Zutphen Walburg Pers 1996, Werken uit
gegeven door de Linschoten-Vereeniging
XCV. Fl 49,50.
Noten
1. Het bevindt zich sinds 1994 in het Rijksarchief in
Zuid-Holland te Den Haag; G.M. van Aalst,
Inventaris van het archief van de familie Eijck
van Zuylichem (1699-1947). Den Haag 1994,
nr. 155
2. Algemeen Rijksarchief Den Haag, VOC 12113,
Monsterrol van d'officieren en matrozen, Pieter
Willem Lammens; VOC 12937 Grootboek Adri-
chem 1736, blad 1.
3. Zie hierover E. van der Doe en A. Wiggers,
'Varen voor de kamer Zeeland van de V.O.C..
Enige opmerkingen over zeevarenden aan
boord van de Zeeuwse schepen in de achttien
de eeuw.' In: Zeeuws Tijdschrift 37 (1987), 6 p.
209-221.
4. Algemeen Rijksarchief Den Haag, VOC 12054,
Betaalsrol Adrichem.
5. V. Enthoven, 'Veel vertier. De Verenigde Oostin-
dische Compagnie in Zeeland, een economische
reus op Walcheren.' In: Archief van het Konink
lijk Zeeuws Genootschap der Wetenschappen.
Middelburg 1989, p. 53-69.
6. Hierover 'Vrouwen aan boord' in Op reis met de
VOC, p. 12-15.
7. Onderkoopman Johan van Visvliet, in 1730 tot
notaris benoemd; Algemeen Rijksarchief Den
Haag, VOC 829, p. 461, Repertorium op de
personalia in de resoluties van gouverneur-
generaal en raden.
8. Meer informatie over de familie Lammens staat
in Bijlage I van Op reis met de VOC p. 167-168
en in de Inleiding; uitgebreide informatie is ver
der te vinden in het dossier Lammens in het
Centraal bureau voor genealogie te Den Haag.
9. Ze rusten voor een deel nog steeds in de collec
tie van het Zeeuws Genootschap der Weten
schappen in de Zeeuwse bibliotheek te Middel
burg. Zie F. Lequin en A. Meijer, Samuel van de
Putte, een Mandarijn uit Vlissingen (1690-
1745). Middelburg 1989.
10. Zie 'Maria, Johanna en Pieter Lammens' in Op
reis met de VOC, p. 22-27In Vlissingen woon
den wel meer leden van de omvangrijke familie-
Lammens. Zo ook bijvoorbeeld neef Jacob Clij-
ver en zijn vrouw Elisabeth D'Ailly. Deze laatste
was een dochter van een zuster van hun vader
Antony Lammens en komt in het journaal ter
sprake, net als haar man aan wie de zusters een
brief zeggen te schrijven. Jacob Clijver had in
1691 komend uit Aardenburg het poorterschap
van Vlissingen verkregen en werd vanaf 1721
herhaaldelijk tot schepen benoemd. Later werd
hij aangesteld tot lid van de Raad van Vlissingen
en bekleedde hij tot zijn dood in 1763 de func
tie van secretaris van die stad.
De oudste dochter van Elisabeth en Jacob Clij
ver, DinaJacoba, trouwde in 1752 met Antony
Pieter van Dishoeck. Deze was een zoon van
Ewoud van Dishoeck die in Bengalen fortuin had
gemaakt en die zitting had gekregen in het
hoogste bestuurscollege, de Raad van Indië.
Terug in het vaderland richtte Ewoud van Dis
hoeck in de Noordstraat in Middelburg een
prachtig huis in met een vermaarde kunstcollec
tie. Zoon Anthony liet met het in de Oost ver
gaarde kapitaal van zijn vader in Vlissingen aan
de Houtkade het zogenaamde 'Van Dishoeck-
huis' bouwen, dat in 1986 werd gesloopt. Een
andere dochter, Wilhelmina genaamd, was
getrouwd met Lucas Frederik Schorer, ook al
een telg uit een bekend Zeeuws geslacht van
VOC-bewindhebbers. [lit. D. Roos, Zeeuwen en
de VOC. Middelburg 1987 en C.A. van Woelde-
ren, 'Lijst van Baljuws, Burgemeesters, Schepe
nen, Raden, Pensionarissen, Secretarissen en
Rentmeesters van Vlissingen.' In: Jaarboek van
het Centraal Bureau voor Genealogie, dl. 2, 's-
Gravenhage 1948, p. 15-45.]
11. Algemeen Rijksarchief Den Haag, VOC 13122,
Grootboek Walcheren fol. 192.
12. Op reis met de VOC, p. 100.
28 Zeeuws Tijdschrift