Het onderzoek
Veranderingen
oude archieven rond te neuzen. Dat was
echt een leuke tijd. Kun je 't je voorstel
len: een archiefruimte in een oud stad
huis, de ramen open en vanuit de verte
de klanken van de kermis op de markt.
Je zat daar met misschien twee of drie
mensen. De plaatselijke archivaris haal
de koffie en had zelfs nog alle tijd voor
je.
Ik heb - bij wijze van spreken - m'n vin
gers blauw geschreven om al die infor
matie op steekkaarten te krijgen, maar
ik heb er veel van opgestoken. Het was
een prima vingeroefening"
Clasien Rooze heeft - omgerekend -
jaren van haar leven in archieven door
gebracht. Ze heeft er veel voor gereisd.
Met name op de zaterdagochtenden
nam echtgenoot Joop het roer in het
gezin over en stapte moeder Clasien in
de trein of de auto, op weg naar nieu
we, spannende geschiedkundige ont
dekkingen. Eens per maand bezocht ze
bovendien de bijeenkomsten van de lan
delijke Kontaktgroep 16e eeuw" in Lei
den, waar ze met vakgenoten informa
tie uitwisselde door het geven en belui
steren van lezingen en commentaren.
"Het proces van ontdekken en in kaart
brengen was voor mij in wezen belang
rijker dan het behalen van een titel",
zegt ze, "ik was niet uit op het plannen
van een carrière, maar toen ik eenmaal
zoveel materiaal had verzameld, was het
jammer daar niet wat mee te doen en
leek het een goed idee om dat in een
afrondend werk onder te brengen".
Dat benodigde materiaal vond mevrouw
Rooze voor een groot deel in het Alge
meen Rijksarchief in Brussel. Begrijpelijk,
want daar zetelde in de 16e eeuw de
centrale regering voor De Nederlanden.
Het was een roerige tijd, een periode
van grote veranderingen op alle gebie
den.
De heersende vorst was Keizer Karei V.
Hij wist uiteindelijk de Nederlanden te
verenigen, maar zijn ideaal van één kei
zerlijk oppergezag, dat samen met de
paus boven alle andere gezagsvormen
uit zou tronen, bleek niet realistisch en
haalbaar. De gewesten, hertogdommen
en graafschappen, die onder zijn gezag
stonden waren zich zeer bewust van
hun eigenheid en angstvallig bewaakten
zijn hun privileges. Er was tot dusver
altijd één kerk geweest met een stevige
greep op maatschappij en politiek. Maar
ook op het gebied van kerk en gods
dienst was er in het begin van de 16e
eeuw sprake van een duidelijke veran
dering.
Kort voor 1520 had Maarten Luther al
een ander, afwijkend geluid laten horen
en de gevolgen daarvan klonken door in
heel West-Europa. De nieuwe ideeën
verspreidden zich snel, vooral via de
handelswegen. "Lutheranen" noemde
men in het vervolg de personen die er
een andere godsdienstige mening op
nahielden, dan die van de heersende
kerk.
Clasien A/I. Rooze-Stouthamer aan het werk in haar studeerkamer.
Zeeuws Tijdschrift 31