Zierikzee, zomer 1993: Amerikaanse toeristen krijgen een VVV-rondleiding op de vroege maandagmorgen.
Foto: Pieter Fionhoff.
lokale liberalen. Als dit grote denkhoofd
geen Hollander was geweest, hadden ze
hem allang het ereburgerschap aange
boden. Misschien kan dit in het jaar
2000 alsnog gebeuren, waarbij dan
gelijk kan worden aangetoond dat de
gemeente wel degelijk in staat is meer
dan twintig mensen naar de enorme
sporthal te lokken.
Uitgangspunt 2: Iets nieuws is altijd
beter en mooier dan iets ouds. Deze cul
turele verworvenheid is ontstaan tijdens
de eeuwigdurende strijd met het water.
Vroeger klaagden de mensen als er weer
een karakteristieke boerderij of een
oude kerk door het water was verzwol
gen. Geleidelijk aan begon men echter
door te krijgen dat dit klagen geen
enkele zin had en dat men beter positief
kon denken. Zo ontstond het idee dat
iedere watersnood ook een positieve
kant had. Het ruimde oude rommel op
en bood de mogelijkheid tot nieuw
bouw. De laatste fase van dit bewust
wordingsproces is pas zeer recent inge
treden, toen de plaatselijke bestuurders
door kregen datje helemaal geen overs
troming nodig had om te kunnen ver
nieuwen, maar dat er allen maar een
projectontwikkelaar ingeschakeld hoef
de te worden. We zijn op de goede weg:
1993 bracht meer vernieuwing dan het
rampjaar 1953.
Uitgangspunt 3: De waarde van een
gebied hangt niet samen met de aanwe
zige flora en fauna, maar wordt bepaald
door de aanwezige hoeveelheid recre
atiebungalows en stacaravans. Wij pre
feren dus woonbossen boven echte bos
sen en minicampings boven weilanden.
Op dit punt is de PVDA het meest zuiver
in de leer. De socialisten willen dat niet
alleen de boeren maar ook de overige
bewoners het recht krijgen minicam
pings te beginnen. De discussie hierover
is op dit moment helaas nog niet afge
sloten.
Het zal de lezer duidelijk zijn dat dit cul
tuurpatroon als dynamisch en vitaal kan
worden getypeerd. De uitdrukking'the
sea is the limit' krijgen de kleintjes bij
ons met de paplepel ingegoten. Deze
dynamiek uitte zich in een enorme
dadendrang, waarbij voor iedere meter
grond ambitieuze plannen werden ont
wikkeld. En toen liep het mis. De provin
ciale autoriteiten vonden het nodig om
in te grijpen, waardoor vele lokale initia
tieven in de kiem werden gesmoord. Zo
bestond er het voornemen de laatste
authentieke boerderij van het dorp te
omgeven met stacaravans. Nee, zei de
provincie, dat mag niet. Ook de grootse
plannen die er met betrekking tot het
monumentale gebouw op het vliegveld
werden ontwikkeld, konden geen gena
de vinden in de ogen van de provincie.
In dit complex was een slechtlopend
hotel-restaurant gevestigd. Volgens de
gasten liep de zaak niet omdat de prij
zen hoog, de verstrekte hoeveelheid
voedsel geringen het bedienend perso
neel zelden aanwezig waren. De eige
naar, de uitbater en de gemeente waren
een andere mening toegedaan. De ware
oorzaak lag volgens hen bij het gebouw.
Dit stamde van ver voor de oorlog, het
was geopend door Plesman, en dit zou
de toeristen allaan maar afschrikken. De
oplossing lag dus voor de hand: slopen!
Op de vrijkomende ruimte werd een
groot en hoog appartementencomplex
geprojecteerd. Een bijkomend voordeel
was dat hiermee ook de irritante vuurto
ren aan het zicht kon worden onttrok
ken, althans van de landzijde. Ook dit
plan werd dus geschrapt door de provin
cie.
Toch is er iets goeds uit voortgekomen.
Door deze interventies zijn namelijk de
ogen van de bestuurders en inwoners
geopend. Men weet nu wat men van de
buitenwereld te verwachten heeft.
Opgaan in een grotere bestuurlijke een
heid zal neerkomen op cultuurmoord.
De bereidheid offers te brengen tot
behoud van de zelfstandigheid is groot.
We zullen onze strijd voortzetten tot het
laatste duin is afgegraven en de dui
zendste camping kan worden geopend.
We zijn dit verplicht aan onze cultuur,
aan onze idealen en aan onze elite, de
lokale aannemers. Ondertussen maakt
de geestelijkheid overuren en lopen de
kroegbazen binnen.
Deze columns zijn eerder gepubli
ceerd in Desiderius 7/9(1994).
Zeeuws Tijdschrift 11