Vliegangst, Nieuw-Haamstede Airport.
Foto: Pieter Honhoff.
na het graven van de Nieuwe Waterweg
in 1872, werd het stil in Brouwershaven.
Het stadje had zijn functie van overslag
haven verloren. Landbouw en visserij
werden de voornaamste middelen van
bestaan.
Wonen
Zoals het met voormalige belangrijke
havens in Zeeland gaat (Veere bijvoor
beeld), zo ging het ook met Brouwers
haven. Met de opkomst van het toeris
me, met de komst van de jachten in de
haven, krabbelde het stadje uit het dal.
Brouwershaven is niet te vergelijken met
een badplaats als Renesse. Een reden
kan zijn dat het toerisme zich voorna
melijk afspeelt buiten het stadje zelf: aan
het Crevelingenmeer. Daar zijn de cam
pings, de bungalows. De bezoekers van
Brouwershaven zullen eerder dagjes
mensen zijn, liefhebbers van historische
panden, oude kerken en mooie stadhui
zen. Hier geen winkelcentrum en over
vloedig neon. Brouwershaven is er om in
te wonen. Natuurlijk is het ook hier rus
tig - nog vroeg en winters guur boven
dien - maar het stadje maakt geen uit
geleefde indruk. Steeds meer mensen
nemen de moeite hun huis te restaure
ren om aangenaam en mooi te wonen.
Heel goed voorstelbaar. In Brouwersha
ven is het prettig.
Stilleven
De weg loopt over de Blooisedijk. De
polder lijkt platter dan ooit: plassen op
het land. Zonnemaire is tegen de dijk
aangebouwd. Vroeger heette dit deel
van het dorp Nieuw Bommenee. Het
moet vooral voor buitenlanders een
bizar dorp zijn: je rijdt haast op hoogte
van de schoorstenen van de huizen. De
gebouwen lijken kris-kras neergezet,
zonder vooropgezet plan. Een wonder
lijke, rommelige gezelligheid is het resul
taat. Een fraai samenraapsel. Het eigen
lijke dorp Zonnemaire is klein en oud. Je
waant je tientallen jaren terug. Ik houd
daarvan. Soms vraag ik me af of ik niet
in het verkeerde tijdperk geboren ben;
wars van 'vooruitgang', op mijn gemak
bij haast alles dat meer dan 70 jaar oud
is. Ik vond het daarom enorm jammer
dat de Taveerne De Oude Smidse dicht
was; daar had ik nu graag wat gedron
ken.
Ik was op de goede weg: Dreischor was
zo mogelijk nog pittoresker. En toch zat
hier een bijsmaak aan. Dit dorp is een
bezienswaardigheid geworden, terwijl
Zonnemaire dat grotendeels bespaard
6 Zeeuws Tijdschrift