r
Samenstelling:
Jan van Geelen
P. Stockman en P. Kveraers
'Frontier Steden en Sterckten'
Vestingwerken in Oost-Vlaanderen
en Oost-Zeeuws-Vlaanderen
1584-1839
wi^tka.kt, van
t Landt van Waes
VNDT VAN WAE
Uitgeverij 'De Maelstede"
P. STOCKMAN en P. EVERAERS
Frontier Steden en Sterckten'. Ves
tingwerken in Oost-Vlaanderen en
Oost-Zeeuws-Vtaanderen 1584-1839.
'De Maelstede', Hulst 1997.
ISBN 90-801634-3-3,
144 blz., 76 ill., ing., 45.
Een boek vol geschiedenis en 'droge' fei
ten, waarin de auteurs een meeslepend
beeld geven van de strijd die in en om
deze grensstreek is gevoerd. Hierbij
neemt de Tachtigjarige Oorlog met de
wisselende successen van de Staatse en
Spaanse legers de voornaamste plaats in.
De schrijvers stellen in hun voorwoord
dat voor een goed begrip van deze ver
wikkelingen een zekere kennis van ves
tingwerken en krijgsverrichtingen is ver
eist. Zij willen met 'Frontier Steden en
Sterckten' proberen hierin te voorzien. De
beschreven periode begint met de grote
inundaties door de Staatsen in 1584/
1585, die het uiterlijk van deze streek
voor een groot deel hebben bepaald. De
definitieve grensvaststelling tussen Ne
derland en België in 1839 sluit het be
sproken tijdvak af. Na een korte inlei
ding, een hoofdstuk over de ontwikke
ling van de vestingbouw en een over de
Scheldemonding in 1650, worden in
twee hoofdstukken (samen 100 bladzij
den) de vestingwerken in Oost-Zeeuws-
Vlaanderen en Oost-Vlaanderen bespro
ken (het achter in het boek opgenomen
register van besproken vestingwerken
telt meer dan 180 ingangen). Het boek
bevat afbeeldingen van oude kaarten en
plattegronden, recente foto's en zeven
overzichtskaarten waarop is aangegeven
waar de vestingwerken gelegen hebben
of nog liggen. Hierdoor heeft men tege
lijk een vestingbouwkundige reisgids in
handen. Het geheel wordt afgesloten
met een verklarende woordenlijst en een
lijst van gebruikte bronnen (een kleine
tachtig). Als bijlage vindt men achterin
een uitvouwbare kaart in kleur: 'Niewe
Kaerte van T'Landt van Waes ende Huls
ter Ambacht, vertoonende oock de
Stroomen van de Ooster en Wester
Schelde' gemaakt door Nicolaes Visscher,
Amsterdam circa 1650. Een boek met
een schat aan informatie waarin het goed
bladeren en lezen is. Alleen is het bij het
lezen irritant dat na wit constant wordt
ingesprongen.
nis, en een inventarisatie van wat nu hier
nog van over is. Een specialistische uitga
ve met veel foto's, tekeningen, kaarten
en plattegronden.
In veilige haven
Joodse onderduikers in Colijnsplaat j
1942-19
Landfront
Verteidigungsbereich
Vlissingen
1942 - 1944
Vlissingens laatste vestinggracht
HANS SAKKERS en
HANS HOUTERMAN
Landfront Verteidigungsbereich
Vlissingen 1942-1944, Atlantikwall:
Vlissingens laatste vestinggracht.
J.N. Houterman, Middelburg 1997.
ISBN 90-73921-05-8,
68 blz., ing., 19,95.
Vanaf Croot-Valkenisse tot Fort Ramme-
kens is Walcheren doorsneden door een
verlaten verdedigingslinie uit de Tweede
Wereldoorlog (met nog zichtbaar grote
delen tankgracht, betonnen drakentan-
den, tankmuur en bunkers), het Land
front, dat een historische en vesting
bouwkundige waarde heeft omdat dit
resterende geheel binnen Europa uniek
is. Geïnteresseerden vinden in deze pu
blicatie een schat aan minutieuze gege
vens over soorten, types en bouw van
verdedigingswerken, over hun geschiede-
GERTGROENLEER In veilige haven.
Joodse onderduikers in Colijnsplaat
1942-1944. ADZ, Vlissingen 1997.
ISBN 90-72838-20-3,
64 blz., ing., 14,95.
In veilige haven is een prachtig boekje (in
trigerend en ontroerend) dat in sobere
bewoordingen en levendig beeld geeft
van de belevenissen van een aantal per
sonen kort voor en in de Tweede Wereld
oorlog. De rode draad hierin is de Duitse
jodenvervolging, waarover met vlijmen
de nuchterheid wordt verhaald. Hoofd
persoon is Mozes Polak (1898), in 1940
directeur (met zijn broer Mouritz) van
een Middelburgse lompen- en metaal-
handel (Loskade 19, de oude melkfa
briek), die met zijn vrouw Rosa en zijn
kinderen Ada (1925) en Lion (1932) in
1942 onderduikt in Colijnsplaat. Het ge
zin vindt onderdak bij een zakenrelatie.
Kees Groenleer (1872), een kleinhande
laar in lompen en metalen, ofwel vod-
denboer. Deze woonde in een kleine ar
beiderswoning met zijn vrouw Lena, vijf
kinderen (in leeftijd variërend van 29 tot
10 jaar) en een broer van zijn vrouw. La
ter zaten de joodse onderduikers ook bij
de families Visser en Engelvaart. De van
zelfsprekendheid, vol vertrouwen,
plichtsbesef en naastenliefde, waarmee
deze onderduik door beide partijen werd
volbracht, wordt glashelder beschreven
in de onopgesmukte, haast laconieke
verteltrant van de auteur (kleinzoon van
Kees Groenleer). Een citaat: 'Voddenboer
Kees Groenleer hield niet van de Duitsers
en op hun leider kon hij wel schieten. De
40 Zeeuws Tijdschrift