hofmeester in de koopvaardij, leert er serveren, doet
warenkennis op en menukunde. 'Ik heb er niet leren
koken, maar wel wist ik hoe je een menu moest samen
stellen en op mijn eerste boot moest ik ook regelmatig
bijspringen in de keuken, als het er nogal wild aan toe
ging.'
Hij leert ook inkopen doen en calculeren, 'want zo'n
schip was vaak lang weg en dan moest je wel met je
voorraden uitkomen, volgens vastgesteld budget.' Door
zijn verre reizen komt hij in aanraking met andere cultu
ren, eet- en drinkgewoonten en die boeien hem. Hij
begint kookboeken te verzamelen. Hij herinnert het
zich nog goed: zijn eerste kookboek kocht hij in New
Orleans (New Orleans Recipes) met gerechten uit de Cajun-
en de Creoolse keuken, 'die waren hier toen nog volledig
onbekend'. Zijn interesse voor de buitenlandse keuken
is voorgoed gewekt.
De jonge Rien van Reems ontdekt in een paar jaar
tijd uiteenlopende keukens, van de West-Indische tot
die van Zuid-Amerika.
Culinaire interesse
Zijn andere liefde, die van de journalistiek, blijft even
wel trekken en blijkt uiteindelijk sterker.
In 1957 begint hij op de redactie van de Provinciale
Zeeuwse Courant in Vlissingen, eerst als redacteur-
verslaggever voor de regio, later als redacteur binnen-
en buitenland, uiteindelijk als chef van de rubrieks
redactie 'die ging over de hele wereld, behalve over
Zeeland.' Aan wat hij het liefst doet, schrijven over eten
en drinken, komt hij echter nauwelijks toe. Daar is geen
tijd, ruimte en aandacht voor. 'Wat dat betreft is Zee
land natuurlijk niet zo'n gemakkelijke provincie', zegt
hij nu. 'Als je bij een krant in Haarlem werkt of in de
buurt van Den Haag bijvoorbeeld ligt dat wel even an
ders. Daar is de interesse voor het culinaire veel groter
dan in Zeeland. Het is nogal een strijd geweest om er
belangstelling voor te wekken bij collega's en de hoofd
redactie.'
Pas aan het einde van zijn journalistieke carrière (in
loondienst) kan hij langzaam, maar zeker zijn culinaire
ei kwijt. De Gemeenschappelijke Pers Dienst (GPD),
waarbij de PZC was aangesloten, kwam toen met een
pagina Eten Drinken. 'Dat was zo'n beetje de door
braak. Toen bleek overigens ook dat het aantal journa
listen met een beetje verstand van zaken op de vingers
van een hand te tellen waren.' Hij werd -eindelijk dan
toch- één van hen.
Het voorgerecht:
Salade Maison. Een Oosterschelde-salade, met kreeft
(uit de Oosterschelde),
witte en groene asperges, een concassé van tomaten
(brokjes) in een vinigrait.
De wijn:
Chardonnay (de witte huiswijn)
Na zijn VUT krijgt hij het er steeds drukker mee. De
'hobby', zoals hij het zelf noemt, loopt tamelijk uit de
hand. Rubrieken, columns, bijdragen, publicaties en
kookboekjes van zijn hand verschijnen met grote regel
maat. Proeverijen, presentaties, beoordelingen. Rien van
Reems probeert er bij te zijn, in heel Nederland én
Vlaanderen. Hij neemt ook zelf steeds vaker plaats ach
ter het fornuis. In serieuze gezelschappen van kook
clubs, die de kunst op hoog niveau beoefenen, uitslui
tend amateurs, in de zin dat ze het voor hun plezier
doen en niet om het geld.
Thuis kookt hij ook wel regelmatig, maar we moe
ten niet de indruk krijgen dat hij daar altijd zeifin de
keuken staat. 'Daar ontbreekt gewoon de tijd voor.'
Als een gids
In zijn wekelijkse rubriek in de krant beschrijft hij
een restaurant en informeert de lezer over het eten (en
drinken) aldaar. Een oordeel spreekt hij niét of nauwe
lijks uit, terwijl hij op grond van zijn kennis en ervaring
dat wel zou kunnen doen.
Een minzaam lachje. 'Dat doe ik bewust. Het is
informatief bedoeld en niet beoordelend. In een klein
gebied als Zeeland is dat namelijk heel moeilijk, het is
zo'n klein wereldje. Er zijn bepaalde bladen die het wél
doen, naar een restaurant gaan en zeer kritisch oorde
len, maar persoonlijk heb ik daar moeite mee. Mis
schien ook wel omdat ik wéét hoe snel er iets fout kan
gaan in het hele proces. Ik weet namelijk ook hoe moei
lijk het is. Eén foutje wil nog niet zeggen dat het een
slecht restaurant is of dat er een slechte kok staat. Ik
probeer vooral iets te beschrijven zodat mensen weten
wat ze kunnen verwachten. Zo'n stukje is eigenlijk
bedoeld als een gids.' Hij wil er maar mee zeggen dat hij
wel degelijk oordelen heeft over restaurants, maar die
in zijn stukje achterwege laat. In de keuze van de
restaurants die in aanmerking komen voor een artikel
zit absoluut wél een oordeel. 'Als ik een zaak niet goed
vind, dan schrijf ik er gewoon niét over in mijn rubriek.'
Het overzichtelijke van de regio heeft ook zo zijn
voordelen. Hij kent veel mensen in het vak, weet wat ze
bezielt en waar ze mee bezig zijn én hij heeft ook een
duidelijk beeld van zijn (lezers)publiek. 'Soms zetten
lezers mij ook op een spoor, geven ze een goede tip: het
is daar zo aardig. Als ik dat dan vaker hoor denk ilc daar
kan ik wel eens gaan kijken en soms levert dat een
nieuw stukje op. Hij heeft ook zo zijn negatieve ervarin
gen in het Zeeuwse. Die keer bijvoorbeeld toen hij de
hoofdredacteur van Associated Press (AP) had uitgeno
digd voor een etentje in een zaak waar de garnalen in
het voorgerecht nog bevroren bleken te zijn. Dat is dus
een zaak waar Rien van Reems géén stukje over schrijft.
Geen traditie
hl de loop der tijd heeft hij een reeks restaurants in de
provincie bezocht, een groot deel van hen beproefd en
beschreven. Als geen ander kan hij dus een oordeel
uitspreken over de kwaliteit.
Een beetje benauwd voor dergelijke generalisaties is hij
10 Zeeuws Tijdschrift