Foto PvH Mediaproducties.
wel. 'Er zijn zaken waar heel goed wordt gekookt, maar
die een beetje gezelliger ingericht zouden kunnen zijn.
Er zijn ook zaken waar de bediening weieens wat moei
zaam verloopt. Maar over het algemeen is het niveau
hoog en is er een duidelijk ontwikkeling te zien in de
richting van beter, met meer (Zeeuwse) specialiteiten.'
Overigens, een echte restaurant trad/f/e kent deze
provincie niet, benadrukt Rien van Reems.
'De meeste restaurants, ook dit Katseveer bijvoor
beeld, zijn zo'n 25 jaar geleden begonnen.
Daarvoor had je geen restaurants in Zeeland. Veel
mensen realiseren zich dat niet, maar je had cafés en
hotel-restaurants en verder niets. Op een gegeven mo
ment kwamen de bistrootjes met de Franse sfeer van
stokbrood, kaarslicht en escargots. Dat is een enorme
stimulans geweest.
Er werden heel veel zaakjes gesticht door mensen
die gewerkt hadden in de gerenommeerde keukens van
hotels of op schepen op de grote vaart. Dat ontwikkelde
zich steeds verder tot de restaurantjes die we nu ken
nen, echte eetzaken dus. Je ziet nu dat de mensen van
toen worden opgevolgd, vaak door hun kinderen, maar
in ieder geval door jonge mensen met een goede oplei
ding, die er vroeger ook niet was. Je kunt gerust zeggen
dat er een proces van kwaliteitsverbetering en profes
sionalisering in gang is gezet.'
Het hoofdgerecht:
Gebakken lamscarré Zeeuws lam) met een
appeltaartje in rozemarijnsaus.
De wijn:
Pompille, Cötes de Castillon 1993
(een rode Bordeaux).
Zeeuwse keuken
Zonder overdrijven kun je volgens Rien van Reems stel
len dat er een Zeeuwse keuken is ontstaan. Of eigenlijk
Zeeuwse keukens. Hij is zo'n beetje de ontdekker van die
veelzijdige streekgebonden gastronomie. Zelf houdt hij
het er liever op dat hij het voor het eerst benoemd heeft,
want het is immers zijn vak om het onder woorden te
brengen. Een naam te geven. De Oosterscheldekeuken,
bijvoorbeeld. Zo'n tien jaar geleden viel het hem op dat
een aantal restaurants in Midden-Zeeland een heel
eigen manier van koken hadden. Licht en puur, zonder
overdaad. Hij sprak erover met Wina Born onder andere
Zeeuws Tijdschrift 11