Phoenixstraat 25 in Ouwerkerk
Ze gingen naar architect Wim van Dort in Rotterdam.
Hij had nog nooit een strohuis ontworpen, maar
Sonneveld kende hem van vroeger en wist dat hij voor
zijn dochter de vrije schooi had gekozen. Motivatie
genoeg blijkbaar om bij Van Dort aan te kloppen.
Sonneveld wist de vlam van zijn enthousiasme snel over
te brengen. De architect stemde toe, maar voor het
uiteindelijke ontwerp er lag was er nog wel heel veel
overleg nodig. Het moest een ruim huis worden met
een aparte garage met berging. De plek was al bepaald:
Phoenixstraat 25 in Ouwerkerk. Het toeval wil, dat
Jasper Rentier, die daarnaast woont tientallen jaren
timmerman is geweest. Een vakman, die zijn werk altijd
solide en traditiegetrouw verricht. Rentier viel van de
ene verbazing in de andere: een huis van stro? Hoe
stevig kon dat dan wel zijn? Er ontstond een pittig
conflict toen Sonneveld ten behoeve van de drainage
van de grond een stinkende partij schelpen uit Yerseke
liet storten. De stank bleek niet te harden en heel de
buurt klaagde steen en been, niet alleen buurman Rent
ier. Sonneveld heeft de schelpen uiteindelijk met hulp
van de aannemer verwijderd. De lucht was gezuiverd en
ook over de ruimte tussen hun beider optrekjes werden
Sonneveld en zijn buurman het uiteindelijke wel eens.
Rentier volgt de strobouw op de voet en heeft al tal van
suggesties aangedragen. De natuurlijke bouwers maken
graag gebruik van zijn ambachtelijke kennis en ervaring.
Bouwmaterialen
Het houten casco werd gebouwd door aannemings
bedrijf Capelle uit Oosterland. Dat bedrijf metselde ook
het zestig centimeter hoge trasmuurtje rondom. Dat is
nodig als bescherming tegen opspattend water. Het dak
is bedekt met aarde en sedumvegetatie. Dat dak steekt
een meter buiten de stromuren uit, ook weer als be
scherming tegen regen. De stromuren zijn bestreken
met leem aan de buitenkant en kalk aan de binnenzijde.
Leem wordt uiteindelijk keihard, maar mag nou een
maal niet te nat worden, dan brokkelt het af. Voor de
muren zijn sterk geperste strobalen van 100 x 60 x 40
centimeter gebruikt. Ze zijn afkomstig uit de naaste
omgeving, van het agrarisch familiebedrijf Hanse aan de
Platteweg in Zierikzee. Zeeuws tarwestro, dat is heel
goed, volgens Sonneveld. De Zeeuwse klei is minder
geschikt. Voor goed leem is grond uit de Betuwe aange
voerd.
Toen fundering, skelet en dakconstructie gereed
waren, kon de echte strobouw van start. Dat gebeurde
in twee workshops van enkele dagen met circa vijftien
deelnemers. Een boeiend project, want tot nu toe waren
er in Nederland alleen garages, bergingen en stallen van
stro gebouwd. Een woonhuis is toch weer heel wat
anders. Jan Steenks en Martin Oehlmann wierpen zich
op als de trainers en Jury Czabanowki van de TU in
Eindhoven plaatste het project in het kader van de his
torische en algemeen ecologische facetten. 'Huizen
bouwen van strobalen is natuurlijk niet nieuw', zegt
Oehlmann. Hij verwijst naar de prehistorie toen mensen
uitsluitend aangewezen waren op natuurlijke producten
voor het maken van een dak boven hun hoofd. Een
vergelijkbare oerdrift moet de pioniers rond de eeuw
wisseling in Alaska hebben gedreven. Ook zij bouwden
huizen van stro, omdat dit materiaal hen nou eenmaal
ten dienste stond. Kenmerkend was steeds, dat er sa
men gebouwd werd. 'Bouwen nietje vrienden is een
belangrijk element', zegt Oehlmann. 'Zeker op het plat
teland, waar buurthulp gewoonte is. Dat zijn uitgangs
punten bij strobouw. Je bouwt samen, dat geeft een
goed gevoel.'
Worl<shops
Oehlmann studeerde rechten, verrichtte wetenschappe
lijk onderzoek, maar voelde zich het beste als bio-boer.
Tijdens een conferentie in Finland maakte hij kennis
met strobouw en raakte gefascineerd. Terug in Neder
land, heeft hij er zich intensief in verdiept. Hij kwam in
contact met Harold Wedig. Die bleek in Oost-Duitsland
een strohuis te hebben gebouwd, maar woonde zeifin
Swalmen. In dat Limburgse dorp werd op initiatief van
Oehlmann en Wedig spoedig een workshop strobouw
gegeven. Tijdens het weekend dat Jan Sonneveld van de
partij was, werd er gewerkt aan een tuinhuisje.
Sonneveld vond wat hij al geruime tijd zocht: een zo
natuurlijk mogelijke manier om een huis te bouwen. In
een strohuis ademen de muren. Door het stro ontstaat
er een voortdurende milde luchtstroom.
Aan de eerste workshop in Ouwerkerk ging een
instructiebijeenkomst vooraf. Die eerste workshop werd
gevolgd, door mensen die nog geen enkele ervaring
hadden met strobouw. Zij kregen te horen, wat er onge
veer van hen werd verwacht: het optrekken van de
rechte muren en het bevestigen van de strobalen door
middel van lange stalen draden en bamboestokken.
De tweede groep wierp zich op de ronde gedeelten
van het woonhuis. Wim van Dort heeft zich behoorlijk
uitgeleefd met cirkels en schuine vlakken, zodat men
sen, die al ervaring hadden in het recht-toe-recht-aan nu
hun gevoel voor ruimtelijke vormgeving behoorlijk
konden uitdiepen. Het gezelschap van de tweede work
shop was vrij internationaal: Nederlanders, Duitsers en
de Fransman Pascal Thepaut, een deskundige op het
gebied van strobouw in het algemeen en met ronde
constructies kan hij opmerkelijk goed uit de voeten.
Thepaut bewoont zelf een strobalenhuis in het dorpje
Plougonven. In Frankijk staan ongeveer dertig met stro
gebouwde huizen. Thepaut verleende aan minstens de
helft daarvan zijn medewerking. Hij houdt zich er al
negen jaar intensief mee bezig. Uit hobby, maar er gaat
wel heel veel tijd inzitten. Hij heeft bewust gekozen
voor een part-timebaan, bij de France Telecom: één
week werken, één week vrij om ergens een strobalen-
huis te bouwen. Dit keer is dat ergens dus in
Ouwerkerk. Het is de eerste keer dat Thepaut in Neder
land is. Hij geniet van de sfeer in deze workshop, leder-
26 Zeeuws Tijdschrift