'Historische vergissing Op de vraag hoe hij in de filmwereld is terecht gekomen, antwoordt hij: 'Ik ben verdwaald. Ik dacht alleen geïnte resseerd te zijn in muziek en geluid, maar toen ik Satiricon van Fellini had gezien, wist ik dat ik me ook in film interesseerde.' Hij betreurt de 'historische vergissing' ten aanzien van film. Film zou een perfect communicatiemiddel zijn, maar hij acht vijfentachtig procent van het aanbod juist dodelijk voor elke vorm van communicatie. 'Beelden komen als diarree over je heen. Snel, schril, grote con trasten en veel geweld. Dat alles sluit elke vorm van communicatie uit. Communicatie is per definitie twee richtingsverkeer.' Film kan in zijn optiek wel tot ideaal communicatiemiddel gemaakt worden. 'Dan moeten er wel tijd en ruimte tussen de beelden zijn ingebouwd om een onhoorbare discussie met de toeschouwer te kun nen voeren.' In zijn werk streeft hij ernaar een generatie op te leiden, die medebepalend zal zijn voor wat er met het medium film in de toekomst gaat gebeuren. Hij wil zijn studenten het belang van communicatie en inhoud bij brengen. Film is volgens Meijsen het medium bij uitstek om fantasie en verbazing een brede plaats te geven. 'Fanta seren is dromen, beelden in een willekeurig volgorde achter elkaar zetten. Filmen is dromen.' En kunst? 'Kunst? Kunst is het verbreden of verdiepen van de wer kelijkheid. Of het ontkennen van die werkelijkheid, want onze alledaagse werkelijkheid bestaat alleen uit afspra ken die we met elkaar gemaakt hebben. Je kunt je daar over ook verbazen en die afspraken ontkennen.' Laten nadenken Over het begrip 'inhoud' bestaat volgens Meijsen veel verwarring. 'Het is ook een moeilijk te definiëren begrip. Voor mij is het alles wat mij in beeld en geluid wordt aangeboden en me laat nadenken over m'n eigen leven, de mensen vlak naast me of over onze samenleving.' Hij illustreert graag met voorbeelden en noemt een serie als Buren van Frans Bromet. 'Als je dat ziet, vraag je ook af: hoe sta ik tegenover m'n buren. En zo'n docu mentaire als Nanook of the North. Dat gaat dan wel over een eskimogezin in het begin van deze eeuw, maar het gaat ook over mijn leven: hoe koud zou ik het hebben, hoe zou ik kunnen overleven?' De meeste speelfilms gaan, volgens Meijsen, over mensen, die buiten die film nooit zouden kunnen bestaan. Daar ligt zijn belangstel ling niet. Hij wil voorkomen dat zijn studenten zich toeleggen op het maken van 'mooie films'. 'Dat zit hun het meeste in de weg.' Weer een voorbeeld: 'De films van Herman van der Horst zijn mooie films, maar ook weer niet, want ze gaan eigenlijk alleen maar over cinematografie.' Als tegenhanger noemt hij Peter Watkins in wiens werk thema en inhoud als een dikke laag over alles heen liggen. Quinten Tarantino (Pulp Fiction) wantrouwt hij een beetje. 'Had de cineast nou iets wezenlijks te zeg gen over de bevolking van Los Angeles of was het eigen lijk niks meer dan een narratief vertellinkje?' Turkije goede keus Filmfestivals?'Ja, hoewel ze natuurlijk allemaal ook zelfbevlekkend zijn, zijn ze inderdaad van belang voor jonge filmmakers. Wij moedigen onze afgestudeerde studenten altijd aan werk in te sturen. Filmfestivals bieden een goede mogelijkheid om werk te tonen.' Meijsen is een trouwe bezoeker van het IDFA-festival in Amsterdam en van het Nederlands Filmfestival in Utrecht. Op het Filmfestival Zeeland is hij nog nooit geweest, maar studenten van hem sturen er wel werk voor in. Hij is enthousiast over de keus dit jaar specifiek aandacht te besteden aan films uit Turkije. Wat hem opvalt bij Turkse films is enerzijds wel die eigen Turkse verhalen en anderzijds de westerse vertelwijze. 'Turkije kent geen eigen filmgeschiedenis en heeft daarom wel licht veel van het westen overgenomen.' Filmfestivals vindt hij bij uitstek geschikt voor het vertonen van buitenlandse films. 'Vijftig a zestig procent zul je niet begrijpen, omdat de symboliek geen beteke nis voor je heeft, maar je wordt wel aangesproken op je verbazing. Wat wil die filmmaker van mij? Waarom krijgt specifiek die scène zoveel aandacht? Wat moet ik daar van vinden? Dan verbaas je je, dan kijkje dus geboeid.' Het thema 'Op de ziel getrapt' in podium 't Beest in Goes noemt Meijsen het 'meest waardevolle van het hele festival. De films die in dit kader zijn gekozen, laten iets zien van individuen, volkeren en gemeenschappen die moeten bestaan in omstandigheden beheerst door ge weld, armoede, vernieuwing of verdrukking.' Nederlandse fenomenen Talkshows tijdens een filmfestival hoeven voor Meijsen niet zo nodig. De eerlijkheid gebiedt hem te melden, dat hij zelf net weer heeft toegezegd deel te nemen in een forum in Utrecht. 'Ik doe het niet a titre personnel, maar als vertegenwoordiger van Akademie St. Joost. Als opleiding is het belangrijk, datje vertegenwoordigd bent.' Maar naar een talkshow in het Schuttershof theater met Paul en Menno de Nooijer gaat Meijsen dus niet. 'Eerlijk gezegd snap ik al die drukte rond hen niet zo. Zelf heb ik ze ook een keer uitgenodigd op St. Joost, want ja ze zijn nou eenmaal een fenomeen in Neder land. Het gevaar van gastlessen is echter dat studenten het werk van die bekendheden dan ook maar direct als goed bestempelen. Ze zouden zich meer als kritische individuen moeten opstellen.' 'Film bestaat honderd jaar en heeft dus een korte en overzichtelijke geschiedenis', zegt Meijsen. 'In Amerika werd gekozen voor een toneelmatige cameravoering. Eigenlijk dus het registreren van hetgeen er op het to neel werd gespeeld. Dat het medium film veel meer mogelijkheden biedt, hadden de Russen eerder door. Zeeuws Tijdschrift 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1998 | | pagina 11