La Chaux-de-Fonds - zo hedendaags komt het over; en
heel ontroerend is Picasso's La Buveuse assoupie 1902),
dat in het Kunstmuseum Bern hangt maar waarvan de
geschiedenis uit de doeken wordt gedaan in het
Kunsthaus Glarus.
Overeenkomsten en verschillen
In het Kunstmuseum Bern bevindt zich ook de nalaten
schap van de Zwitsers-Braziliaanse kunsthandelaar
Georges F. Keiler. Werken van onder meer Cézanne, Dab,
Derain, Van Dongen, Matisse, Picabia en Picasso delen
de hun toegedachte ruimtes met enkele bijzondere
Afrikaanse beelden en maskers. 'Ich bin sehr aberglau-
bisch', aldus Keiler in 1980 ten aanzien van de laatst
genoemde verzameling. 'Selbst wenn mir ein Kunstwerk
ausserordentlich gut gefiel, erwarb ich niemals etwas,
was nicht wohltuend war. Ich überprüfe es immer mit
meinem Pendel.'2
De samenhang tussen Afrikaanse en kubistische kunst
komt duidelijk tot uiting in de vroege werken van
Picasso en Braque. Zij waren - aan het begin van deze
eeuw - waarschijnlijk de eersten die zich voor de zoge
naamde Negerkunst met haar vaak gestileerde, symme
trische en tot essenties teruggebrachte vormgeving
interesseerden. Naast de Fondation Beyeler en het le
gaat Georges Keller zijn Picasso's onder meer te vinden
in de eerder genoemde collectie van Bernhard Mayer in
Ziirich, in de verzameling van de broers Karl en Jürg lm
Pablo Picasso, La Buveuse assoupie, 1902.
Olieverf op doek, Kunstmuseum Bern.
Obersteg in Oberhofen bij Thun en in de verzameling
van E.G. Bührle in Ziirich. Verzamelingen die voorts een
heel eigen karakter hebben, uit verschillende beweegre
denen werden opgebouwd en stuk voor stuk prachtig
onder dak zijn gebracht.
Kan men inhoudelijk een lijn trekken tussen de
collecties die in het kader van Die Kunst zu sammeln de
revue passeren?
In Winterthur worden de verzamelingen van de onder
nemers en broers Oskar en Georg Reinhart gepresen
teerd. Terwijl Oskar erop was gespitst een overzichtelijk
geheel van meesterwerken uit de Europese schilder
kunst van de 14de tot de 20ste eeuw op te bouwen,
legde Georg zich toe op het bijeen brengen van niet
alleen Franse maar ook Zwitserse en vooral nog onbe
kende Zwitserse kunst. Hij had in het bijzonder belang
stelling voor expressionistische en grafische uitingen.
Zijn collectie omvat naast (één van) Van Goghs Der
BrieftragerJoseph Roulin (1888) enkele prachtige
Kirchners en ook Masereels; daarnaast verzamelde hij
Aziatische kunst.
Een kleine uitgelezen collectie 19de en 20ste
eeuwse Franse kunst treft men aan in de Winterthurse
Villa Flora, het voormalige huis van Arthur en Hedy
Hahnloser-Biihler. Naast Cézanne, Redon en Van Gogh
(die hier als Fransman telt) verzamelden zij werken van
de Nabis (Bonnard, Vallotton, Vuillard) en de Fauves
(Marquet, Matisse, Rouault). Schilderijen en beeldhouw
werken (Renoir, Maillol) kregen een plaats in de villa die
ook de praktijk van de oogarts Halmloser huisvestte en
meermalen werd verbouwd en uitgebreid. Stoffen,
speelgoed en keramiek werden door Hedy Halmloser
zelf ontworpen en toegepast. Sinds 1995 is Villa Flora
een museum - een gedeelte van de villa is nog privé-
bezit - en worden de werken in wisseltentoonstellingen
aan de openbaarheid prijs gegeven. Als bijdrage aan de
huidige tentoonstellingenreeks heeft men er een selec
tie van brieven en foto's die de nauwe banden tussen de
Hahnlosers en 'hun' kunstenaars weergeven, aan toege
voegd. De eerste aankopen van de Hahnlosers golden
Zwitserse tijdgenoten als Ferdinand Hodler, Giovanni
Giacometti en de in Parijs gevestigde Carl Montag
(1880-1956). De laatste bracht hen in contact met Val
lotton die al spoedig een belangrijke plaats in de
verzameling zou gaan innemen.
De Zwitsers-Franse schilder, graficus en illustrator
Félix Vallotton (1865-1925) maakte weliswaar deel uit
van de Nabis maar ontwikkelde een heel eigen stijl. In
zijn schilderijen zijn de contouren krachtig en de vor
men plastisch; zijn landschappen lijken vaak bedwongen
emotie. In zijn (satirische) houtsneden vallen de sterke
zwart-wit tegenstellingen ogenblikkelijk op. Hij is ook
vertegenwoordigd in de collectie van Henri-Auguste
Widmer in het Musée cantonal des Beaux-Arts in
Lausanne. Deze vooruitstrevende arts die een privé-
kliniek bij Montreux leidde, kocht werken aan van
Franse impressionisten, van moderne Zwitsers als
Giovanni Giacometti en Hodler, en - op aanraden van
Edouard Vuillard met wie hij bevriend was - van de
Nabis en de Fauves. Zijn bijzondere belangstelling even
wel gold sculpturen, van Egyptische en Aziatische,
Zeeuws Tijdschrift 29