meer van de vroegere verzamelingen op hun oorspron
kelijke plek te reconstrueren.
Bij de collectie Tak van Poortvliet zal dat helaas niet
meer lukken. Marie Tak van Poortvliets Villa Loverendale
in Domburg bestaat niet meer en van de daar gehuis
veste en door Hiibner als meest vooruitstrevende Ne
derlandse privé-verzameling van dat moment om
schreven collectie van zo'n 150 werken, werd weliswaar
in 1917 een catalogus gedrukt maar die schijnt onvind
baar te zijn. Het Domburgse Marie Tak van Poortvliet
Museum zou evenwel voor zo'n tentoonstelling een
waardige vervanger van Villa Loverendale kunnen zijn
en een deel van Marie Taks collectie bevindt zich in elk
geval in het Rotterdamse Museum Boymans-van
Beuningen en in het Haags Gemeentemuseum. Een
uitdaging
Een drieluik
Uit alle mogelijkheden die de tentoonstellingenreeks in
Zwitserland biedt - van de genoemde tot exposities
rond het Lombardische naturalisme, een fascinerende
collectie van l'Art Brut in Lausanne en een bijzondere
verzameling Wiener Moderne in Zug - kies ik er één
voor nadere beschouwing; de eerste, een expositie die
zowel een gereconstrueerde als een nog bestaande
verzameling omvat en die bij mij direct herinneringen
Alexej Jawlensky, Madchen mit grauer Schürze, 1909.
Olieverf op karton, Kunsthaus Zürich.
opriep aan eens gekoesterde dromen rond een museum
in Villa De Wael tegenover het Domburgse Badhotel. De
Stiftung Langmatt in Baden CH was het die de spits
mocht afbijten met de expositie Von Miinchen nach Paris.
Die Sammlung Brown zwischen Sezession und Impressionis-
mus. Villa Langmatt kan model staan voor de Zeitgeist
rond de eeuwwisseling, niet alleen wat de bouw en
inrichting maar vooral ook wat de kunstverzamelingen
betreft die er te zien zijn. Zij geven in hun overgang van
Duitse naar Franse kunst een duidelijk beeld van de
veranderende kunstzin in het Zwitserland van die da
gen.
Vervolgens sta ik stil bij een buiten de reeks val
lende tentoonstelling in Aarau rond Piet Mondriaan en
Ferdinand Hodler, een Zwitsers-Nederlands project. Zo'n
350 werken van Mondriaan, vrijwel allemaal afkomstig
uit privé-verzamelingen, bevinden zich in Nederlands
openbaar bezit. Het Haags Gemeentemuseum huisvest
meer dan viervijfde daarvan, vooral dankzij een schen
king van de verzamelaar Sal Slijper. Omdat het museum
op dit moment wordt gerenoveerd, maakt een deel van
de collectie een wereldreis. Een ontmoeting met Hodler
paste uitstekend als tussenstation en bood een fascine
rende mogelijkheid deze giganten naast elkaar te leg
gen. Op 29 oktober van dit jaar wordt het Haags
Gemeentemuseum heropend, de Mondriaans zullen dan
weer thuis zijn om Kandinsky te ontmoeten. Een paar
enorme Kandinsky's uit St. Petersburg en Moskou, ver
gezeld van tien kleinere uit Russisch en Nederlands
bezit, zullen daar onder meer Mondriaans laatste, on
voltooid gebleven werk tegenkomen, de Victory Boogie
Woogie uit 1944, die voor 80 miljoen Nederlandse gul
dens werd aangekocht door het Nationaal Fonds Kunst
bezit, vervolgens permanent in bruikleen werd gegeven
aan het Haags Gemeentemuseum en eind augustus 1998
in triomf (maar niet onbesproken) vanuit New York naar
Den Haag werd overgebracht. Hodler wordt intussen
niet vergeten. Zo'n 70 schilderijen en 60 andere werken
van de Zwitserse kunstenaar zullen, in het voorjaar van
1999, ook naar Den Haag reizen.
Eveneens buiten de reeks valt de kunstenaars
kolonie in Ascona, met dit jaar een aan Marianne von
Werefkin gewijde expositie in het Museum voor mo
derne kunst, maar dezelfde kunstenaars komt men er
tegen, in de geschiedenis van het dorp en de Monte
Verita, dezelfde verlangens, idealen en teleurstellingen.
Sterker nog: de verwantschap met Nederland komt men
er tegen. De expressieve krachten die zich in West-
Europa nu eens meer dan weer minder een weg baan
den, vonden in Zwitserland veelal een oord waar zij zich
in geleidelijkheid konden ontplooien.
Zeeuws Tijdschrift 31