Een lichtend voorbeeld...
de Zeeuwse Kunstkring waren toegelaten. Men hechtte
er ineens ook zo'n belang aan om te worden toegelaten
omdat een kunstenaar lid moest zijn van een kunstkring
wilde hij in aanmerking komen voor een uitkering van
de BKR.'
Tessa meent overigens dat het straffe balloteren het
niveau van de Zeeuwse Kunstkring wel ten goede kwam.
Ze betreurt het dat dat beleid tussentijds aanzienlijk
werd versoepeld.
Hoe staat het met hun huidige betrokkenheid? 'Nou,
we doen bijvoorbeeld weer mee met de kerst
tentoonstelling', zegt Ad. Hij fronst eens diep en zegt
dan: 'Die is dit jaar voor het eerst op twee locaties. Het
oudere werk komt in het Zeeuws Museum te hangen en
het recentere werk wordt in de Vleeshal tentoon ge
steld. Ik weet nog niet wat ik instuur. Mijn vroege werk
is nogal abstract en daar zijn ze bij de Kunstkring niet
zo gecharmeerd van', bromt hij. 'Nee, daar is Ad een
beetje pissig over', vult Tessa nog even aan. Geen won
der vindt ze overigens, want Sandberg, de beroemde
directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam nam
destijds de moeite persoonlijk op bezoek te komen in
Ads atelier in Roosendaal en hem aan te moedigen door
te gaan met de woorden: 'Ik heb nog nooit iemand
gezien die zulke sterke tekens maakt.'
Braats keramische abstracten werden ook op de
Contour in Delft zeer enthousiast ontvangen. Maar....bij
de Zeeuwse Kunstkring dus niet zo? 'Ach, we hebben er
destijds gewoon te weinig over opgeschept, maar zo
zijn we nou eenmaal niet', schudt Tessa wat irritatie van
zich af.
Ad Braat, beeld voor de St. Augustinusschool (voor kinde
ren met leer- en opvoedingsproblemen) in Oosterhout,
1972.
Op de vraag of de Zeeuwse Kunstkring na veertig jaar
nog wel bestaansrecht heeft, hoeft Ad niet lang na te
denken: 'Zeker wel! Het is de enige vereniging die er is
op dit gebied. Ze biedt kunstenaars de kans om te ex
poseren en om contacten te leggen. Dat is belangrijk. Je
moet als kunstenaar aan de bel blijven trekken. Het is
net als met die moderne muziekgezelschappen, die
moeten ook de kans krijgen om op te treden.'
AL1E PANKOW
Misschien is het voldoende om Margreet Leijdekker uit
Zierikzee als lichtend voorbeeld ten tonele te voeren als
antwoord op de vraag of de Zeeuwse Kunstkring na
veertig jaren nog bestaansrecht heeft. Margreet is met
haar tweeëndertig jaar het jongste lid en bovendien één
van de actiefste leden. Ze zit al vier jaar in het algemeen
bestuur, ze maakt deel uit van de ballotagecommissie en
stelde voor de beoordeling van het werk van gretige
aanmelders een nieuw regelement samen. Met andere
woorden, Margreet is jong, enthousiast en steekt een
boel vrije tijd in de Zeeuwse Kunstkring. Dat zou een
jonge, ambitieuze kunstenares toch nooit doen voor
een 'gelegenheidsclubje van goedwillende bejaarden die
wat fröbelen?'
Nee, Margreet draagt de Kunstkring een goed hart
toe en heeft er als kunstenares ook uitstekende ervarin
gen mee. Ze wilde zelf ook graag lid worden beginjaren
negentig. 'Ik wilde vooral eens een keer exposeren en
zoveel mogelijkheid daartoe is er niet in Zeeland.
Daarom heb ik mezelf via Saskia Eggink als gast-
exposante voor de kersttentoonstelling in 1992 uit
genodigd.'
Margreet volgde een academische opleiding als
beeldhouwer in Maastricht en bekwaamde zich daar
voor via een opleiding in Tilburg als lerares handvaar
digheid. Verder volgde ze workshops beeldhouwen in
Salzburg en schoolde zich tevens in gemengde technie
ken. Haar wat krappe behuizing noopt haar zich
tegenwoordig vooral op het laatste toe te leggen. Zien
en observeren zijn belangrijke thema's in haar werk.
Beeldhouwen komt zeker weer aan bod als ze zich een
groot atelier kan permitteren. Ze geeft cursussen kunst
geschiedenis en werkt bij de Stichting Kunstuitleen
Zeeland in Middelburg.
'Gastexposante Margreet Leijdekker stelde twee
intrigerende werken samen uit tot kruisvormen gekop
pelde foto's van een Barok-kerk uit Salzburg, in samen
spel met ogen of verrekijkers', schreef Nico Out naar
aanleiding van haar eerste deelname aan de kerst-
Zeeuws Tijdschrift 33