Signalementen
samenstelling JüKI VCU1 Gcclcn
Peter R. Priester, Geschiedenis van
de Zeeuwse landbouw circa 1600-igio.
Hes uitgevers, 't Goy-Houten 1998.
Hes Studia Historica XX. ISBN 90
6194 378 7, 900 blz. geb. 95,-
De Stichting Historisch Onderzoek
Zeeland (SHOZ), in nauwe samen
werking met de Landbouwuniver
siteit Wageningen en met steun van
zeer vele Zeeuwse overheden, bedrij
ven en instellingen, heeft Zeeland
een magnum opus gegeven. De Ge
schiedenis van de Zeeuwse landbouw
circa 1600-igio (de drie eeuwen van
het oude traditionele landbouwbe
drijf) is een uiterst gedegen, weten
schappelijke studie (de auteur is
gepromoveerd in de economische
en sociale wetenschappen), rijk voor
zien van tabellen (97), grafieken (58),
kaarten (21), schema's (3) en afbeel
dingen (45), en aan het einde bijna
2.000 noten en 17 bladzijden litera
tuur. Maar ook, en dat siert de schrij
ver, een uiterst leesbaar boek, waarin
naast de landbouw ook (onvermijde
lijk) de bevolking, het landschap, de
waterstaat, het overheidsbeleid, de
eigendomsverhoudingen, de econo
mische structuur, de handel, de prij
zen, de lonen en de consumptie
aan de orde komen. Met een schat
aan materiaal heeft Priester na acht
jaar studie de agrarische geschiede
nis van Zeeland beschreven en her
schreven. Een citaat uit de inleiding
als voorbeeld van de prettige schrijf
trant en het aangereikte geschiedver
haal: 'De veranderingen die in de
twintigste eeuw hebben plaatsgevon
den, zijn zo ingrijpend geweest dat
het moeilijk is zich een voorstelling
te maken van het leven en werken
op een oude boerderij. Vast staat dat
het boerenwerk veel tijd èn veel men
sen vereiste. Het maaidorsen van
een hectare tarwe met een combine
neemt tegenwoordig maar een uur,
misschien anderhalf uur in beslag.
De oogst wordt direct van het land
gehaald en naar een opslagloods af
gevoerd. Vroeger werd het graan met
een sikkel gesneden en in schoven
gebonden, waarna het nog een aan
tal dagen op de akker bleef staan.
Vervolgens werd het naar de schuur
gemend, waar het in de daarop vol
gende maanden uiteindelijk met
behulp van een geselsteen of een
vlegel werd gedorst. Alleen al met
het snijden van een hectare was een
geoefend arbeider zeven a tien dagen
bezig. Het dorsen van de opbrengst,
die vele malen kleiner was dan tegen
woordig, kostte hem nog eens tien a
vijftien dagen.'
Voor mij is dit boek nummer één
van de Zeeuwse toptien en verplich
te kost voor de komende lente. Een
boek dat men meermalen opnieuw
ter hand zal nemen.
Henk Koppelaar, Al staat de zee ook
hol en hoog. Fragmenten uit de historie
van de reddingsstations op Goeree
KNRM, IJmuiden 1998. ISBN 90
9011 821 7, 21 x 29,5 cm, geb. 170
blz. 39,90
In 26 korte hoofdstukken verhaalt
dit boek over een periode van bijna
175 jaar reddingswerk vanaf de kust
van Goeree, vanuit de reddingstations
van Goedereede, Ouddorp en Stellen
dam. De nadruk ligt op de beter be
kende gebeurtenissen en ontwikke
lingen van de laatste honderd jaar,
met in de jaren veertig en vijftig aan
dacht voor de tweede wereldoorlog
en de watersnoodramp. In deze kro
niek is onopgesmukt de geschiedenis
nauwkeurig in al zijn kleine details
geboekstaafd. De geïnteresseerden
vinden in dit voor hen zeker boeien
de boek achterin als bijlagen een
overzicht van alle boten die in ge
bruik zijn geweest, met de namen
van schippers en bemanningsleden.
Meer dan 130 (actie)foto's verluchten
dit omstandige verhaal.
34 Zeeuws Tijdschrift 1/99