i Noord- en Zuid-Nederlandse provincies en steden stonden opgesteld op de 'estrade'. Een waarlijk plechtige ontvangst volgde. Daar nam de burgemeester van Middelburg, tevens ere-voorzitter van het congres, het woord: Jonkheer mr. J.W.M. Schorer (1834-1903). Hij zou op termijn zijn bestuurlijke carrière beëindigen als vice-president van de Raad van State. Schorer varieerde in zijn toespraak het bekende thema: 'Zuid en Noord één volk'. Op zijn welkomstwoord volgden andere toespraken. Een Belgische spreker, prof. E. van Driessche uit Brussel dankte, volgens een tijdgenoot 'in een eigenaardige tong val', namens zijn landge noten voor de ontvangst. Het bewijst dat het Neder lands dat in die tijd uit de mond van onze zui derburen kwam, zwaar dialectisch was, sterk ge kleurd door plaatselijke of regionale taal. Hun standaardtaal was immers het Frans. Moedertaal geeft mannenkracht Na de toespraken is het tijd voor zang en wijn. Middelburg's Liedertafel zingt 'een door den heer J.C. Altoffer vervaardig den Welkomstgroet aan de congresleden', muziek van de dirigent H.J. Kirrwald. Altorffer had met zijn broer een bekende drukkerij en uitgeverij in Middelburg, schreef nogal wat gelegenheidspoëzie en was een actief figuur. Bij de voorbereiding voor het congres heeft hij als penningmeester een belangrijke rol gespeeld. Van hem wordt gezongen: Welkom hier op Walchren's grond Met zijn rijke heemden. Wachters van het heiligst pand Ooit een volk geschonken: Eigen Taal en Vaderland Innig saamgeklonken! - 6 Zeeuws Ti|dschrift 1/99 Moedertaal geeft mannenkracht. Wee! wie ooit dat pand belacht Vreemde sprake heiligt, En verslaafd, den plicht veracht Aan zijn land verschuldigd. Het vers is niet populair geworden. De slotregel tamboe reert weer op de machtige eendracht. Nadat de erewijn 'geplengd' was, begaven de aanwe zigen zich in de tuin. Het muziekkorps der Middelburgse schutterij zorgde voor een passende ambiance. De ere wijn wellicht nog in de hand? Dankzij de Feestwijzer weten we wat het Muziekkorps der stedelijke schutterij onder leiding van A. de Jong onder de bomen in 'de heerlijke tuin' van het nieuwe Schuttershof op maandag avond 2 september 1872 heeft gespeeld. Het concert opende met een feestmars van de dirigent zelf, die ook zijn Fantaisie uit Gounods opera Faust creëerde. Verder een fantasie uit de opera Freischütz van Von Weber, een aria door een solohobo uit Handels Rinaldo en nog een andere congresmars tot slot. En daarna? Luister naar een tijdgenoot: 'Dien zelfden avond was het stadhuis geïllu mineerd, was er muziek op de Markt en werd de toren van het zoo schoone in Gothischen stijl gebouwde stad huis met Bengaalsch vuur verlicht. Nog laat in de nacht zat men voor de sociëteit De Vergenoeging op de Markt gezellig en feestvierend bijeen'. De eerste vergadering De andere dag, reeds om negen uur begint in het concert gebouw de openingszitting van het congres. De huidige concertzaal in de Middelburgse Singelstraat bestond nog niet, men moest het doen met een bovenzaal in het abdijgebouw, ingang Groenmarkt. De Jonge, Heer van Ellemeet en Eikerzee, schittert in zijn openingsrede. Hij doet geweldig zijn best de veertig jaar oude scheiding tussen Noord en Zuid te overbruggen: 'dat men moedig strijde voor taal- en letterkunde, maar de politiek late rusten!'. Nooit waren er zoveel deelnemers op een taal congres. Hoeveel eigenlijk? Meten is weten, maar tellen is moeilijk. In de lijst met namen die opgenomen werd in de Handelingen wordt er een onderscheid gemaakt tussen 'eereleden', 'leden-begunstigers' en 'gewone leden', maar sommige leden komen op twee lijsten voor. De ereleden kunnen we buiten beschouwing laten, die vormen immers een comité van aanbeveling. Daar zit de burgemeester in, de Middelburgse Markt omstreeks 1865/1870 met het gebouw van Sociëteit de Vergenoeging. Middelburgse Markt omstreeks 1865/1870 met het gebouw van Sociëteit de Vergenoeging. En zo verder. De tweede strofe zal enkelen, zo niet velen geroerd hebben:

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1999 | | pagina 8