alle nuchterheid mededelen, dat ik, als ik nu, een halve eeuw nadien, ieder jaar
weer eens door de Zuidstraat van mijn oude dorp loop, altijd een onheimelijk
gevoel krijg. Het gevoel namelijk, dat ik, ondanks een levenslang maken van
wereldreizen en levenslang lezen van de beste boeken of zelfs gedichten, zo
omstreeks mijn twaalfde jaar onder en op onze Dijk een groter gelijk heb gehad
dan ooit later. Dat ik mijzelf, tot mijn schade, na van Walcheren weggeraakt te
zijn vooral ontplooid heb tot een verzamelaar van steeds wisselende óngelijken.
Ter verduidelijking hiervan veertien regels, van een jaar of zes geleden:
WESTKAPELLE
Voor zestig jaar zat ik hier ook alleen
en huilde om de dood van Winnetou.
Nu treur ik bij dit laatste rendez-vous
om die van jou en mij en iedereen.
Adriaan Viruly
Duin, dijk en Schelde, alles als voorheen
en wat voorbij ging doet er weinig toe.
Hier was ik Indiaan, hier ben ik moe,
hier zei het leven Ja, hier zegt het Neen.
Hier viel het tij sedert ik werd geboren
voor een keer rijzen en voor een keer dalen,
gehoorzaam meer dan vijftig duizend malen.
A. Viruly, Reissonetten, Den
Haag, Nijgh Van Ditmar,
1979.
Bij mensen zal de vloed zich niet herhalen.
Kom, laat mij op de dijk de zee aanhoren
onder de stralen van mijn oude toren."
Of, met andere woorden:
AMSTERDAMSE GEDACHTEN
Het ging daar dagelijks zoals het moet:
het werd er tweemaal eb en tweemaal vloed.
Zo ging dat daar tenminste in mijn tijd.
Je zag de hartslag van de eeuwigheid.
's Avonds had je daar sterren. En een Maan.
Ik ben daar vaak de dijk voor opgegaan,
het water en de hemel nog heel na....
Toen kwamen Scheikunde, Duits, Algebra....
Van alles leerde ik op school de zin
en pompte die voor mijn examens in.
Daar ben ik voor geslaagd. En vijftig jaar
hield ik mijn hersens heel goed bij elkaar.
Nu word ilc elke nacht verdriet door dromen.
Straks moet ik door mijn Eindexamen komen!
31 Zeeuws Tijdschrift 2/99