Johnny Beerens, werkend aan de onderste druppel, waarin bij
wijze van signatuur een minieme reflectie van de kunstenaar
is te zien, van de muurschildering op de watertoren in
Oostburg, 1995. Foto Peter Nicolai.
Voor Johnny Beerens heeft het wondteken op de
toren een bijbelse symboliek, aldus Marjon Sarneel in de
mooi verzorgde en boeiende uitgave Johnny Beerens (1998).
Beerens gebruikt de bijbelse symboliek om ons op het
spoor te zetten van de diepere betekenis van zijn werk.
Dat geldt bijvoorbeeld ook voor de graansilo bij de vis
sershaven van Breskens. Johnny Beerens beschilderde
die over een oppervlakte van zo'n 500 m2 met de vruch
ten van de aarde: vis uit de zee en (de ingrediënten voor)
brood van het land, zeven 'vruchten' in totaal. Een bijbels
getal, en zo gezien volgens Marjon Sarneel te lezen als
'een hartstochtelijk pleidooi om stil te staan bij een eer
lijke verdeling van de vruchten van de aarde.' Bijzonder
is, dat je je door de bijbelse symboliek kunt laten leiden,
maar dat je die vervolgens ook weer kunt loslaten. Beerens'
kunstwerken zijn autonoom, zij zijn een onderdeel van
wat zich tussen hemel en aarde bevindt en iedereen kan
zich daar op zijn eigen wijze aan spiegelen. Beerens' kracht
schuilt, afgezien van zijn technisch meesterschap, onder
meer daarin dat hij het verlangen naar die spiegeling
oproept.
Johnny Beerens, Levensbron, 1995, muurschildering op water
toren (55 m hoog) in Oostburg. Foto Peter Nicolai.
wordt geschilderd; dikke lagen verf vermengd met fijne
en grove marmerslijp, met zilverzand en met het nog
iets grovere gemalen glas. Met een eindeloos geduld en
een bewonderenswaardige precisiteit streeft Beerens zijn
doel na.
De watertoren
Mijn terugreis ging over Oostburg om de watertoren te
zien. Levensbron (1995), Beerens' muurschildering op
de 55 meter hoge toren, vormt één geheel met de toren.
Zij lijkt van een bedriegelijke eenvoud, de natuurlijke
toevoeging - de enig juiste toevoeging - om de water
toren compleet te maken. Uit een scheur onder de kraag
vallen enkele druppels water in een eeuwig stilstaande
beweging naar beneden. Voor mij symboliseren zij met
de toren de droom van de mens het hogere te raken,
een harmonie tussen hemel en aarde te vinden, en tege
lijkertijd verwijzen zij naar het menselijk onvermogen -
wakker worden met een betraand gelaat. De droom,
geworteld in de aarde en daarbovenuit stijgend, weegt
het zwaarst.
17 Zeeuws Tijdschrift 3/99