gevarieerd landschap aan alle zijden
door water omspoeld'. Al even infor
matief zijn de meer dan 100 heldere
kleurenfoto's die Anton Dingemanse
speciaal voor deze uitgave maakte.
Uitstekende promotie.
Marco Evenhuis, Zeeuwse wijsheden.
Verba b.v, Hoevelaken 1999. ISBN
9° SS1? 346 9. 144 blz., 10,5 x 15 cm,
gel>„ 12,50.
In dit boekje (met illustraties van
Will Berg) heeft de samensteller 130
Zeeuwse wijsheden, zei- en weer
spreuken verzameld. Bij het spellen
van de verschillende dialecten is
daarbij gebruik gemaakt van het
spelsysteem van Stichting Zuudwest 7.
Drie voorbeelden: Beter dóód en
begraeve mit vuuftig as dood mit
dertig en begraeve mit tachtig;
Krimpende wind en uutgaende vrou
wen bin nie te vertrouwen; Wao
broekn zien, betaoln geên doekn.
Erik van Ommen en Robbert Jan
Swiers, Uilenpad, impressies van de
Zak van Zuid-Beveland. REGio-PRojekt
Uitgevers, Groningen/De Koperen
Tuin, Goes, 1999. 80 blz., ISBN 90
5028 118 4, geb., 21 x 15 cm, 24,90.
Robbert Jan Swiers geeft in vier
hoofdstukken met even zo vele wan
del- of fietsroutes zijn impressies
van dit kleinschalige, afwisselende
en kwetsbare gebied, land, water,
planten, dieren en de door mensen
hand tot stand gekomen inrichting.
In zes andere hoofdstukjes geeft hij
tan meer algemene beschouwingen
;een beeld en kenschets van dit karak-
ristieke stukje Zeeland, waarop
rust en herkenbare oorsprong nog
^een authentiek stempel op drukken.
TÉjék van Ommen tekent voor een
llpeö't aantal illustraties (etsen, teke
ningen, aquarellen, veelal in kleur)
van^dit landschap met zijn planten
40 Zeeuws Tijd
en dieren. Een fraai boekje, met lief
de en aandacht samengesteld.
C.F. Bos (red.) ZL-3 Zeelandhoek.
Stichting NRI, Middelburg 1999.
ISBN 90 72146 36 o, 224 blz., ing.,
39,90.
Dit derde jaarboek is het vervolg op
de onder de titel Zeeuws Jaarboek 1
en 2 verschenen voorgangers uit
1997 en 1998. In het voorwoord
wordt hierover opgemerkt: 'Het
woord "jaarboek" in de zin van een
maal per jaar verschijnend boek
blijkt echter voor velen tot het mis
verstand te leiden, dat het zou gaan
om een boek dat de actualiteit van
een jaar volgt. Niets is minder waar
ZL wil eenmaal per jaar documente
ren, een beeld geven van facetten
van Zeeland.' En nog een statement:
'ZL documenteert, schrijft geschie
denis, is een palet van Zeeland. In
ieder afzonderlijk en zelfstandig deel
van ZL valt het licht op verschillende
aspecten. De delen samen schilde
ren Zeeland kenmerkend.' Men kan
blij zijn dat deze publicatie, mede
dankzij enkele sponsors, zijn derde
uitgave beleeft. Want ook nu weer
geven de twaalf artikelen - van louter
mannelijke auteurs - in deze bundel
boeiende informatie en onderhou
dend leesplezier. Jan Hendriksen bijt
de spits af met 'De Delta is klaar...
voor haar toekomst.' (Een verhaal
van de heroïek van waterstaatsinge
nieurs en tegelijk van de relativering
daarvan, gezien in het perspectief
van een langere termijn.) Een fris
overzicht zonder opsmuk. Jan
Kuipers vervolgt met 'Archeologische
waarden en de Oosterschelde.' (Het
rijksbeleid lijkt vooralsnog blind voor
de internationale archeologische
waarde van de verdronken landen in
de Ooster- en Westerschelde.) Jan
Verkiel en Hendrik Stevens beschrij-
HRIFT 4/99
ven in hun bijdrage 'Over de positie
en potentie van de Zeeuwse havens',
de trekpaarden van Zeeland, de be
stuurlijke ontwikkeling van deze
havens. Kees Bos schetst in 'Honderd
jaar Koninklijke Zeelandia Groep
B.V.' een levendig beeld van dit sym
pathieke bedrijf; de ondertitel luidt:
Zierikzee, bakermat van een interna
tionaal concern of de ontsluiting van
een 'vergeten eiland'. In 'Het zijn geen
boeren meer' geeft Ton Willemse een
snelle schets van de (veranderende)
landbouw op Schouwen-Duiveland.
Andreas Oosthoek geeft met 'Het
Zeeland-beeld van Antoine Mes' een
indringend, intrigerend en poëtisch
signalement van deze Zeeuwse schil
der (1927), geïllustreerd met vijftien
fraaie kleurenafbeeldingen van zijn
werk. (Het gaat over een leven tus
sen 'interessant wit' en 'interessant
zwart', over de duinen, de luchtdijk,
materie, proces en de vaststelling dat
het verhaal van het schilderen niet
het verhaal van het plaatje kan zijn.)
Ad H. Van Dijk publiceert onder de
titel 'Arts zonder grenzen avant la
lettre' - met annotaties - een brief van
7-8-1940 waarin de arts Barend van
Tricht (1885-1954) verhaalt over zijn
belevenissen nadat hij in mei 1940
naar Zeeland was gekomen om te
helpen, en van daaruit later weer
terugkeerde naar zijn woonplaats
Monte Carlo. Een verhaal over levens
echte zaken, aangrijpend en verwar
rend door de altijd weer nieuwe ge
schiedenis die zo bekend is. 'Zeeuws-
Vlaanderen: monarchistische repu
bliek' van Cor van de Poel is een zin
loos stukje zonder kop of staart dat
dit gebied geen recht doet. Gelukkig
geeft de korte schets 'Ondergang en
opkomst van de mosselarij in
Philippine' van Lars Hoedemaker
een zinnig tegenwicht. Kees Bos
schrijft in 'Ashok Bhalotra' (Idealist,