ermee bedoeld werd. Het komt erop neer dat je niet alles moet bekijken vanuit het oogpunt van werkgele genheid, investeringen en winst en verlies, maar dat je, simpel gezegd, moet kijken naar de potentie van een omgeving in relatie tot economische en maatschap pelijke doelen. Klinkt wel erg abstract. Een voorbeeld graag. In 1982 hebben we in het centrum van Baltimore met de ruimtelijke kwaliteiten die daar aanwezig waren met succes een nieuwe stedelijkheid gecreëerd. Let wel: we kregen met een stad te maken die bijna letterlijk in de brand stond. Er was sprake van ernstige sociale onlusten, werkloosheid enzovoorts. Maar door het havengebied van zo'n 30-35 hectare groot een nieuwe recreatieve impuls te geven die veel banen genereerde, bloeide dat gebied helemaal op. Ga er nu maar eens kijken: dat centrum trekt miljoenen mensen aan. Er is een spacecentre, een zeeaquarium en vele andere moge lijkheden tot entertainment. Samengevat: we introdu ceerden een nieuwe stedelijkheid door de ruimtelijke kwaliteit van die baai te benutten met als gevolg een economische opleving en sociale rust. En dat met een budget van 1,25 miljard gulden! V dacht: dat moet in Zeeland, in Temeuzen, ook kunnen. Natuurlijk maakte ik die vertaalslag. Want de ruimte lijke kwaliteiten van Zeeland zijn ongekend; veel groen, veel water noem maar op. Ik heb dat destijds ook onder de aandacht gebracht en vond steun bij de toenmalige commissaris der koningin. Hij fungeerde als trekker. U werd met gejuich ontvangen... Nee, nee. Ze zeiden: 'Vlistergent? Ach, dat heeft zo'n visionaire prof uit Vlaanderen bedacht.' Maar nu, anno 2001, blijkt dat toch geen utopie meer. De tunnel zal Vlistergent realiteit maken. Is het niet vandaag, dan wel morgen. Hou het er dus maar op dat we in de jaren tachtig onze tijd vooruit waren. Dat niet alleen. Het verschil met Zeeland en Baltimore was en is: die Amerikanen durfden het experiment aan. Klopt. Zeeland is behept met een gebrek aan slagkracht door de versplinterde politieke structuur. Ik weet wat Zeeland is. Ik weet hoe moeilijk het is vanuit het bureaucratische gebeuren alles op een lijn te krijgen en dan ook nog iets in Den Haag te beteke nen. Je hebt dus voor honderd procent gelijk. Wat is het alternatief? Men moet werken met twee schalen. Schaalvergroting - stadsgewesten of stadsregio's -, èn schaalverkleining - stel districtraden samen waarin men publiek-privaat gericht kan werken -. Nu zitten ze er ergens tussenin en dat werkt niet omdat Zeeland een enorm territori um heeft en weinig inwoners telt. Gelukkig zijn er tendensen waarneembaar om wat meer eenheid te smeden. Zo is er één Kamer van Koophandel, één Seaports. De ideeën liggen er, nieuwe lijnen worden uitgezet, maar de bevolking wil niet mee. De bevolking struikelt over de rapporten, raakt in verwar ring door al die voornamelijk niet-Zeeuwse wetenschappers die eikaars inzichten ter discussie stellen. Ze zien door de bomen het bos niet meer. De gap tussen de woestenij van het wetenschappelijk denken en de woestenij der opinies onder de Zeeuwen is groot, dat geef ik toe. Ik schrik daar soms wel eens van omdat ik weet dat het effect daarvan negatief is. Met de ISF (de Internationale Schelde Faculteit) hebben we geprobeerd het debat tussen wetenschap, politiek, bedrijfsleven en bevolking te kanaliseren. Dat is niet gelukt. Na twaalf jaar hebben we nog altijd te maken met een gepolariseerd verhaal, een debatcultuur is helaas niet ontstaan. Dat valt overigens niet alleen de ISF aan te rekenen. Een van de oorzaken was dat de politiek niet meewerkte. Die particularistische Zeeuwse mentaliteit belemmert intussen wel het ontwerpen van een totaalvisie en frus treert degenen die daar aan werken. Neem uw idee om een vliegveld in de Westerschelde aan te leggen. Er brak nog net geen revolutie uit... Laat ik voorop stellen dat ik Zeeuwen sympathieke mensen vind. Maar inderdaad ze kijken alleen naar de directe ruimte om hen heen. Wat betreft dat vliegveld, het ging mij niet om de aanleg van een luchthaven a la Schiphol. Ik zag en zie dat vanuit wat ik noem: intermobiliteit en de daaruit volgende multimodaliteit; een synergie van en connecties tussen weg, spoor, lucht en water. Ik stel verder vast dat Zeeland een gigantisch wateroppervlak heeft - ik heb eens uitgere- 12 Zeeuws Tiidschrift 2001/2

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2001 | | pagina 14