hopr hoe stil "stil mijn geweten il als het recht waarmee een vaderland de vloten uit laat varen en vecht Hak zijn kop eraf eet zijn vingers een voor een als Tromps woord niet houdt Ik hen een goudeerlijk man maar ook goud is een steen Voel! voel hoe koel koel mijn geweten koel als de zee die binnenste branden blust en weg het bloeden wast De zee (Hier doorheen heeft de rest van de scene tussen de Ruyter en prins Willem III plaats) de ruyter: Sire? Uw voorganger raadspensionaris Johannes de Witt Tromp was er bij! WILLEM III: Ik heb niets gehoord de ruyter Wie hebben er samen de messen geslepen Met wie heeft Tromp dit plan beraamd? WILLEM III: Ik heb niets gehoord de ruyter (op zichzelf wijzend) Mogelijk heeft uw nederig dienaar deze bekentenis van moord niet op zijn waarde geschat misschien ook wel niet gehoord? en wordt mij hier en nu beloofd: De Ruyter blijft van de vloot het hoofd Sire zegt u mij één woord Heb ik iets gehoord? WILLEM III: U heeft niets gehoord de ruyter: Dank u Uiteraard zal al het voorafgaande worden begraven met ons in onze zerken en zullen Tromp en ik voortaan in broederlijke trouw en vriendschap samen werken Tromp mag zich op ieder schip vertonen Maar er zal maar één bestevaar de kop van de vloot bewonen: Michiel Adriaanszoon de Ruyter! Ruyter maakt triomfantelijk aan stalten om te vertrekken PRINS WILLEM III (tegen publiek, zonder dat de Ruyter het hoort): Leden van de Staten Generaal Er ligt een afspraak tussen Tromp en mij dat bij absentie van De Ruyter door ziekte dood of aflijvigheid Tromp de leiding zal gaan krijgen en bekleed wordt met de rang luitenant admiraal generaal Deze regeling is geheim voor het volk de vloot en de natie en zij bestond natuurlijk al lang vóór deze conversatie 8. Epiloog (De prins verdwijnt. Tromp is gestopt met zingen en is ook niet meer te zien. We zien de Ruyter langzaam van ons weggaan, op een wijze, waaruit ver moeidheid blijkt en weemoed. Hij heeft gewonnen, maar ziet dat de jeugdige Tromp de tijd aan zijn zijde heeft.) de ruyter (a capella) Johan waar ben je en je broer waar ben je trouwe vriend? 'k Rouw om dode kameraden, om mezelf. Ik rouw en bid voor vermoorde kameraden, voor mezelf, de gebroeders De Witt. Is het nu een straf of zegen om weer luitenant te zijn en admiraal en generaal op mijn laatste wegen Stuurt men mij naar zee om er te gaan sterven? Dan zijn ze van me af Wellicht is de zee al decennia mijn graf Zes vadem diep ligt vader in zee maar in zee gaat niets verloren De zoon heeft eenmaal nog de slag verloren Zo gewonnen zo geronnen Daar gaat de jonge Tromp de tijd staat aan zijn zijde Tegen Tromp kan ik wel op maar niet tegen hen beiden (dodelijk vermoeid) Aanschouw den held, der Staeten rechterhand De redder van 't vervallen vaderland Doek O Regie: Vincent van den Elshout Libretto: Nirav Christophe Muziek: Douwe Eisinga Vormgeving en kostuums: Rien Bekkers Spelers: Michiel de Ruyter - Egidius Pluymen Cornelis Tromp - Wil van der Meer Prins Willem III - Daniel Cross Locatie: Kazemat Keizersbolwerk in Vlissingen Speeldata: 29 augustus t/m 9 sep tember om 19.30 en om 21.30 uur (niet op 4 en 5 september). Zie ook <www.nazomerfestival.nl>. 19 Zeeuws Tijdschrift 2001/3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2001 | | pagina 21