Familialen 3 Praten met ondernemers, consumenten. Conclusie: bouw een niet te groot compact winkelgebied met een autovrije zone en voldoende parkeergelegenheid daar omheen. De ene partij zei: die straat moet erbij. De andere partij wilde dat juist niet. En ga zo maar door. Mijn filosofie was: je kan altijd nog uitbreiden. Maar achteraf denk ik: we hadden iets kleiner moeten beginnen. Is hier sprake van verkeerd beleid? Ik denk van niet. Met een beperkt gebied, hadden we toen zoveel mensen pijn gedaan. We hadden gewoon te maken met bepaalde afwegingskaders en op grond daarvan beslis je. Zeeland kent een aardige rapportencultuur. Dat zal de zaak er met die winkelring ook niet eenvoudiger op gemaakt hebben. Hetzelfde geldt nu voor de discussie over de effecten van de tunnel. De een beweert dat, de ander komt met een conclusie die daar diametraal op staat. Ik ben het ermee eens dat er te veel rapporten worden geschreven. Aan de andere kant moet je bepaalde zaken goed laten uitzoeken voordat je knopen door hakt. Wat de tunnel betreft. Ik hou het er maar op dat de impact ervan enorm zal zijn. Op alle fronten: meer banen, meer woningen Maar hoe groot de invloed precies zal zijn? Kun je dat wel meten? Volgens mij zijn dat soort zaken nooit tot achter de komma te berekenen. Achteraf blijkt het vaak allemaal net even iets anders te gaan. Het tempo van de groei is trager of juist sneller. De economische conjunctuur zit tegen of juist mee... Zeeland in 2010. Eén moderne Zeelandstad? Je kan achter de tekentafel van alles bedenken. Onder invloed van de EU zal er het nodige gebeuren. De havens zullen steeds meer gaan samenwerken. Misschien komt het ooit tot één grote havenmond. Onze positie is in elk geval florissant. We hebben ruimte, een goed bedrijf als Hessenatie en uitsteken de relaties met Rotterdam en Antwerpen. Qua bestuur. De ivoren toren is zo goed als afwezig en heeft plaats gemaakt voor dialoog. Het Zeelandstaddebat is nuttig. Je kan als politicus wel denken dat je het goed doet, maar het is belangrijk dat de bevolking bepaalde zaken kritisch tegen het licht houdt. O Vrije en Vrijerstijd in Cadzand-Bad (II) Paul van der Velde Dat de situatie op de Camping Welgelegen waaraan ik refereerde in het eerste deel van 'Vrije en Vrijerstijd in Cadzand-Bad' drie jaar later nog niet veel beter was, bleek wel uit een brief van de boze W. Bomhof uit Nijmegen. De luxe vakantiebungalow die hij op Welgelegen had gehuurd, bleek een ondermaats kippenhok. Dat, gevoegd bij de overlast van de los bandige jeugd op de camping, deed hem besluiten zijn vakantie vroegtijdig af te breken. Hij schreef een brief op poten aan het gemeentebestuur van Cadzand: 'Meisjes van 18 en 19 jaar die een caravan gehuurd hadden ontvingen 's avonds tot diep in de nacht jongens in hun wagen in een vacantiekamp, dat meer op een zigeunerkamp leek en waar disci pline zoek was.'1 In dit familiaal dan ook meer de nadruk op vrijerstijd in Cadzand-Bad. 25 Zeeuws Tijdschrift 2001/3-4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2001 | | pagina 27