van de Flersheims was, dan lijkt het heel goed moge
lijk dat zij in naam al eigenaar van de tekening waren
toen die op de tentoonstelling van de Moderne Kunst
kring hing en dat Toorop de tekening zelf nog, en dan
als 'De Heilige Paulus, predikende op den Areopagus
(Eigendom)', doorstuurde naar zijn tentoonstelling bij
Unger Van Mens in Rotterdam kort daarop. 'Gebed
voor den maaltijd', nr. 17, en 'Godsvertrouwen', nr. 18,
toegezonden uit Duitsland, hingen daar als 'Eigendom
van den heer Ernst Flersheim, Frankfurt a/M.'. 29
In Domburg hebben de Flersheims de Paulus uit
1912 zeker niet in ontvangst genomen - mogelijk wél
besteld; het zou van 1911 tot 1930 duren voor de fami
lie opnieuw naar de Zeeuwse badplaats kwam. 3°
I ntermezzo
In juni 1913 werd Toorop een gouden medaille toebe
deeld op de Internationale Kunstausstellung in München.
'Ik vindjt] het heel leuk schreef de kunstenaar
vanuit Domburg aan de wijnhandelaar en kunstver
zamelaar Anthonij Nolet in Nijmegen. 'Dit is natuur
lijk voor de Apostelen, die er zijn.' 31
Die zomer had in de Frankfurter Kunstverein een
tentoonstelling plaats van 'Frankfurter Kunstschatze',
de mooiste en waardevolste negentiende eeuwse schilde
rijen uit Frankfurts privébezit, aldus de catalogus. Van
de 120 tentoongestelde werken waren er drie ingebracht
door Martin en zes door Ernst Flersheim, onder de laat
ste één Toorop: Gottvertrauen'als nr. 92. 32 Mogelijk
heeft Toorop de tentoonstelling, die tot eind september
duurde, gezien. Hij reisde in 1913 onder meer nog naar
Zwitserland. Het jaar erop vermeldde zijn reisschema
Berlijn, waar zijn Apostelkoppen werden geëxposeerd,
Dresden, Wenen, Zürich en Parijs. Toen in augustus 1914
de Eerste Wereldoorlog uitbrak, was hij in Domburg. 33
Hoewel Nederland neutraal bleef, had de badplaats in
zoverre met de oorlog te maken dat Belgische vluchte
lingen er een veilig heenkomen zochten, gemobiliseer
de Nederlandse soldaten er werden ondergebracht en
het badgastenpatroon in korte tijd volledig veranderde.
De Franse taal klonk enkele jaren lang in Domburgs
straatjes in plaats van de Duitse. Vanaf 1920 - anderhalf
jaar na de wapenstilstand bij Compiègne - begonnen
Duitse vakantiegangers weer te komen en evenals bij de
Nederlandse het geval was, verschoof het accent naar de
welgestelde middenklasse. De firma van de Flersheims
was een voorbeeld van de grote ondernemingen in
Duitsland die als gevolg van de oorlog, de inflatie, de
deviezencontrole en de onderbreking van de buiten
landse betrekkingen een pas op de plaats hadden moeten
maken. Vooral kleine gingen te gronde. 34
Zag men aanvankelijk bij de joodse families in Frankfurt
dat de economisch gevestigden onderling huwden - zoals
Ernst Flersheim als zeer vermogende handelaar in
ruwe materialen in 1892 met de dochter van de even
eens zeer vermogende handelaar in brouwgerst Adolph
von Mayer trouwde - in later jaren zochten de gegoeden
niet alleen hun schoonzoons bij voorkeur onder de
academisch gevormden maar gaven zij ook hun dochters
de kans zich intellectueel te ontplooien. Edith Flersheim
volgde een opleiding aan een school voor kunstnijver
heid, haar zusje Margarete een literatuurstudie in
Heidelberg en Frankfurt. Beiden gaven hun studie op
bij hun huwelijk. Edith trouwde in 1920 met de jurist
en bankier Georg Eberstadt, Margarete in 1927 met de
advocaat en notaris Rudolf Wertheim. Hun broer Hans
trad in de voetsporen van zijn vader. 35
In 1927 kwam de Frankfurter Kunstverein met de ten
toonstelling Französische Meister des XIX. Jahrhunderts aus
Frankfurter Privatbesitz, onder de bruikleengevers
bevonden zich Martin en Ernst Flersheim. 3 6
Domburg 1930
'We gingen er na de oorlog in 1930 nog één keer naar
toe met onze kinderen en kleinkinderen en genoten
opnieuw zeer van Domburg.' In het Domburgsch
Badnieuws van 21 juni 1930 staan de Flersheims ver
meld als 'Mevr. Flersheim en fam., Frankfurt a. M., 4',
logerend in Pension Golfzicht. Vermoedelijk betrof het
Gertrud Flersheim, Edith met haar zoontje Walter en
Margarete. Twee weken later arriveerden de heren
'Eberhardt' uit Hamburg en Flersheim en Wertheim
uit Frankfurt am Main in Pension Golfzicht. 'Eberhardt'
staat natuurlijk voor Georg Eberstadt, die bankdirecteur
in Hamburg was. 37
Pension Golfzicht en het daartoe behorende huis
Zee en Duin, waarin de Flersheims onderdak vonden,
werden gedreven door de familie De Pagter-Provoost.
Mevrouw De Pagter was een kleindochter van Pieter
Provoost, Toorops model voor Godsvertrouwen. 3&
De vriendenkring van Toorop bleef in de periode
tussen de beide wereldoorlogen naar Walcheren en
Domburg komen, ook na Toorops dood in 1928.
48 Zeeuws Tijdschrift 2001/3-4